Dit wordt een column waarin ik met graagte en overtuiging mijn gal spuw over de baardmannen en de trawanten die hen steunen. Mijn dilemma is dat ik mijn leven lang, tot de dag van gisteren, enige sympathie heb gehad voor de orthodoxe baardmannen die oh zo gek zijn op de dictatuur die zij kunnen uitoefenen in Joodse gemeenschappen, waar ook ter wereld. Hun positie is met macht verbonden, geestelijke macht uiteraard, en die is geen snars meer waard als de ‘tegenpartij’ hen negeert en een eigen weg kiest. Het meest recente voorbeeld is de zogeheten AMOS-synagoge in Amsterdam. De initiatiefnemers zij geprezen en zo ook hun supporters!
Ik sloeg van de week (digitaal) Ha’aretz open en op de voorpagina verscheen een foto van een paar vrouwen, in gebedskleed gehuld, bij de zogeheten Klaagmuur, die hardhandig door enkele politiemannen worden opgebracht. Zonder twijfel zijn zij in de cel gezet, want dat overkwam eerder andere vrouwen die op hun wijze wilden bidden bij de Westelijke Muur van de Tempel. Het werd ze niet toegestaan. In plaats van het gebed werd hen de cel aangeboden en waarschijnlijk hebben zij daar een wanhopig gebed uitgesproken. Dit is kennelijk de wereld van vandaag van de orthodoxie, die bepaalt hoe men het gebed uitspreekt en zo niet, bevordert dat mensen in de cel worden gezet. Ik kan en wil het niet begrijpen.
Maar dit is niet het enige. Enkele maanden geleden deed de Hoge Raad van Israël een uitspraak over gelijke behandeling van rabbijnen van niet-orthodoxe huize. Tal van mensen spraken van een doorbraak van respect voor degenen die kiezen voor een niet-orthodoxe beleving van het jodendom in Israël. De uitspraak kwam er op neer dat bijvoorbeeld rabbijnen van liberale huize, een groeiende groep, op een gelijke materiële behandeling konden rekenen als orthodoxe dienaren van een synagoge. Heel belangrijk omdat daarmee ook andere rabbijnen een salaris van de staat zouden ontvangen! Uiteraard te vroeg gejuicht, want wat men kon verwachten: het gechicaneer van de baardmannen begon uiteraard op alle fronten in een poging te vertragen, te frustreren, nieuwe eisen te stellen, enz. Zo iets zou men geestelijke broeders onder elkaar kunnen noemen! Ik word er niet goed van. Nu moet de Hoge Raad er opnieuw aan te pas komen om een behoorlijke behandeling, waar al een uitspraak over gedaan was, af te dwingen. Treurig ook omdat kennelijk door de chicaneurs wordt gevonden dat zij de rechtsstaat aan hun laars kunnen lappen.
Tot dezelfde categorie behoort niet alleen de manier waarop orthodoxe jongeren zich jarenlang aan de dienstplicht hebben ontrokken, maar ook wat in stelling wordt gebracht om te voorkomen dat de wet ten gunste van hun opkomst wordt gewijzigd. Rabbijnen dreigen dat zij zullen oproepen dat jongeren het land zullen verlaten wanneer de voorgenomen maatregelen genomen worden. Dat zal wel heel erg meevallen want waar moeten al deze jongeren van leven in het buitenland, wanneer de afgedwongen ondersteuning van de Israëlische staat wegvalt?
Zo zijn er nog meer voorbeelden waaruit blijkt dat in Israël geestelijke dictatuur heerst door de extreme orthodoxie. Een dictatuur waaraan óf op democratische wijze een einde wordt gemaakt, óf die er toe zal leiden dat grote groepen in de Israëlische samenleving tegenover elkaar komen te staan, zo dit al niet het geval is.
Ik merk aan mijzelf dat mijn ergernis toeneemt en dat ik regelmatig explosieve trekjes vertoon bij kennisname van tal van onaanvaardbare incidenten. Ik kan ook niet ontkennen altijd een zekere sympathie te hebben gehad voor de orthodoxie, misschien met het valse argument dat zij bij uitstek de hoeders zijn van de Joodse continuïteit, zo men daar prijs op stelt. Naar mijn mening is het voortbestaan van het jodendom in gevaar zonder een vorm van godsdienstige traditie. Daarvoor zijn de kippensoep, de matzeballen en zelfs niet het trauma van de sjoa voldoende. Het cement dat men daaraan ontleent, is te zwak en onbetrouwbaar.
Moet men daarvoor de vrijheid opgeven en zich laten teisteren door geestelijke terreur van de baardmannen? Geenszins. De vrijheid van keuze van godsdienst en daarbinnen voor wat voor opvatting dan ook, is de enige garantie voor continuïteit en tolerantie. De volgende keer dat ik in Israël ben en weer eens de Kotel bezoek, zal ik mij voegen bij de protesterende en biddende vrouwen aan de dameskant van deze publieke synagoge. Ik zal dan opgebracht worden omdat de baardmannen ook al een opinie hebben over waar mannen en vrouwen naast elkaar mogen staan voor hun gebed. Ook dat achterhaalde instituut dient gesloopt te worden!