In mijn vorige bijdrage kondigde ik aan te laten weten of alleen al de aankomst in Israël ook dit keer een soort geluksgevoel zou opwekken, zoals ik al vele malen eerder heb meegemaakt. Ik ben niet de enige. Ik heb al vaak van anderen gehoord dat het voet zetten op Israëlische bodem inderdaad het gevoel oproept van thuiskomen.
Ik houd niet echt van nationalistische uitingen, maar ik moet toegeven dat waar ik meestal zwijg bij het zingen van het Wilhelmus (‘ben ik van Duitschen bloed’), waar ik helemaal niet zo trots op ben, ik uit volle borst meezing met Hatikwa, voor zover de brok in mijn keel dat mogelijk maakt. Vreemd genoeg heb ik een meer ontwikkeld nationaal gevoel wanneer het om Israël gaat en heb ik moeite bij mijzelf een nationaal Nederlands gevoel vast te stellen. Voer voor psychologen zonder meer en een mooi thema voor een andere gelegenheid!
Het is echt waar: bij het openslaan van een Israëlische krant (in het Engels helaas), viel mijn eerste blik op een kop die mij helemaal niet gelukkig maakte: ‘Vrouwen niet gearresteerd bij het zeggen van het kaddisjgebed aan de Kotel.’ Dit citaat komt uit de mond van de rabbijn die is belast met het toezicht op het gedrag van de gelovigen bij de Kotel. Ik begrijp de tekst wel, want eerder waren vrouwen van liberale en conservatieve gezindheid bij de Kotel gearresteerd. Ook al wegens het dragen van een gebedsmantel en een keppel. Overigens vind ik zelf het dragen van een talliet prima, maar de keppel hoort toch meer bij mannen, onelegant als die dingen zijn met het knipje. Waarom de vrouwen niet toerusten met een talliet, op voorwaarde van een charmante hoed?
Het genoemde citaat was een echt citaat van de baardman die is belast met het toezicht. Ik raad u aan het citaat enkele malen achter elkaar te lezen en het goed in u op te nemen. In Jeruzalem bij de Kotel bepaalt een baardman, ondanks uitspraken van het Hooggerechtshof (al in 2005), hoe Joden moeten bidden op zo ongeveer de heiligste plek van het religieuze jodendom. Ben je bereid de rabbijn te tarten, dan roept hij de politie en worden de vrouwen gearresteerd. Erger kan religieuze dwang niet zijn!
Je kon er uiteraard op wachten. Het Amerikaanse liberale en conservatieve jodendom pikte het niet en kwam in actie. Men zei in een verklaring dat een ieder gelijkberechtigd moet zijn en dat vrouwen bij het vrouwengedeelte van de Kotel mogen bidden op de wijze zoals zij dat willen. Dat op zichzelf is al een concessie want men had met recht ook kunnen zeggen dat vrouwen het recht zouden moeten hebben samen met de mannen bij het mannengedeelte te bidden, zoals zij dat tenslotte ook doen in de duizenden synagogen van deze stromingen in het jodendom. Om oorlog met de orthodoxie te voorkomen, doet men eigenlijk een bescheiden verzoek.
Het ging zoals men verwachtte: Netanyahu en Sjaranski kwamen in actie omdat ruzie met de meerderheid van de Amerikaanse Joden niet iets is waar men op zit te wachten. Ik weet weinig van de religieuze gezindheid van beide heren, maar ik weet zeker, uit enige ervaring, dat de heer Sjaranski niet betrapt kan worden op religieuze gezindheid, hoewel hij is getrouwd met een later orthodox geworden vrouw.
Ik had gehoopt dat deze kwestie nu eens principieel zou worden aangepakt met de steun in de rug van het Hooggerechtshof. Dat kan maar één ding betekenen: gelijkberechtiging van iedere vrouw bij het vrouwengedeelte van de Kotel. En wanneer de orthodoxe dames dat niet bevalt, dan zouden zij een gratis toegangskaartje kunnen krijgen voor het herengedeelte, om daar de mannen de grote schrik van de Kol Isha te bezorgen. Bonje aan die kant dus. Wat is er heerlijker?
Zo is het jammer genoeg niet gegaan want Sjaranski, de heiden, heeft gezocht naar een compromis, waar beide partijen, orthodox en niet-orthodox, mee zouden kunnen leven: er wordt een nieuw gedeelte bij de Kotel geopend naast het bestaande vrouwendeel, waar de liberale en conservatieve dames hun goddelijke gang kunnen gaan. Ik vind het niks, omdat ik eigenlijk vind dat dit soort geschillen tot op het bot moet worden uitgevochten. Het gaat immers om een zeer principieel punt: het recht van een ieder om zich te uiten bij de Kotel op de religieuze wijze die hij of zij kiest. Voor de goede vrede (welke vrede?) kronkelt men zich liever in prestigeloze bochten!
Dan deze voorspelling nog maar: om weer een andere hoek van de Kotel wordt binnenkort, uit het zicht van de licht te kwetsen orthodoxen, een deel van de Kotel geopend voor gemengd gebed waar iedereen gelijkberechtigd is. Moge het land Israël er gelukkig van worden!