Een populair thema bij het beschimpen van de staat Israël, is dat van de mensenrechten. Ja zeker, zonder twijfel een belangrijk thema, maar ook regelmatig misbruikt om Israël, wat men tegenwoordig noemt: te delegitimeren. In onze democratische samenlevingen kan het respect voor de mensenrechten niet groot genoeg zijn, omdat zij voor iedere burger de bron vormen van zijn rechten en plichten. Men zou kunnen verwachten dat de Verenigde Naties niet alleen in woorden grote betekenis hechten aan de naleving van mensenrechten. Ondanks het feit dat landen met een heel slechte staat van dienst met betrekking tot de mensenrechten er lid van zijn, werkt vanuit Genève de UNHCR. Niet te verwarren met de vluchtelingenorganisatie, die toezicht houdt op de naleving van de mensenrechten bij de lidstaten.
Zo bestaat deze cynische club in meerderheid uit staten waar de mensenrechten nog geen minimum aan respect kennen. Noem ze maar en ze zijn ooit lid geweest of zijn dat nog steeds. Bijna altijd is een staat met politieke leiders met bloed aan de handen er voorzitter. Zij zijn de VN-beschermers van de mensenrechten, meestal aangevuld met fatsoenlijke landen die veel te voorzichtig en diplomatiek zijn. Regelmatig worden ook onaanvaardbare zaken doorgelaten, zoals de benoeming van de Engelse hoogleraar Richard Falk, Joods en een notoire antisemiet en Israëlhater, die een rapport over Israël schreef waarmee de secretaris-generaal van de VN Antonio Gutteres korte metten maakte en het naar de prullenbak verwees.
Deze zogenaamde mensenrechtenbeschermers van de UNHCR produceren ieder jaar, uiteraard geïnspireerd door Mohammed Abbas en zijn vrienden, een rijstebrij aan resoluties waarin de staat Israël op de meest idiote wijze wordt beschimpt en gedelegitimiseerd. Nu is er weer een veroordeling vanwege de behandeling van de Droezen op de Golan, nota bene de minderheidsgroep die vrijwillig in groten getale in het Israëlische leger dient en wordt geroemd om zijn bekwaamheden ten dienste van de staat Israël.
Er is nu licht aan de horizon, want de Engelse regering heeft besloten niet meer aan deze rijstebrij mee te werken en heeft andere landen, in het bijzonder de lidstaten van de Europese Unie, opgeroepen aan deze pogingen tot voortdurende verdachtmaking en delegitimisering een einde te maken. Laten wij hopen dat de rede doordringt en dat de discussie over de mensenrechten en Israël proporties krijgt die de werkelijkheid weergeven.
Deze nieuwe ontwikkeling, hoe prematuur ook, mag ons de ogen niet doen sluiten voor de feiten die wij bijvoorbeeld in de bezette gebieden waarnemen. Ik geloof niet dat er veel mensen zijn, met welke sympathie dan ook voor de staat Israël, die vinden dat een bezetting van het gebied een ander volk, zoals Israël de gebieden bezet waarop de Palestijnen menen recht te hebben en daarin breed worden gesteund door de internationale gemeenschap, goed valt te praten. Een langdurige bezetting is niet goed – om een eufemisme te gebruiken – voor het bezette volk, maar evenmin voor de bezetter zelf. Moraal en ethiek staan zonder twijfel onder grote druk. De bezettende macht loopt het risico door de voortdurend aanwezige spanning te corrumperen en er praktijken op na te houden die een toch al moeilijke situatie nóg moeilijker te maken. Dat is in de bezette gebieden zeker het geval. Dat is niet per definitie te wijten aan de soldaten, maar primair het gevolg van geëscaleerde omstandigheden. Voorbeelden te over!
Ik zag zo’n voorbeeld deze week in de Israëlische krant Haaretz. Het zijn voorbeelden waarvan men weet dat zij voorkomen, maar ik moet bekennen dat ik er niet aan kan wennen. De keren dat ik de gang van zaken mocht aanschouwen bij de controleposten op de Westbank, kreeg ik hetzelfde gevoel: dit wil niet wennen. Het is een situatie die voortkomt uit de bezetting zelve, uit de verhouding tussen bezetter en bezette, maar het blijft een gênante situatie, ook als men begrip heeft voor noodzakelijke veiligheidsmaatregelen.
Haaretz plaatste bij haar artikel een videofilmpje, gemaakt – naar deze digibeet veronderstelt – met een i-Phone. Op de video zie je een politieman in burger, een wapen goed zichtbaar op de heup, in gesprek met een vrachtwagenchauffeur, een wat oudere heer die in zijn houding toch onderdanigheid uitstraalt. Plotseling geeft de politieman, die veel groter en steviger is, de chauffeur een harde kopstoot en slaat hem volledig in elkaar, waarbij hij hem ook verschillende keren in het kruis trapt. Omstanders, kennelijk getuigen, zichtbaar Palestijnen, verroeren zich niet en de opgewonden politieman loopt tierend rond. Is dít niet de bezetting? Is dit de waardigheid van het Israëlische politieapparaat en leger?
Wij strijden tegen de delegitimisering van Israël op het internationale toneel. Waar ik zou kunnen, zou ik een bijdrage leveren aan deze strijd. Wat ik op het videofilmpje zag, is onverdraaglijk. Ik was er de hele dag niet goed van. Ik kan de gewetensnood van tal van Israëli’s goed begrijpen. Soms weet ik dat ik er ook last van heb!