Wanneer deze column op de Crescas-website verschijnt, is Mohammed Abbas, die de president van de Palestijnen wordt genoemd, net een dag in Nederland. Ik ben uitgenodigd door het CIDI om op vrijdagmiddag in het Kurhaus in Scheveningen deze man te ontmoeten en ik kijk daar naar uit. Deel van mijn obsessie met de vraagstukken in het Midden-Oosten is het volgen van wat er in de Palestijnse wereld gebeurt. Ik ben een groot voorstander van contacten tussen Israëliërs en Palestijnen. In de wetenschappelijke wereld, ondanks de problemen, gebeurt dit en ik ben er trots op dat het Nederlandse ministerie van buitenlandse zaken daarbij een belangrijke en constructieve rol speelt. Ik zal volgende week verslag doen van de bijeenkomst in het Kurhaus, omdat ik het propaganda-element in de ontmoeting met de Joodse gemeenschap niet onderschat. Zo zie ik een grote tegenstelling in de wijze waarop in de wereld van Mohammed Abbas over Joden wordt gesproken met de zonder twijfel beleefde en vriendelijke ontmoeting in Scheveningen. De beschuldigingen over de toekomst van de Tempelberg liegen er ook niet om en ik zou graag willen weten of de vredesactivist Abbas in het geheel heeft geantwoord op de uitnodiging van Frankrijk om in Parijs het vredesoverleg te hervatten. Mohammed Abbas zal vriendelijke woorden spreken aan het Joodse adres, maar zijn beleid kan en moet alleen getoetst worden aan de werkelijkheid. Propagandapraatjes dienen doorzien te worden!
Toch is het aardig om vast te stellen dat er intussen heel wat is veranderd. Abbas ontmoeten wij in het elegante Kurhaus. In de jaren tachtig had ik het ‘genoegen’ enkele keren Yasser Arafat te ontmoeten. De eerste keer was dat in een beschadigd gebouw in Beiroet, waar de delegatie van de Tweede Kamer werd ontvangen na eindeloos gedoe over tijd en plaats. Arafat had de terreur bijna uitgevonden en ik kan nog altijd de plaatsvervangende schaamte navoelen die ik ervoer toen ik een meter van deze Arafat verwijderd bij hem aan tafel zat. Later ontmoette ik in Damascus Palestijnse leiders die nog grotere terroristen waren. Wij ontmoetten deze lieden vooral om beter te begrijpen met wie wij als Europeanen te maken hadden. Het blijft uiteraard een dilemma om met terroristen te spreken in het kader van dromen over de vrede.
Het bezoek van de Palestijnse president (ik heb er geen moeite mee hem zo te noemen) markeert ook een zekere verandering in het debat over de tweestaten oplossing. Gideon Levy, de omstreden columnist van Ha’aretz, nam er in een bitter artikel afstand van omdat de Israëlische regering in feite al jaren op een geheel andere oplossing aanstuurt. John Kerry, de Amerikaanse minister, maakte enkele dagen geleden een heel interessante opmerking over de huidige aanvallen op Joodse burgers. Hij zei: “Kijk wat er gebeurt (tussen Joden en Palestijnen!) in een binationale eenheidsstaat.” Ik begrijp het heel goed: om wat voor redenen dan ook, samenleven in een binationale eenheidsstaat leidt alleen tot terreur en ellende omdat partijen elkaar niet verdragen. Ik zou willen horen van de Palestijnse president of hij nog steeds een warm voorstander is van de tweestaten oplossing of dat daaraan alleen lippendienst wordt verleend, zoals ik helaas moet vrezen van de Israëlische minister-president. Zeker is dat in Palestijnse kring de belangstelling voor deze naar mijn mening catastrofale oplossing is toegenomen. Mij lijkt het toe dat het vooral de teleurstelling is over het gebrek aan vooruitgang naar een tweestaten oplossing die deze terugkeer naar een verouderd idee kan verklaren.
Ik hoop zeer dat minister van buitenlandse zaken Bert Koenders en de leden van de Tweede Kamer die Mohammed Abbas zullen ontmoeten, de goede man klip en klaar duidelijk maken dat een veroordeling van zijn kant van de Palestijnse messentrekkers een voorwaarde is om het vertrouwen in zijn leiderschap voort te zetten. Vindt een dergelijke veroordeling niet plaats, dan betekent het de terugkeer van de Palestijnen naar ordinaire terreur tegen Joodse burgers van Israël of tegen hen die ten onrechte op de Westbank wonen om daar hun zogenaamde zionistische ideaal te verwezenlijken.
Het bezoek van Abbas aan Nederland is niet opzienbarend, omdat de belangstelling voor het Midden-Oosten verschoven is naar de veel grotere vraagstukken in dat gebied. Dat is in het geheel geen reden om Mohammed Abbas niet constructief en kritisch te benaderen. CIDI heeft daarom een goed initiatief genomen.