Mijn vader is zijn hele leven overtuigd socialist gebleven en stemde na de oorlog op de PvdA, ook al vond hij deze partij maar een bleekroze aftreksel van de OSP (de Onafhankelijke Socialistische Partij) waar hij als jonge man lid van was, totdat deze splintergroep ter linkerzijde van de SDAP (Sociaal Democratische Arbeiders Partij) al na korte tijd ophield te bestaan. Een groep mensen had zich er in 1932 van afgesplitst omdat ze de SDAP te rechts vond. De mensen die deel uitmaakten van de nieuw gevormde partij waren heel actief antifascistisch en pacifistisch, ook toen hun partij niet meer bestond. Ze steunden onder meer Duitstalige vluchtelingen en de activiteiten van het republikeinse kamp in de Spaanse burgeroorlog in de jaren dertig van de vorige eeuw. Velen gingen in het verzet tijdens de tweede Wereldoorlog. Na de oorlog behoorden ze tot de oprichters van het COC en het Humanistisch Verbond.
Mijn vader kon met glinsterende ogen vertellen hoe ze witte muizen loslieten in een bioscoop, Luxor in Rotterdam, waar nazi-films vertoond werden. Hij droeg een loden jas en een speldje van een gebroken geweer op zijn revers – het teken van de pacifisten van die tijd - en het eerste cadeau dat mijn moeder van haar Nathan kreeg was een boek over Pieter Jelles Troelstra, de grote socialistische leider. Bart de Cort schreef een boek over de OSP. Solidariteit in anonimiteit. De geschiedenis van de leden van de Onafhankelijke Socialistische Partij. De Papieren Tijger, 2004. Hierin staat de geschiedenis van de mannen die deze partij vormden. Namen, waarvan veel Joodse, die ik al kende van mijn vader, zoals Jacques de Kadt, een van de oprichters, Eli van Tijn, Sam de Wolff, Meier Bleekrode en ook Sal Santen. Met hem maakte ik kennis, toen hij evenals mijn vader oud en hulpbehoevend in Beth Shalom woonde. Samen zaten ze regelmatig in de gemeenschapsruimte te scrabbelen, de oude strijders.
De opkomstplicht die we hier in Nederland tot 1970 hadden vond mijn vader een pedagogisch middel om de bevolking ervan bewust te maken dat het een groot goed is dat we in alle vrijheid onze stem kunnen uitbrengen. "Ga stemmen, je stem verloren laten gaan is een charpe ‘n schand!" zei hij en zo heb ik het ook mijn kinderen bijgebracht. De eerste keer dat ze mochten gaan stemmen kregen ze van mij een rode roos in de hand gedrukt. Stemadvies en felicitatie met het bereiken van de stemgerechtigde leeftijd tegelijk.