Ik woon al vele jaren niet meer in Nederland, maar ik krijg wel zo nu en dan berichten, vooral met geselecteerd slecht nieuws over Joden of Israël, en ook mijn email wordt niet gespaard.
Het NIW (Nieuw Israëlietisch Weekblad), het breedst gelezen Joodse weekblad, is vaak een boodschapper van onheil. Als het de spuigaten uit loopt, vraag ik aan familie en vrienden: is het echt zo erg?, en krijg dan wisselende antwoorden die variëren van: “Ik merk er in mijn omgeving of buurt niet veel van”, tot: “Er is echt angst hier. Mensen houden verborgen dat ze Joden zijn, geen duidelijk Joodse naambordjes op de deur en zeker geen keppeltjes op straat.”
In het laatste bericht in het NIW, van de pen van journalist Frits Barend, werd het wel heel bont gemaakt: met pro-Palestijnse, anti-Israëlische leuzen uit het gebouw van de Koninklijke Rijksacademie in Amsterdam. De feestelijke gebeurtenis tijdens welke dit plaats vond, wordt financieel mede mogelijk gemaakt door Teva, een Israëlische farmaceutische gigant. Het bedrijf weet mogelijk niet precies wat er met zijn geld gebeurt. Ze lezen waarschijnlijk niet geregeld het NIW. Vrijheid van kunstuiting is een mooi idee, maar voor antisemitische vuilspuiterij hoeven we toch niet zelf te betalen?
En schept het predicaat 'koninklijke' geen enkele verplichting tot minimaal sociaal en normatief acceptabel gedrag? Antisemitische uitingen horen daar niet bij. En het koninklijk huis moet zich daarvan meteen op eenduidige wijze distantiëren.
Een vriend in Israël vroeg me wat we hiermee moeten. Mijn antwoord is dat hij nu weet waarom wij bijna zestig jaar geleden in Israël kwamen wonen.