In de meeste beschaafde landen wordt een verdachte voor de rechtbank bijgestaan door een advocaat. Dat is een basaal recht, ook als de misdaad moreel niet acceptabel is bij het grotere publiek. Bij ons in Israël ligt dat iets anders.
Een week of zo geleden kreeg de bekende advocaat Michael Sfard, die vaak optreedt ten gunste van Palestijnse verdachten, samen met enkele andere verdedigers van Palestijnse organisaties een brief van het ministerie van Defensie.
Achtergrond: kort geleden heeft dat ministerie zes Palestijnse organisaties, die de belangen van Palestijnen behartigen, uitgeroepen tot terroristenorganisaties. Er kwam daarop nogal wat protest, en ook de Europese donoren hebben dit meteen tegengesproken. We laten dan nog even in het midden of terroristen bij hun rechtszaken wel moeten worden bijgestaan door juristen; dat ligt niet bij eenieder voor de hand – geef ze direct de kogel!
De bovengenoemde brief bevat aantijgingen dat de aangeschreven advocaten geld (ofwel hun honorarium) aannemen van terroristenorganisaties, en daardoor in overtreding zijn, mede omdat ze toestemming hadden moeten vragen aan het ministerie van Financiën voor ze zich inlaten met dit besmette geld. Dit is een interessante nieuwigheid, waar niet eerder sprake van was, en als de lezers hier nu mogelijk de draad kwijt zijn, kan ik dat niemand kwalijk nemen. De suggestie, of eerder het dreigement, is dat als de advocaten doorgaan met dit specifieke werk, zij daarbij in aanvaring zijn met de staat Israël, en dan zwaait er wat. Het ministerie van Justitie houdt wijselijk zijn mond. Een echte moderne rechtsstaat!
Eens kijken wat het Hooggerechtshof, dat nogal vaak danst naar de pijpen van Defensie, hiermee gaat doen.