Soms zie ik ’s morgens bij de koffie dr. Phil op tv. Hij redt mensen die in grote ellende zitten. Hij biedt hulp aan van altijd de ‘beste hulpverleners van de VS’, of eigenlijk van de hele wereld. Hij vermaant ‘slechte’ ouders en kinderen en komt altijd op voor de zwakkeren. Hij is het geweten van Amerika, een soort vader/god ineen. Dat wekt natuurlijk weerstand op. Als je hem googelt, vind je klachten over zijn ijdelheid en opvliegendheid en hij schijnt een tiran voor zijn werkomgeving te zijn.
Het zal allemaal wel, maar vaak zegt hij zinnige dingen. Hij heeft een talent om mensen die in hun slachtofferrol blijven hangen, te doorzien en hen te wijzen op hun eigen verantwoordelijkheid, hun eigen aandeel in hun problemen. Dat komt me bekend voor, de Nieuwe Hagada staat er vol mee.
Laatst zei hij iets over vergeven. Deze week, in de tien ontzagwekkende dagen voor Jom Kipoer is dat een mooi thema. Eerst zegt hij: ‘Geef jezelf wat je niet hebt gekregen van je ouders’. Dat is interessant; je kunt blijven hunkeren naar erkenning en begrip, om van liefde maar te zwijgen, maar als je ouders je dat niet konden of wilden geven, kun je maar beter zo goed mogelijk voor jezelf zorgen.
Dan zegt dr. Phil: ‘Het gaat niet om vergeten, maar vergeef om verder te komen, om uit het web van wrok en haat te ontsnappen. Vergeven is een daad, niet een gevoel.’
Zo, daar kijk ik van op. Of eigenlijk niet. In het jodendom gaat het altijd om het dóen. Denk aan het Joodse volk bij de berg Sinai. Mosjé kwam naar beneden met de Tien Woorden en zij zeiden: ‘Na'asé ve-nisjma – We zullen doen en we zullen horen’.
Toen ik aarzelde om de voor eerste keer in mijn leven zelf de sjabbatkaarsen aan te steken – mocht ik dat wel, kon ik dat wel? – zei de cursusleidster van Joods Maatschappelijk Werk: doe maar. En het was een prachtig moment. Voor het eerst voelde ik me er echt bij horen, bij mijn voorouders, bij de Joodse traditie. Ik had die niet van huis uit meegekregen, maar ik gaf mezelf wat ik had gemist.
Ik kijk naar mijn kleinkinderen, ook zij dóen vooral; ze ontdekken eerst de wereld en vragen pas later ‘waarom’.
We gaan dus gewoon vergeven en dan kunnen we verder. Natuurlijk, zo gemakkelijk is het niet, er zijn mensen die je niet kunt vergeven, zie mijn column van 6 mei jongstleden.
Maar vooruit, geef het the benefit of the doubt en probeer het. ‘Ik moet wel vergeven, wil ik leven’, zei Martin Buber.
Sjana tova!