In de nieuwsbrief van Aleph, de Renewal-beweging in de VS, staan altijd interessante workshops, cursussen en retreats. Afgezien van het feit dat ze niet goedkoop zijn, zijn ze ook altijd op een onmogelijk tijdstip midden in de nacht in Nederland, want ze beginnen meestal om acht uur ‘s avonds aan de oostkust, soms in the middle of nowhere als je er naartoe zou willen.
Toch lees ik het graag, met een jaloerse blik op de talloze (vrouwelijke) rabbijnen met hun vernieuwende ideeën. Al is het mij soms wat al te new age met veel sacred song and dance, bijvoorbeeld van rabbijn Shefa Gold. Het stoort mij dan dat het zo ik-gericht is, altijd de reis naar binnen, naar the inner soul. Maar dat is een uitzondering.
Nu las ik laatst tot mijn vreugde dat er een (virtuele) bijeenkomst was om acht uur ‘s avonds Europese tijd over de Hidden Faces of the German Jewish World Today, en nog wel met bekenden, chazzaniet Leah Frey-Rabine, chazzan Daniel Kempin van de Egalitärer Minjan uit Frankfurt and chazzaniet Jalda Rebling uit Berlijn. Dat gesprek is terug te zien.
Het gesprek gaat over de ophef die een brief van Avitall Gerstetter, de chazzaniet van de Oranienburgerstrasse Synagoge in Berlijn, had teweeggebracht. Zij kaartte het probleem van de gériem aan, de niet-Joden die tot het jodendom zijn overgegaan. Ze had dat gedaan in Die Welt, een Duitse krant, en werd daarna geschorst. De vuile was buiten hangen, dat was niet de bedoeling. Het is uitgebreid beschreven in een artikel op JTA, de Jewish Telegraphic Society.
Gerstetter vindt dat het groeiende aantal gériem een probleem is in Duitsland. Volgens haar komen veel van deze mensen uit om de verkeerde redenen, om boete te doen voor hun nazi-familie of uit identificatie met de slachtoffers van de Sjoa. Er zijn ook veel Russische vluchtelingen bij. Zij hebben nu ook leidende rollen in de Joodse gemeenschap, als rabbijn of chazzan. Gerstetter weet dat je geen verschil mag maken tussen 'echte' Joden en uitgekomenen, maar zij ziet hierdoor een grote verandering in het Joodse leven in Duitsland. Ze voelt zich niet meer thuis in een sjoel waar de diensten een oecumenisch karakter krijgen. Ze noemt bijvoorbeeld rabbijn Walter Homolka, uitgekomen en stichter van een Reform seminarium. Hij is inmiddels afgetreden vanwege allerlei schandalen.
Anderen prijzen juist de inzet van de gériem, al vindt iedereen dat zij niet mogen voorgaan in een Sjoa-herdenking. “Je kun het nazi-verleden niet afwassen in het mikwe.”
De gériem waren natuurlijk boos, al maakt Gerstetter een uitzondering voor de patrilineaire Joden, die in Duitsland (en Nederland) – in tegenstelling tot de VS – niet als Joods worden beschouwd.
Jalda, Leah en Daniel spraken over deze culture clash. Er zijn veel (circa 200.000) Russen naar Duitsland gekomen, soms met valse papieren, omdat ze hulp wilden hebben van de Joodse instanties. Daniel vindt het ook een probleem dat hij de Jiddischkeit mist, zoals hij die bijvoorbeeld op de Britse Limmud ervaart.
Ook deze drie noemen de redenen voor uitkomen, zoals dat zelfs de daders en echte criminelen na de Tweede Wereldoorlog wilden uitkomen, of als vrouw met een Jood wilden trouwen. Filosemitisme kwam vaak voor. En ook de activisten van mei '68 identificeerden zich met het jodendom en gingen naar Israël als een soort Wiedergutmachung, een counter-identification. Bovendien hoefde je daar niet over de Tweede Wereldoorlog te praten, omdat Israël zelf zoveel oorlogen had te verduren.
Ze hadden het over het dunne lijntje tussen oprechte belangstelling en culturele toe-eigening, wat natuurlijk gevaarlijk is. Inderdaad vind ik filosemitisme daarom zo storend.
Jalda citeerde Reform rabbijn Walter Rothschild: “De vraag is, leef je met nachtmerries of niet”, en ze vertelde over een Rosj Hasjanadienst in Berlijn, die meer op een protestantse dienst leek. De nachtmerries neem ik ruim; het gaat ook over het verdriet over het verlies van onze familie in de Sjoa, ook als we die niet zelf meemaakten.
Een ander probleem is dat er Joden zijn zonder papieren die moeten bewijzen dat ze Joods zijn, terwijl gériem wel officiële papieren hebben.
Daniel vond de uitgekomenen vaak nogal overheersend, ze vertellen je hoe je Joods moet zijn. En nu zijn er ook nog 60.000 Oekraïense Joden bijgekomen.
Er is dus geen gemakkelijk antwoord op dit probleem, dat ook in Nederland speelt. Bij Beit Ha'Chidush was ooit een numerus clausus vastgesteld van maximaal vijftien procent gériem, maar dat is losgelaten. Hoe het bij andere gemeenten is, weet ik niet.