Een groot verlies, het overlijden van rabbijn Jonathan Sacks. Ik heb de laatste dagen veel op YouTube naar hem gekeken en vooral geluisterd. Wat hij zegt, is interessant, maar hoe hij het zegt ook. Welluidend, keurig Engels sprekend, veel mooie voorbeelden, af en toe wat humor, het is een plezier om naar hem te luisteren. Hij is ook altijd goed te begrijpen, maar nooit simpel, en daarom sprak hij iedereen aan, Jood, orthodox of liberaal, en ook niet-Joden. Dat is knap. Natuurlijk werd hij daardoor verguisd door andere rabbijnen; populariteit bij niet-Joden is altijd verdacht. Jaloezie zal ook wel meegespeeld hebben, denk ik.
In het begin wilde ik hem als orthodoxe rabbijn in zijn teksten op standpunten betrappen waar ik niet mee eens kon zijn, maar dat is nooit gebeurd. In zijn sjoel had ik zeker achter de mechitse moeten zitten, dus las ik liever alleen zijn boeken en commentaren.
Ik heb hem nooit ontmoet, achteraf jammer, omdat je iemand natuurlijk niet echt leert kennen via YouTube. Maar zo voelde het als een klein hoekje op internet, waarvan ik wilde geloven dat het er mooi en veilig was. Want ik wilde nu voor één keer eens niet kritisch zijn en alleen maar genieten van zijn verhalen, waar ik veel van heb geleerd.
Bijzonder was hoe hij in discussie met de overtuigde atheïst Richard Dawkins kalm met argumenten kwam, bijvoorbeeld waarom atheïsme een incompleet beeld geeft van het bestaan, en waarom de vraag “Waarom?”, die Dawkins irrelevant vindt, juist wel belangrijk is. Natuurlijk, Joden vragen altijd waarom, dat zit in de genen.
Hij had het in die discussie wel steeds over God. Dat schrikt atheïsten af, omdat iemand als Dawkins dan een oude man met een witte baard op een wolk ziet. Hij had het beter over de/het Eeuwige kunnen hebben, of over het tetragram YHVH, dat veel abstracter is. Toch een kritiekpuntje dus.
Als Dawkins Sacks vertelt dat de Bijbel letterlijk waar en dus ongeloofwaardig is, zegt Sacks: “Als iets in de Tora niet letterlijk genomen kán worden, dat zeiden de oude rabbijnen al, dan is het een metafoor.”
Kortom, ik wilde in mijn roze bubbel blijven, zeker nu Sacks er niet meer was. Maar ja, ik ging hem toch googelen en helaas, de brave rabbijn heeft ooit geweigerd de Engelse Limmud bij te wonen, om de streng orthodoxe rabbijnen niet voor het hoofd te stoten. Die vonden ook dat hij in zijn boek The Dignity of Difference jodendom, christendom en islam niet op één lijn mocht stellen. Hij trok zijn stelling dat het jodendom niet als enige dé spirituele waarheid bezit in de volgende drukken in, al bleef hij bij zijn eerdere mening. Daarom stopte hij ook als opperrabbijn, om zich vrijer te kunnen uitdrukken. Dus schrok ik, toen ik las dat hij tegen het homohuwelijk was.
Ook hier weer het dilemma van de kunstenaar/schrijver die prachtige dingen maakt, maar in zijn/haar gewone leven foute keuzes maakt. Frits Abrahams noemt in NRC als voorbeeld Lucebert, die antisemitisch was, en Achterberg, die zelfs een moord heeft gepleegd. Abrahams maakt duidelijk verschil tussen kunstenaar en oeuvre, hij heeft een schilderij van een foute schilder aan de muur. Dat gaat mij te ver, ik kan nooit meer de mens achter het kunstwerk laten verdwijnen als ik eenmaal weet wat die dacht en/of deed in het gewone leven.
De 'misstappen' van rabbijn Sacks zijn wel te begrijpen, hij wilde de vrede bewaren tussen al die rabbijnen en koos ervoor zich aanpassen. Niet echt dapper, zeker omdat hij als opperrabbijn een voorbeeldfunctie had. Maar je weet nooit wat zijn echte motivatie was, vooral omdat hij later ruimdenkender was dan in zijn officiële functie.
Wat ik ook heb ervaren door mijn bewondering voor Sacks is hoe mensen inderdaad zó in iemand kunnen geloven dat ze alles wat hen niet bevalt niet willen weten of zelfs ontkennen, zoals de Trump-gelovigen. Ik vond het ook fijn om iemand te bewonderen en je wilt dan gewoon niet weten wat voor persoon hij/zij echt is. Je gaat het wegstoppen en kunt kwaad worden op ontmaskeraars. Zij verstoren jouw beeld van je idool, van wie je denkt dat hij naar je luistert en je begrijpt, omdat hij zegt wat jij wilt horen. De goeroe die je manipuleert, voorliegt en alle anderen verkettert, geeft je een gevoel van uitverkoren te zijn en helemaal geliefd te worden. Maar uiteindelijk gaat het zo iemand alleen om zichzelf.
Zover ging ik gelukkig niet in mijn bewondering voor Sacks en hij was er ook, voor zover ik weet, de man niet naar om zich als goeroe te gedragen.
In een van Sacks' verhalen komt een vrouw voor die een speciaal soort schoenen wil hebben, van het dure merk Damagé. Ze vindt ze niet, tot een schoenverkoper een paar tevoorschijn haalt met een sticker “damaged” erop, beschadigd. Die vindt de vrouw het mooist en ze is er heel blij mee. Wij zijn allemaal “damagé”, zegt Sacks, maar toch allemaal waardevol.
Deze les slaat natuurlijk ook op hemzelf. Een gewoon mens kan wel heel bijzonder zijn, een echt Mensch, maar blijft ook fouten houden en onvolmaaktheden. Dat was rabbijn Sacks en zijn wijze lessen blijven gelden. Hij waarschuwde overal en onophoudelijk tegen antisemitisme, kijk vooral naar zijn speech voor de Europese Unie: “Als de Joden in gevaar zijn, is Europa in gevaar.” Laten we dat voor ogen houden en het onheil blijven bestrijden.
Dat de herinnering aan hem ons allen tot zegen zal blijven, zichrono livracha.