Op vakantie in Frankrijk viel ik in een tv-programma over de opneming van Missak Manouchian met zijn vrouw Melina Assadourian in het Pantheon in Parijs, zijn Pantheonisation, zoals dat wordt genoemd.
In het Pantheon worden belangrijke Fransen in de crypte herbegraven als eerbetoon voor hun bijzondere daden. Naast Marie en Pierre Curie liggen er mensen als Voltaire, Victor Hugo, Emile Zola, en meer recent Simone Veil, en Josephine Baker als eerste buitenlandse vrouw van kleur. Ook Manouchian was geen geboren Fransman.
Ik had nog nooit van hem gehoord, tot in de uitgebreide reportage de film 'L'affiche rouge' werd genoemd uit 1976. Die film had ik ooit gezien, herinnerde ik mij. Hij ging over een verzetsgroep uit de Tweede Wereldoorlog, die werd verraden en wier leden op 21 februari 1944 werden gefusilleerd. Manouchian was hun leider en de hele groep verzetsstrijders was opmerkelijk genoeg niet autochtoon Frans. Het waren 22 Polen, vijf Italianen, drie Hongaren, twee Armeniërs (onder wie Manouchian), drie strijders uit de Spaanse Burgeroorlog, een Roemeense vrouw en toch één Fransman; elf leden waren Joods. In de Tweede Wereldoorlog waren er trouwens meer buitenlanders die in een ander land tegen de nazi's streden, zoals de Engelandvaarders in dienst van de Engelse marine.
Het levensverhaal van Manouchian was dramatisch. Hij was getuige van de moord op zijn ouders in de Armeense genocide. Hij werd als wees naar een Libanees weeshuis gebracht en ging daarna naar Frankrijk, dat hem liefdevol opving. Hij was een dichter, studeerde aan de Sorbonne en was redacteur van verschillende linkse tijdschriften. Uit dankbaarheid voor Frankrijk ging hij in het verzet, net als zijn medestrijders. Zijn vrouw Melina Assadourian was ook een Armeense wees. Ze zat ook in het verzet en overleefde de oorlog met hulp van de Armeense familie Aznavourian (met Charles Aznavour als beroemd familielid).
Het rode affiche was een propagandastunt van Vichy Frankrijk en de nazi's in voorjaar 1944, dat overal in Parijs werd verspreid. Er op stonden de strijders met de vraag: “Bevrijders? De bevrijding door het leger van de misdaad!” Ze hadden veel aanslagen gepleegd op nazi's en belangrijke bouwwerken en de schuld werd dus bij de buitenlanders gelegd, geleid door Joden.
In plaats van verontwaardiging over de 'daders' kregen zij veel medeleven en werd er “Morts pour la France” overheen geschilderd.
Het gedicht ‘L'affiche rouge’ van Louis Aragon, eerder gezongen door Léo Ferré, werd tijdens de plechtigheid in het Pantheon gezongen door Feu! Chatterton. De afscheidsbrief van Manouchian aan zijn vrouw, geschreven enige uren voor zijn dood, werd gelezen door acteur en zanger Patrick Bruel. Het was een emotionele en ontroerende plechtigheid. President Macron ging van te voren langs bij allerlei legeronderdelen die buiten waren opgesteld en hij sprak met de nabestaanden.
Een smet op de plechtigheid was de aanwezigheid van Marine Le Pen, die als parlementslid was uitgenodigd en ook was gekomen, hoewel Macron haar had aangeraden dat niet te doen, omdat zij staat voor alles waar Manouchian tegen streed. Dat draaide zij meteen om (zoals alle populisten doen) en ze betichtte Macron ervan een tweedeling in de maatschappij te creëren.
De tegenstelling tussen deze plechtigheid ter ere van de Armeense communistische verzetsheld en hoe de Russen met hun verzetsheld Navalny zijn omgegaan, die tachtig jaar na Manouchian ook bruut werd vermoord, kon niet groter zijn.
Macron heeft een duidelijk signaal gegeven aan de rechts-extremisten in zijn land en overal in Europa: wij eren onze verzetsstrijders, ongeacht hun afkomst.