Het is nog geen Poerim, maar ik was geïnteresseerd in de lezing daarover die Michael Kagan hield op 12 februari jongst leden. Hij is de schrijver van The Holistic Haggadah, een soort collega* dus. Een vriendelijke man met een prettige manier van vertellen.
Ik had nooit wat met Poerim. Omdat ik pas later het jodendom binnenkwam en dus geen Joodse opvoeding heb gehad, is verkleden voor mij iets wat je met carnaval doet. En ik vier ook al geen carnaval. Dus om me in een dieren- of clownspak te hijsen, voelde te raar om te doen. Bij Beit Ha'Chidush keek ik vertederd naar de kinderen (en de volwassenen) die het Purimspiel opvoerden. Leuk, maar net zoiets als het kerstspel op mijn vroegere lagere school. En dronken worden kon ook nooit, ik moest altijd nog rijden.
Bij Poerim, zegt Kagan, gaat het om Haman, van wie wij de naam moeten uitwissen, maar die wij elk jaar opnieuw vele malen uitspreken onder het geluid van ratels. Kagan ging daar niet verder op in, maar ik bedacht zelf een verklaring: Haman symboliseert het Kwaad en dat is niet uit te roeien. We moeten ons daar goed van bewust zijn en het verhaal dus elk jaar vertellen.
Maar waar gaat Poerim nu eigenlijk echt over? Kagan vertelde dat het begint wanneer Mordechai niet wil buigen voor Haman. Die neemt vervolgens wraak door te dreigen het hele Joodse volk uit te roeien.
Buigen is niet iets Joods, zegt men altijd, maar je moet volgens de halacha wel buigen voor de koning, en ook in sjoel, op sjabbat en met de Hoge Feestdagen. Dan buig je voor YAH, zelfs tot op de grond. Dus niet voor een gewoon mens. Logisch dat Mordechai niet boog. Maar daardoor bracht hij zichzelf en zijn hele volk in gevaar. Waarom deed hij dat?
We gaan terug in de tijd en letten in het Estherverhaal als altijd op de details. Er staat: Mordechai was een afstammeling van Saul (die weer van Benjamin afstamde) en Haman was een Agagiet, een afstammeling van Amalek. Honderden jaren daarvoor versloeg Saul de Amalekieten en doodde hun koning Agag.
En nog weer honderden jaren eerder had Esav (van wie Amalek de kleinzoon was) zijn tweelingbroer Ja'akov bedrogen, van wie Mordechai, de Benjamiet, afstamde.
Dus toen Mordechai en Haman elkaar tegenkwamen, waren zij geen vreemden voor elkaar, maar afstammelingen van families die elkaar gevangen hielden in een eeuwige opeenvolging van bloedwraak en vergelding. De Jood Mordechai moest met zijn hele volk worden gewroken door de Amalekiet Haman. En andersom. Mordechai wint met behulp van Esther. Hoe? Hij vecht terug, want de Joden mogen zich bewapenen en kunnen daarom overwinnen.
Dit is in het kort de uitleg van Michael Kagan, er zijn natuurlijk vele andere versies. Maar de familieruzies, de rivaliteit tussen kinderen onderling, de wraak en de vergelding, zelfs eeuwen later, zijn dus ook aanwezig in het Estherverhaal, al is het impliciet.
Waarom lezen wij die verhalen dan nog steeds? Ze zijn wreed en hebben nooit een happy end, integendeel, duizend jaar na een broedertwist vermoorden mensen elkaar nog steeds. We zijn geïntrigeerd door de spannende avonturen en de moeizame relaties tussen familieleden. We herkennen ze en dat geeft troost als het in je eigen familie ook niet alles is, zeker niet in Joodse families met hun transgenerationele trauma's. Maar het zijn ook waarschuwingen en wijze lessen.
Kagan noemt de essentie van Poerim: het omdraaien van wat de waarheid lijkt. Haman, symbool van het Kwaad, is dus eigenlijk ook een slachtoffer van de geschiedenis, een nazaat die zijn familie wreekt. Niet goed te praten, maar wel een reden om alert te zijn.
Ik ga weer geen Poerim vieren dit jaar, maar ik ben blij met deze les om verder te kijken dan het oude verhaal, om de Hamans van deze tijd te herkennen en te bestrijden.
- De Nieuwe Hagada, een uitgave van Beit HaChidush.