Toen ik negen jaar was, las ik voor het eerst Het Achterhuis, met de ondertitel Dagboekbrieven 12 Juni 1942 - 1 Augustus 1944 (tweede druk, december 1947, met een woord vooraf door Annie Romein-Verschoor). Gedrukt op dat naoorlogse houthoudende papier. Ik was er erg van onder de indruk en begon in schoolschriftjes zelf een aan ´Lieve Anne' gericht dagboek, wat ik vele schriften heb volgehouden, ongeveer tot mijn veertiende.
Thuis bij mijn beste vriendinnetje Ria - bij haar hadden ze televisie - zag ik later het Nederlandse toneelstuk over het Achterhuis, met Rob de Vries als Otto Frank, Kitty Courbois als Margot en Martine Crefcoeur als Anne. Tranen met tuiten bij het einde. Toen we zo´n twaalf, dertien jaar waren, gingen Ria en ik op ons Cultureel Jongeren Paspoort een paar keer naar Het Achterhuis, toen niet meer dan het kale onderduikverblijf, zonder de hele educatieve instelling die er daarna omheen is gebouwd, en zonder dat je er voor in de rij hoefde te staan. De laatste keer dat we daar waren, hing er een schilderij dat Anne voorstelde zoals ze er in Bergen-Belsen had kunnen uitzien, met een kaalgeschoren hoofd, ingevallen gezicht en grote koortsige ogen. Daardoor besefte ik als twaalfjarige pas ten volle wat er na die inval was gebeurd. (Weet iemand wie de maker van dat schilderij was en of het zich nog ergens in het depot van het Anne Frank Museum bevindt?)
Geen wonder dat ik me de laatste weken erg heb opgewonden over de sensationele campagne waarmee het onderzoek Het verraad van Anne Frank in januari werd gepresenteerd door de initiatiefnemers en hoofonderzoeker Thijs Bayens en Pieter van Twisk van dit ´cold case onderzoeksteam´. Op 19 januari schreef ik op Facebook: "De conclusie van dit onderzoek had moeten zijn: het is nog steeds onduidelijk wie de acht onderduikers in Het Achterhuis heeft verraden. Maar ja, dan wordt het geen kassucces, dan wordt het boek niet in 18 talen vertaald, dan komen er geen filmrechten. Het is niet meer dan uitgekiend meeliften op het merk dat Anne Frank helaas is geworden."
Er zijn inmiddels genoeg deskundige historici en anderen die het onderzoek hebben afgekraakt vanwege fouten, omissies, en een opeenstapeling van aannames waar geen hard bewijs voor bestaat. Ook de kwaliteitskranten NRC, de Volkskrant, Het Parool, die de presentatie van dit onderzoek op de voorpagina´s publiceerden, hebben inmiddels moeten inbinden en moeten erkennen dat ze zich door een gelikte publiciteitscampagne hebben laten overdonderen, (alsmede door gretigheid om een scoop te hebben en angst voor enorme boetes bij het schenden van een door het team opgelegd embargo). Het is inmiddels een paar weken geleden dat dit tot uitbarsting kwam en ik zou er niet over schrijven als ik had gedacht dat het nu afgelopen is, maar het suddert nog steeds door en het lijkt er op dat Bayens en Van Twist, die zich aanvankelijk muisstil hielden, nu aan een tegencampagne zijn begonnen.
Daarom wil ik de aandacht nog eens vestigen op wat mijns inziens de beste en meest vernietigende respons was, geschreven door Hans Fels, jarenlang werkzaam als eindredacteur en regisseur bij de VPRO. Zijn ingezonden stuk in de Volkskrant was een reactie op de pontificale aankondiging op de voorpagina van die krant, de dag tevoren.
Fels schrijft over zijn eigen ervaringen met zijn moeder, Annetje Fels-Kupferschmidt, die Auschwitz-Birkenau overleefde: "Mijn moeder leerde mij over Auschwitz dat er dingen zijn die je niet kunt vertellen en dat er dingen zijn die je als zoon niet kan aanhoren." Misschien had Otto Frank het mysterie van het verraad van de onderduikers zelf al ontrafeld, schrijft hij, en misschien heeft iemand uit de Joodse Raad om zichzelf te redden, hen verraden. (Beide veronderstellingen zijn door inmiddels boven water gekomen gegevens uitermate onwaarschijnlijk, EvS.) "Maar de echte waarheid die had moeten worden onthuld, is dat zich voor de ogen van de gehele Nederlandse samenleving een drama afspeelde, waarbij het overgrote deel van de bevolking een volk zag verdrinken zonder hun een reddingsboei toe te werpen. Dan gebeurt er wat deze speurneuzen nu kennelijk opgedoken hebben: dan graait en vecht iedereen om ergens een tak te grijpen, om houvast te hebben en niet te verdrinken. (…) Maar als het waar zou zijn dat Otto Frank de naam van de verrader heeft gekend, dan nog is het te begrijpen waarom hij daar over het zwijgen toe heeft gedaan. Om de kop te voorkomen die nu in de Volkskrant is verschenen. (…) Om te voorkomen dat er met de vinger naar ons gewezen zou kunnen worden, dat wij zelf schuldig zijn aan onze eigen ondergang. Mijn dochter van 9 jaar zei me maandagavond: Abba, Anne Frank is door een Jood verraden."
Daarna legt Fels vanuit zijn ervaring met de wereld van film en televisie nog uit dat zulke 'cold-case projecten' in oorsprong een televisie-format zijn, ontwikkeld door filmproducenten voor wie geld en continuïteit van hun bedrijf voorop staat en die duidelijk geen enkele emotionele verwantschap hebben met hun onderwerp.
Het Zwitserse Anne Frank Fonds, dat als wettelijke vertegenwoordiger en erfgenaam van de familie Frank werd opgericht door Otto Frank en dat de rechten op Anne´s dagboek heeft, heeft Van Twisk en Bayens ook op bezoek gehad, maar na een gesprek zag men van iedere medewerking af. Yves Kugelmann, lid van de raad van bestuur van het fonds: "Het was voor ons meteen duidelijk dat de intenties van de initiatiefnemers onjuist waren. Het onderzoek moest een resultaat opleveren, en dat resultaat moest winstgevend zijn." In een gesprek met het NIW legt hij nog eens uit dat het al snel duidelijk werd dat het team geen flauw benul had van de omstandigheden van toen en dat hun methode geen enkele academische basis had. Dat het kwalijk is als je een dader aanwijst waar je geen hard bewijs voor hebt, en des te kwalijker omdat je daardoor de hele Joodse gemeenschap stigmatiseert.
Historicus Bart Wallet zegt op een tweede uitzending van Op1 – waar naast hem opnieuw Ronit Palache aanwezig is maar Van Twist schittert door afwezigheid – over de belachelijke uitkomst dat A.v.d.B. “voor 85 procent de waarschijnlijke dader is” dat dat percentage natuurlijk niets zegt, want het hangt af van de informatie die de onderzoekers er zelf van tevoren hebben ingestopt. Als die informatie allemaal fragwürdige veronderstellingen zijn, dan is het resultaat ook problematisch.
Ik hoop dat het laatste woord er inmiddels over gezegd is en dat het hele cold-case project uitgaat als een kaarsvlam. Maar ik vrees dat het nog een tijd blijft doorsmeulen.