Vorige week woensdag had Israël te kampen met stormwinden, die sneeuw, hagel en regen brachten. Donderdagochtend werd ik wakker met het zicht op een witte tuin, maar die sneeuw smolt in de loop van de dag snel weg. In het noorden van Israël bleef de sneeuw langer liggen. Op vrijdag bleek de storm ook nog iets anders te hebben meegevoerd: enorme plakken teer die Israëls hele kustlijn van noord naar zuid bedekten. Hoogstwaarschijnlijk afkomstig van een olietanker die tonnen ruwe olie (of diesel) heeft geloosd, net buiten Israëls territoriale wateren.
Een satellietfoto van 11 februari toont een olieplas op ongeveer vijftig km van de kust. Door die grote afstand, en door het stormachtige weer, werd de olie opgebroken in plakken teer. Op het strand van Nitzanim bij Ashkelon spoelde een dode jonge walvis met een lengte van zeventien meter aan. Na een obductie bleken zijn longen gevuld te zijn met zwarte vloeistof. Met behulp van een hijskraan en een bulldozer is een diep graf gedolven op het strand. Alle stranden zijn voorlopig gesloten voor het publiek. Een lichtpuntje: de ontziltingsinstallaties die 75 procent van Israëls drinkwater produceren, zijn niet aangetast.
Meteen hebben zich duizenden vrijwilligers gemeld, individuele mensen en leden van verschillende milieuorganisaties, om gewapend met plastic vuilniszakken en latex handschoenen de zwarte smurrie te verwijderen, niet alleen uit het zand maar ook van de rotsen en van de zeeschildpadden. Foto´s van geheel zwarte, dode schildpadden verschenen op sociale media. Enkele vrijwilligers moesten worden afgevoerd naar een ziekenhuis omdat ze te veel giftige dampen hadden binnengekregen. Nu moet je je officieel aanmelden en krijg je beschermende kleding en instructies hoe er moet worden gewerkt. Vanaf afgelopen zondag helpt ook het leger bij de schoonmaakactie. Voorlopig moet er handmatig worden gewerkt – chemische middelen die de teer kunnen oplossen zouden nog meer levende organismen doden.
Ondanks de zwijgplicht die de media hebben gekregen omtrent de identiteit van de dader, meldt de publieke zender Kan dat de olietanker Helena Minerva, een schip dat onder de Griekse vlag vaart, wordt verdacht van de olielozing. Deze tanker was eerder al betrokken bij een olielek van zo´n 200 ton voor de kust van Kopenhagen. De eigenaar van het schip ontkent iedere betrokkenheid. Volgens een ander tv-kanaal helpen Europese organisaties Israël nu met het opsporingsonderzoek.
Al in 2008 werd er door het ministerie van Milieu een nationaal plan ingediend met maatregelen voor kleine ongelukken, en het zoeken van hulp bij andere landen als zich een grote ramp zou voordoen. Maar dat plan heeft het nooit tot wet gebracht en is dus nooit uitgevoerd.
Er zijn verschillende manieren om olieplassen op zee in de gaten te houden. Vaak gebeurt dat met satellieten, maar die staan te ver weg om nauwkeurig te kunnen bepalen om wat voor substantie het gaat. Radarsystemen zijn een goed alternatief, die kunnen ook de beweging van de vervuiling door de zee heen traceren. Evenals drijvende boeien. Of drones, zoals de Europese Unie al gebruikt. Maar voor al deze oplossingen is geld nodig. Milieuorganisaties dringen al meer dan tien jaar aan op een budget en personeel en de autoriteit om maritieme vervuiling aan te pakken, maar het ministerie van Financiën gaf nooit thuis. Tami Gannot van Adam, Teva veDin, de Israëlische milieuwaakhond, kritiseert de regering Netanjahoe, omdat deze het gebruik van fossiele brandstoffen blijft uitbreiden in plaats van na te denken over een koolstofvrije economie. Afgelopen zondag sprak Netanjahoe nog met een Egyptische minister over samenwerking op het gebied van aardgas. Gasboringen schijnen ook grote hoeveelheden olie te produceren.
En dan nog dit: vanaf zondag werd de lockdown verder versoepeld. Musea, zwembaden, de kleine detailhandel en grote winkelcentra zijn weer open. Met een vaccinatiecertificaat kun je nu naar het zwembad of naar culturele evenementen. Die certificaten blijken heel gemakkelijk te vervalsen – als je tenminste enige kennis van digitale technieken hebt. Ze worden al voor woekerprijzen aangeboden. Ik heb het mijne maar braaf afgehaald bij mijn ziekenfonds, en zag onderweg hoe druk het overal was. Een stroom van kooplustigen bij kledingzaken, sneakerwinkels, op de markt, en afgeladen autobussen.
Met Poerim, dat deze week in Jeruzalem over drie dagen wordt uitgesmeerd – beginnend donderdagavond tot en met zondag (Poerim Sjoesjan, een dag later omdat Jeruzalem een ommuurde stad is) – wordt er waarschijnlijk een avondklok ingesteld … en even waarschijnlijk wordt die op grote schaal verbroken. Poerim sameach!