In Nederland worden bejaardentehuizen gesloten – in Israël worden er steeds meer gebouwd, en worden oude huizen gerenoveerd – al hangt daar wel een prijskaartje aan.
Jitschak en Malka waren tot anderhalf jaar geleden mijn bovenburen. Ze waren tevens hoofd van de Va'ad Beth (de bewonersvereniging), een belangrijke functie in een sjikoen (oud betonnen gebouw) als het onze. Malka maakte het trappenhuis schoon en Jitschak verzorgde het groen. Anderhalf jaar geleden verhuisden ze naar Beth Mozes, een ouderentehuis zoals dat hier genoemd wordt, in de buurt. Jitschak was nog niet toe aan dit stadium zei hij, maar Malka kon de trappen niet meer aan. Bejaarde Israëli’s hebben op hun oude dag de keuze tussen het in huis nemen van een verzorg(st)er (een Filipijnse, een Thaise of, zoals nu met de ramp in Nepal duidelijk wordt, een Nepalese), of naar een verzorgingshuis gaan. Die tehuizen variëren van kale overheidsinstellingen waar twee mensen op één kamer gezet worden, tot aan de meest luxueuze complexen in de vrije natuur met aanleunwoningen, waarvoor men bijzonder welvarend dient te zijn. Daar tussenin, qua prijs, bevinden zich tehuizen als het Nederlandse Beth Juliana in Herzliya en Beth Joles in Haifa, met één- en tweepersoons appartementen, goed verzorgd, waarvoor je nog altijd fikse inkoopsommen en pensionprijzen dient te betalen.
Na anderhalf jaar beloofd te hebben dat ik eens zou komen kijken bij mijn oude buren, heb ik dat vorige week gedaan. Ik trof een super tevreden Jitschak die me trots rondleidde. Allereerst in hun appartement op de benedenverdieping, een huiskamer met kitchenette, allemaal spiksplinternieuw, met een lichtbeige tegelvloer (“Erg besmettelijk,” bromde mijn buurman die de schoonmaak van zijn vrouw heeft overgenomen), een slaapkamer, een studievertrek, een badkamer met douche, toilet en daarnaast nog een apart toilet. Eén van de kamers was de ‘schuilkamer’, met ijzeren luiken die dicht konden in geval van raketaanvallen. Aan de muur hingen kleurige schilderijen, die door Malka gemaakt bleken te zijn, op de schilderlessen van het tehuis. Nooit eerder een kwast aangeraakt, maar met dezelfde precisie als ze vroeger het trappenhuis schoonmaakte, maakte ze nu lang niet gekke schilderijen. En iedere ochtend deed ze mee met gymlessen. Hijzelf zat op een toneelclub van het huis. Het privéterras kon hij me niet laten zien, het was in beslag genomen door bouwmaterialen want er is een hele nieuwe vleugel aangebouwd aan het bestaande tehuis en er wordt nog veel meer gebouwd. Het Siegfried Moses Ouderentehuis, zoals het officieel heet, maakt deel uit van de Vereniging van Israëli’s uit Centraal-Europa, meest Duitse en Oostenrijkse Joden, maar wordt nu ook bewoond door andersoortige Asjkenazi’s – ik kwam tijdens de rondleiding Engelstalige en Nederlandstalige bewoners tegen. Op weg naar de eetzaal liet Jitschak me een paar grote aquaria zien - “die verzorg ik” - en in de groepsruimte (‘cafetaria’) stond een hele bibliotheek achter glazen deurtjes, niet alleen Hebreeuws, maar ook Duits, Engels, Nederlands en Frans. Hij nam me mee de schitterende tuinen in, waar tussen de rozen mooi tuinmeubilair stond en hij bracht me naar de ‘animal corner’ in de tuin, met konijnen en cavia’s. Er waren net kleine konijntjes geboren en pa konijn was nu ingekwartierd bij de cavia’s.
Aan de kant van Derech Bethlehem wordt nog driftig gebouwd, daar komt een theaterzaal en een zwembad voor de bewoners. Jitschak houdt van tuinieren en als hoogtepunt liet hij me twee kassen zien, waarin bewoners die daar plezier in hebben, biologische groenten en kruiden kweken. Ik was meteen verkocht en vroeg, mijn mond nog vol met verse peterselie, naar de pension- en inkoopprijzen in Beth Mozes. Jitschak en Malka hebben gekozen voor het pakket zonder maaltijden, Malka kookt nog zelf, en ze betalen NIS 10.000 per maand. Met maaltijden er bij zou het NIS 12.000 zijn. (“We drinken natuurlijk wel ’s ochtends en ’s middags koffie en thee mee, met cake en gebakjes erbij”). De inkoopprijs was 100.000, en ik ben vergeten te vragen of dat sjekels of dollars waren; zal wel dollars zijn geweest. Dat is nog steeds goedkoper dan Beth Juliana, het veel geprezen Nederlandse tehuis in Herzliya. De nieuw bijgebouwde appartementen zijn allemaal al verkocht en er is een wachtlijst, waarschuwde hij toen hij me enthousiast zag worden. Hij wil in ieder geval niet meer terug, hij heeft het heerlijk in Beth Mozes.