Een paar weken geleden vroeg M. me om met hem een wandeling te maken. M. is een 93-jarige man die in Frankfurt woont en aardig wat kampen heeft overleefd. We ontmoetten elkaar nabij de metro van de dierentuin in de stad. “Loop mee en leer wat,” was zijn welkom. Een paar honderd meter verder stonden we bij wat ooit de grote sjoel van Frankfurt was. Een groot bord legt uit dat hier ooit de sjoel heeft gestaan en dat die in de beruchte Kristallnacht in de fik gestoken en volkomen verwoest was. Ik keek hem afwachtend aan want M. heeft altijd wel iets te vertellen.
“De volgende ochtend kregen wij, de Joodse Gemeente en Joodse inwoners in de stad, bevel om alles te komen opruimen en ook het opruimen door Publieke Werken te betalen. Uiteraard waren de prijzen idioot hoog maar dokken moesten we,” zei M. met een trieste grijns.
Ik moest hieraan denken toen ik het verhaal over het namenmonument in Nederland hoorde. Pracht idee, want al deze namen mogen zonder meer nooit vergeten worden. Maar ook moeten we zorgen dat wat er met deze mensen gebeurd is, niet vergeten wordt. We weten nu immers hoe het in elkaar zat: de Nederlandse overheid heulde heerlijk samen met de Duitse bezetter en was bijzonder behulpzaam in het opsporen, aanhouden, oppakken, wegsturen (wat resulteerde in het afslachten) van de Joodse gemeenschap in Nederland. Nederland heeft immers de dubieuze prijs gewonnen als het land waar het hoogste percentage Joden is uitgeroeid.
Daar moet je wel wat voor doen en dat deed de Nederlandse overheid dan ook, en maar al te graag. Want behalve het uitroeien van mijn volk, hield de Nederlandse overheid zich ook bezig met het inpikken van de bezittingen, het achteroverdrukken van spaarrekeningen, het niet teruggeven van eigendommen en in feite gewoon zien hoever ze ermee konden gaan. Zelfs toen de boel enkele jaren geleden aan het licht kwam – mede dankzij hard werken van mijn vader – gooide de overheid het op een dealtje en werden die lastige Joden afgekocht met een lachwekkend bedrag.
Maar traditie is traditie, zeker ook voor Nederland. Dus nu er een namenmonument gaat komen, hebben enkele ijverige ambtenaren waarschijnlijk goed in de geschiedenisboekjes gelezen en kwamen met een pracht idee: ga je gang, bouw maar een monument, maar vergeet niet zelf te betalen. Wij, de overheid, van onze kant, zullen het toestaan ... dat is onze contributie ...
Uiteraard willen nabestaanden en anderen dit monument gerealiseerd zien. Dus wordt er niet gevraagd wat hier in Godsnaam aan de hand is, of we nu niet allemaal gek geworden zijn, nee, traditiegetrouw adopteerde de Nederlandse regering het principe dat al na de Kristallnacht gebruikt werd: laten ze er maar mooi voor betalen. Zal wel weer de schuld van de Joden zijn, dus laten ze er maar mooi voor dokken.
De bijbel heeft er een frase voor: Hahargta ve gam jarsjta - je hebt iemand vermoord en ook zijn nalatenschap gekregen …
Je moet het de Nederlandse overheid nageven: ze verandert nooit.
© Simon Soesan