En plotseling is daar de maand Elloel. De drukkende, vochtige hitte van augustus is ineens voorbij, een mens kan weer adem halen. En op het strand zijn ineens veel minder strandgangers, er is op ieder uur van de dag plaats om te parkeren, je kunt met gemak een plekje vinden op de terrasjes en je kunt een wandeling maken zonder dat na twee minuten je kleding aan je plakt.
Mensen zijn terug van hun zomervakantie en lachen in hun vuistje omdat ze nu maar twee, drie weken moeten werken tot aan de chagiem, de Hoge Feestdagen die onze dagelijkse sleur een maand lang heerlijk verstoren. Want van Rosj Hasjana tot aan Soekot zijn er heel wat vrije dagen en als het kan, overbruggen we de werkdagen met nog meer vrije dagen, kortom: als je wat gedaan wilt krijgen in ons Joodse Land, moet je het niet in de maand Elloel plannen. Fabrieken en kantoren gaan voor een week dicht tijdens de week van Soekot en nogmaals: ook vanwege alle andere feestdagen is het niet bepaald hard werken geblazen.
Vlak voor Rosj Hasjana, op bruggetjes over kleine beekjes in het hele land (daar we geen rivieren hebben) en op plekken langs het strand, zie je 's ochtends heel vroeg mensen de traditionele 'tasjliech-gebeden' zeggen, waarbij ze hun zonden het water in gooien. Mensen zijn opeens aardiger voor elkaar en velen, zelfs de niet-religieuzen, vragen vergiffenis aan elkaar, zoals het behoort voor de Hoge Feestdagen.
Op Rosj Hasjana maakt het niet uit of je wel of niet vroom bent: midden op de ochtend kun je in elke straat, uit elke sjoel het bekende geluid van de sjofar horen, het enige geluid dat zo uniek is voor deze feestdagen.
Waar je ook bent en wat je ook doet, je stopt met alles en luistert mee en iedereen heeft dan wel een wens in zijn hart voor een goed en gezond nieuw jaar. En iedereen, maar dan ook echt iedereen, eet stukjes appel met honing, zodat we het bittere en het zoete van het leven onthouden.
Na Rosj Hasjana hebben we de 'verschrikkelijke dagen', tot aan Jom Kipoer. De traditie wil dat juist in die tijd ons lot wordt bezegeld door de Almachtige.
En dan komt de meest ongelooflijke dag, de dag dat alles in ons land stilstaat: Jom Kipoer. Van auto's tot vliegtuigen, van radio tot tv, van winkels tot restaurants: alles gaat dicht, alles stopt. Velen gaan eerst naar sjoel om het Kol Nidrei te horen. Waar ter wereld zegt men in een kerk, tempel of moskee, dat we nu allemaal samen zitten, zelfs met misdadigers, om de heiligste dag van het jaar te beginnen?
Er is geen vreemder, mooier en adembenemender geluid dan de stilte in de stad en op de wegen als je op Jom Kipoer in Israël wakker wordt.
Terwijl de meeste kinderen in de steden hun fietsen, rolschaatsen en skateboards mee naar buiten nemen, om te genieten van verkeersvrije straten, gaan anderen naar de sjoels in bijna elke straat en gaan, om wat voor reden ook, aan hun gebeden beginnen. Je kunt Asjkenazi, Sefardi of Chinees zijn, het doet er niet toe. Iedereen die op Jom Kipoer naar sjoel gaat, zingt Awinoe Malkeinoe en wie niet gaat, kan het horen galmen door de straten.
De maand Elloel is speciaal. Nog vóór de aanbijt, na het vasten, gaan velen aan de slag met het bouwen van de soeka, wat als een mitswe gezien wordt. Velen zijn al aan het aanbijten als je buiten het lawaai hoort van hamers en spijkers.
De dagen worden koeler, het is ineens veel vroeger donker, hier en daar hebben we een buitje en iedereen vraagt zich af welke bui we de ‘joree’, de eerste echte regen van het najaar, kunnen noemen. Sandalen worden vervangen door schoenen, korte broeken gaan de kast in en lange broeken zijn weer 'in'.
Zelfs de liefde van mijn leven klaagt dat het met twintig graden koud is geworden en doet 's nachts de ramen dicht, terwijl onze kinderen tv kijken met een deken over zich heen, want het is zo koud buiten …
De maand Elloel is een maand van vernieuwing, een maand van een nieuwe start, een vers begin.
Zoals gewoonlijk vallen onze feestdagen samen met de Ramadan van de Moslims en ook met Diwali, het nieuwjaar van de Boeddhisten. Want hoe je de Almachtige ook noemt, en hoe men ook wil bidden, op een bepaalde manier heeft Iemand ervoor gezorgd dat er een symmetrie is in de wereld, of je het nu gelooft of niet.
Nog even terug naar Jom Kipoer. Een gedeelte van onze bevolking ‘doet er niet aan’ en gaat thuis films zien, of ergens kamperen, of naar het buitenland. Daar kan discussie over ontstaan, waarbij volgens mij elk standpunt juist is. Want wat je ook doet in de maand Elloel, en waar je ook bent, het maakt niet uit. Een wijze rabbijn heeft ooit gezegd dat de gedachte aan de Almachtige vaak meer waard is dan een lang gebed.
Eten, niet eten op Jom Kipoer?
Vast wel.
© Simon Soesan