Bassam had net zolang gezeurd tot we toegaven. Mayumana, ons bekende showgezelschap, dat muziek, ritme en beeld laat samenvloeien, had een nieuwe show met de bekende zanger en gitarist David Broza. Omdat hun theater zich in Yaffo bevindt, moesten we daar wel heen, hetgeen ons tegelijkertijd noodzaakte om heerlijk in Yaffo te gaan eten.
Daarna slenterden we naar het Mayumana Theater, waar we in de rij aansloten met onze kaartjes in de hand. In juli is het warm in Israël. Aangezien het theater aan de haven van Yaffo ligt, was het er ook erg vochtig. Snel gingen we dan ook door de veiligheidscontrole, om vervolgens te ontdekken dat er binnen geen airco was. “Alleen in de zaal,” was het antwoord van een medewerker op onze vraag.
Omdat de zaal open was, liepen we achter andere toeschouwers aan en zochten onze stoelen op. Na enkele minuten liep een klein mannetje in een groot uniform de zaal in.
“Wat doen jullie hier? Dat mag helemaal niet, hachóetsa, naar buiten jullie.”
We keken de man verveeld aan.
“Waar naartoe?” vroeg Bassam. “Er is geen airco buiten en ik heb niet betaald om te zweten.”
“Ik ook niet,” riep iemand die een paar rijen achter ons zat.
“Niks mee te maken, jullie mogen er nog niet in. Naar buiten!” riep het inmiddels nerveus ogende mannetje.
“Zeg, mesjoggene hond, het is tien voor tien, ga je nu iedereen eruit gooien en ze dan weer erin laten? Zo begint de show nooit op tijd!”
Iedereen begon zich ermee te bemoeien.
“Gotspe! Mensen zomaar eruit zetten!” riep iemand.
“Welja, weer worden Joden verwijderd!” riep iemand anders.
Voordat ik hem kon tegenhouden, had Bassam al gereageerd. “Ik ben anders niet Joods!” zei hij terwijl hij opstond. Met zijn 130 kilo was hij behoorlijk imposant en het werd stil. Hij knipoogde naar ons, stak zijn hand uit naar zijn vrouw en liep naar buiten. Wij volgden en even later stond iedereen buiten. Om kwart over tien mochten we weer naar binnen. Deze keer werden onze kaarten gecontroleerd en even later zaten we. Een oud vrouwtje, dat al eerder met ons in de zaal zat, keek achterom naar Bassam. “Bent u echt niet Joods?” vroeg ze hem. “Ik zal u iets vertellen,” zei Bassam samenzweerderig zachtjes, “het is nog veel erger. Ik ben Arabier!” De vrouw keek hem met grote ogen aan. “Ik zou zweren dat u Joods was ...” zei ze nu ook zacht en draaide zich om. Ik stootte mijn vriend aan. “De show gaat beginnen,” zei ik hem.
Hij schudde zijn hoofd.
“Die is al lang begonnen,” zei hij wijs.
© Simon Soesan