Eindelijk was het zo ver! Na maandenlang erover gepraat te hebben en ondanks geruchten dat ze misschien ooit 'fout' zijn geweest, besloten, ook wij, net als duizenden Israëli's voor ons, eens langs te gaan bij het Scandinavische meubelhuis. We gingen naar het filiaal bij Netanya. Als je er niet vroeg bij bent, vind je zelfs geen parkeerplaats. Dus waren we er vroeg bij. Een half uur voor de opening van de zaak stond er al een rij van een kleine vijftigduizend man, die allemaal voor ons waren (Jiddisje overdrijving?). Precies om negen uur mochten we er in en onder zwaar gedrang gingen de duizenden opgewonden nieuwsgierigen kijken hoe je voor weinig geld meubeltjes kunt kopen die je zelf in elkaar mag zetten. Uiteindelijk konden we daar niet weggaan zonder iets te kopen ("Nevére toch, we zijn al hier?"), dus kochten we een zak vol tierelantijntjes voor de kinderen en twee boekenkasten, die we toch nodig hadden.
Bij het betalen werd ons uitgelegd dat die kasten de volgende dag bij ons thuis zouden worden afgeleverd en, inderdaad, de volgende dag kregen we twee grote, lange en vooral zware pakketten: de boekenkasten waren aangekomen. Alleen, er was een kleine verrassing bij: je mag ze zelf in elkaar zetten.
Onder toeziend oog van vrouw, kinderen en vriendjes (ik had toegangskaartjes moeten verkopen ...) maakte ik het eerste pakket open en haalde meteen de handleiding eruit. Vond een zakje met spijkers, schroeven en dibbeletjes en legde die apart. De eerste opdracht was om stuk hout G te vinden, wat erg veel op stuk hout Q en zelfs ook een beetje op A leek, alleen was het wat korter. De duveltjes van de Scandinavische zaak schreven natuurlijk niet op de stukjes hout hoe ze heetten: dat mochten we zelf raden. Na anderhalf uur hadden we alle stukjes hout ongeveer herkend. Nu moest je met sleutel H, die veel op sleutel K leek, schroeven A33 via ringetjes B5 in hout G draaien, zodat ze ook plank A pakten. Ik probeerde dapper alles te onthouden, maar het geschreeuw van mijn familie over dat ik het verkeerd deed, hielp niet al te best. Plank S kon ik niet samen schroeven met boutje W via ring R en plank B was er gewoon niet.
Ik begon langzaam maar zeker te zweten. Maar ik gaf niet op! Bij ons in de familie zijn we stijfkoppen en zelfverzekerd en we geven nooit op! Daar was plank B! Maar waarom zat die vastgeschroefd aan de vloer? Hier was zijkant P, waar plankjes S, B en nog enkele andere ingeschroefd moesten worden! Ha! Ik keek trots naar mijn familie, die om de een of andere reden met z’n allen zaten te lachen. Zal wel iets op de tv zijn geweest, want ik gaf het goede voorbeeld: doorzetten en niet opgeven.
Hoewel we om twee uur 's middags met het werk waren begonnen, was het nu al na zessen en had ik nog geen kast in elkaar kunnen krijgen, laat staan twee.
"Laat ons even ...", probeerde mijn vrouw me voor schut te zetten, maar dat liet ik natuurlijk niet toe. Onze zoon wilde helpen, maar ik bedreigde hem met een plank en hij week terug. Ik ben de man in huis en mij zal het lukken!
Ik begon weer vanaf het begin. Waar was stuk G nou? Welke mesjoggene heeft dat ding nou aan T vastgeschroefd? Tegen achten was ik bereid om even een pauze te nemen. Zwetend en moe nam ik een fles water en een broodje, maar verliet mijn plekje niet. Niemand die dit van mij inpikt!
Op pagina drie van de handleiding stond iets over spijkertjes en een achterwand die C heette. Ik begon vrolijk aan het hameren. Tegen tienen klopte de buurman aan de deur, om te vragen of ik wat minder lawaai wilde maken, zo laat. Maar toen hij mij zwetend en hijgend, met een hamer in mijn hand in de deuropening zag, grijnsde hij schaapachtig en vluchtte weg.
Tegen elven stopte ik ook maar, want een mens moet toch slapen. Maar, om zeker te zijn dat niemand met mijn spul aan de gang ging, sliep ik, onder protest van mijn vrouw en gehoon van mijn eigen vlees en bloed, op de vloer, bij mijn kast, of wat binnenkort een kast zou worden.
Ik gaf niet op en de volgende morgen, al om zes uur, was ik aan de gang, wat aardig wat boze reacties van mijn familie en buren opleverde. Maar, zoals eerder gezegd: ik geef niet op! Tegen de middag zag ik de vorm van een kast, hoewel ik niet snapte waar de andere zijkant, Z, nou was. Ook de planken leken me niet bepaald goed te zitten, maar ik zweerde dat ik een kast zag.
Mijn vrouw omhelsde me en zei dat ik gelijk had en dat het me allemaal mooi gelukt was. Ze leidde me naar ons bed (kant en klaar gekocht, de hemel zij geprezen!) en hielp me even te gaan liggen. Ik viel meteen in slaap, trots dat ik het toch gepresteerd had. Vaag hoorde ik onze kinderen naar de kast rennen. Hadden ze het over uit elkaar halen? Ik dommelde weg. Een uurtje later schrok ik wakker. Het was stil in huis, behalve het zachte gepraat van mijn familie in de voorkamer. Ik liep er naartoe en zag de twee kasten helemaal klaar, en al gevuld met boeken.
Ik keek mijn vrouw vragend aan.
"Je zoon en de vriendjes van je dochters zijn even aan het werk gegaan. Ze hadden de kasten zo snel klaar, ongelooflijk," zei ze. Ik keek de verraders aan. "Heb ik het weer niet goed gedaan?" vroeg ik beledigd. Onze oudste kwam op me af en liet me wat foto's zien op onze digitale camera. Een abstract kunstwerk van planken was gefotografeerd. Mijn meesterwerk.
Gasten die sindsdien bij ons thuis komen, prijzen onze mooie boekenkasten. Ik zeg niks, hou m’n mond en geef geen sjoege. Ik weet dat die Scandinaviërs fout moeten zijn geweest en hun handleidingen zijn een internationaal complot tegen gesjievesen zoals ik.
Ik zweer het u!
© Simon Soesan