“Het is jouw dak, dus jouw probleem,” zei Gideon, mijn buurman, terwijl hij een koekje uit de koektrommel in onze keuken gapte.
Gideon is ook voorzitter van onze Vereniging van Eigenaren, die zes leden heeft, aangezien ons gebouw uit zes appartementen bestaat. Hij neemt zijn taak serieus en komt graag bij de buren langs, gewapend met een groot blocnote en een pen. Want Gideon houdt van schrijven.
Afgelopen winter liet ons dak ons weten dat we aan het werk moeten. Ons appartement is op de bovenste verdieping van ons gebouw en de vele regen laat duidelijke sporen achter. Ik wilde zodoende de Vereniging van Eigenaren mee laten betalen aan de reparatiekosten. Dat gaat dus niet zomaar, er moet onderhandeld worden.
“Maar het dak is toch gezamenlijk eigendom?” vroeg ik hem rustig.
“Ja, nee!” antwoordde Gideon duidelijk. Hij griste nog een koekje uit de trommel.
Ik keek hem afwachtend aan.
“Algemeen onderhoud doen we samen, maar we hebben met jouw lekkages niks te maken,” zei hij met volle mond.
“Dus je wilt niet helpen?” vroeg ik hem op de man af. Hij keek me nadenkend aan.
“Je hebt me in ieder geval niet overtuigd,” zei hij. Hij pikte nog een koekje en ging weg.
In de Talmoed staat geschreven dat het werk der rechtvaardigen door anderen gedaan wordt. Deze gedachte heeft me geleerd geduldig te zijn. Dingen gebeuren soms vanzelf.
Een week na ons gesprek kwam Gideon ’s avonds gehaast naar ons toe.
“De riolering is verstopt,” hijgde hij toen hij binnenkwam.
Ik keek mijn vrouw met een valse blik aan en knipoogde naar haar.
“Mijn riolering doet het prima,” zei ik geslepen.
“Ja, maar bij ons komt alles naar boven,” ging de man, die op de begane grond woont, door.
“Dan zou je een loodgieter kunnen bellen,” stelde ik hem behulpzaam voor.
“Ikke?” begon Gideon. “Maar de riolering is gezamenlijk eigendom!” protesteerde hij. Ik keek hem met leedvermaak aan.
“Ja, nee! Algemeen onderhoud doen we samen, maar we hebben met jouw troep niks te maken,” ging ik door.
Gideon keek me opeens veelbetekenend aan. Hij voelde nattigheid, en niet alleen van zijn riolering.
“Het gaat je dus om je tinnef-dak,” zei hij langzaam.
Ik haalde mijn schouders op.
“Ons tinnef-dak,” verbeterde ik hem onschuldig.
Op dat moment werd er weer aangebeld en ik deed open. John, onze Engelse buurman, kwam binnen.
“Neem me niet kwalijk beste man, maar er komt een bijzonder sterke geur uit jouw huis,” zei hij beleefd tegen Gideon.
“Hij was net met mij ons gezamenlijke dak aan het bespreken, daar is ook een probleem mee,” zei ik geslepen. Gideon keek me verslagen aan. We hadden een deal.
Ons dak is nu prima in orde, dank u. Hoe het bij Gideon in huis is, weet ik niet, maar we hebben wel allemaal samen betaald. Voor het dak en de riolering.
Bijzonder, hoe de Talmoed ook deze keer weer gelijk heeft.
© Simon Soesan