Zwemmen. Ik doe het met veel plezier. ’s Ochtends vroeg, nog voor ontbijt of koffie, zwem ik al jarenlang met mijn vrienden in het Maccabi zwembad in Haifa. Omdat we er echt van willen genieten zijn wij altijd de eersten om vijf uur ‘s ochtends. Ieder van onze groep zwemt zijn baantjes. Sommigen doen er zestig zoals ik, sommigen doen er wat minder, maar iedereen geniet. Daarna drinken we een kop koffie en praten we over de situatie in ons land. Voor mij is dat een heerlijk begin van de dag. Dov, die ooit in de Joodse Brigade diende en nu, 90 jaar oud, nog steeds elke morgen zijn twintig baantjes zwemt, heeft altijd wel een mooi verhaal te vertellen over iets wat tijdens de oprichting van onze staat is gebeurd.
Als zwemmer neem ik graag deel aan wedstrijden. Niet om te winnen, maar gewoon om mee te doen en het uit te zwemmen. Bekend is de Poseidon Open Water, waar je vijf kilometer de zee in wordt gebracht en vervolgens terug mag zwemmen. Uiteraard moet je dat geconcentreerd en in alle rust doen. De golven, die af en toe het strand in de verte laten verdwijnen en de stilte om me heen tijdens het zwemmen zijn waar ik het voor doe.
Eens per jaar doe ik mee aan de Cross Kinneret Swim. We zwemmen dan haaks het Meer van Tiberias over. Het is ongeveer vier en een halve kilometer en ik doe er met mijn schoolslag twee uur over. Omdat dit evenement altijd rond Rosj Hasjana plaatsvindt, zeg ik vaak dat dit mijn jaarlijkse mikwe is en hoop ik zo, tegen beter weten in, een paar van mijn vele zonden af te kunnen wassen. Ongeveer twaalfduizend personen zwemmen hier in mee. Niet allemaal tegelijk. Ik ga altijd meteen met de eerste groep om zes uur het water in. Daarna komen de gezinnen en de verenigingen, waar ik geen boodschap aan heb. Ook kan men desgewenst een kortere route van anderhalve kilometer afleggen.
Dit jaar had ik weer de mazzel hieraan mee te kunnen doen. Ik verliet Haifa om half vijf en was binnen een uur op de plaats van bestemming, Tzemach, waar we per bus verder reisden naar kibboets HaOn om vanuit daar de zwemtocht te beginnen. De zon was nog niet op en er was nog weinig licht toen we begonnen. Tijdens het zwemmen zag ik de zon achter mij opkomen en de kleuren sprookjesachtig veranderen. Om me heen in het water was het doodstil. Niemand sprak en er werd rustig door gezwommen. Mijn hoofd kon zich ongestoord met gedachten vullen. Geen mobiele telefoon, dus geen Facebook of Twitter. Rust. Tijd genoeg om het afgelopen jaar te overdenken, wat ik fout heb gedaan, wat beter kan. Voor mij is dit een mengeling van Jom Kippoer en een mikwe.
Door het toepassen van de juiste ademhalingstechniek word ik niet moe maar ik moet eerlijk toegeven dat ik na twee uur zwemmen mijn spieren wel voelde. Eenmaal uit het water, kreeg ik een broodje, pakje chocolademelk en de zoveelste medaille uitgereikt. Snel op de foto, om te bewijzen dat ik dit echt had gepresteerd en dan snel terug naar huis.
Thuisgekomen kreeg ik eerst de felicitaties van mijn levenspartner en de rest van de dag kon ik het rustig aan doen, terwijl slechts één gedachte nog door mijn hoofd speelde: tot de volgende keer.
© Simon Soesan