Net als eerder kwamen we uit een concert en vernamen we dat er een aanslag had plaatsgevonden in Tel Aviv. In juni 2016 waren we naar de Beach Boys (of wat daarvan over is) in het park van Ra’anana geweest, waarna het nieuws over een terreurdaad in het Saronacentrum tot ons doordrong. Daarbij vielen vier doden en zestien gewonden. Ditmaal hadden we een klassiek concert in Ra’anana bijgewoond. Nadat ik mijn iPhone had aangezet, las ik over de aanslag vlakbij de kruising van Dizengoff en Ben Goerion. Het dodental was aanvankelijk twee en is op het moment dat ik dit schrijf opgelopen naar drie.
De aanslag van zes jaar geleden werd gepleegd door twee Palestijnse broers met zelfgemaakte wapens. Omdat één van de wapens op een gegeven moment haperde, gingen ze er vandoor. Zij konden gelukkig worden getraceerd, waarbij één van de twee werd gedood en de ander gewond raakte. Ze kwamen uit een Palestijnse plaats vlakbij Hebron op de Westoever (Judea en Samaria, zeggen kolonisten). Dit keer ging het hoogstwaarschijnlijk om één dader. Die was afkomstig uit Jenin in het noordelijk deel van de Westoever. Ook hij wist aanvankelijk te ontkomen, doch werd na een urenlange en intensieve klopjacht gespot in of bij een moskee in Jaffo. Hij vond de dood in een kort, heftig vuurgevecht, nadat hij volgens de media had geweigerd om zich over te geven.
Het zijn overigens niet alleen Palestijnen die ons een domper weten te bezorgen na een mooi concert. De allereerste keer dat het ons overkwam, was in Amsterdam. We waren naar een klassiek concert in de Beurs van Berlage geweest en bij thuiskomst hoorden we van onze geschrokken dochters, die het vlak daarvoor via de tv hadden vernomen, dat één of andere ultrarechtse Israëli premier Jitschak Rabin had vermoord.
In die tijd gebeurde het ver van huis (al is het Heilige Land voor de meeste Joden geen Verweggistan). Sinds we vanaf 2016 in Israël wonen, gebeurt het als het ware om de hoek. Ditmaal kwam het in emotioneel opzicht nog dichterbij. Onze middelste dochter is namelijk met man en twee zoontjes momenteel over uit Spanje en onze jongste had willen afspreken met haar beide zussen in Tel Aviv om het glas te heffen op het weerzien. Dat had dus op de Dizengoff kunnen gebeuren …
Iedereen die in Israël woont, weet dat het elke Israëli of buitenlandse ingezetene kan overkomen. De kans dat het nou net jou treft, is weliswaar statistisch klein – vergelijkbaar met het winnen van de hoofdprijs in een loterij – maar de Palestijnse aanslagen zijn volstrekt willekeurig. Dat is anders dan bij de doden die aan Palestijnse kant vallen door acties van het Israëlische leger om terroristen op te sporen. Recent werden er drie uit de weg geruimd die met een auto vol met wapentuig op weg waren om een aanslag te plegen. Er zijn sowieso volgens de berichtgeving van het leger na de eerste recente aanslag in Beersjeva tien of meer aanslagen voorkomen, omdat men lucht kreeg van hetgeen radicale Palestijnen van plan waren.
De kring rond de terroristen die de aanslagen plegen, waarbij zij vaak in vuurgevechten de dood vinden als ze worden opgespoord, sympathiseert niet zelden met de moordzuchtige daders. Zo ook de vader van de dader van de recente aanslag in Tel Aviv. Het is dieptreurig om te constateren dat de haat zo diep zit. Veel van die haat is gebaseerd op kwaadaardige verzinsels, zoals het waanidee dat Joden erop uit zouden zijn de Al Aksamoskee op de Tempelberg (Haram al Sharif, zeggen moslims) op te blazen om daar de Derde Tempel te bouwen. Niet dat er geen gekke, fanatieke Joden zijn die er zulke idiote, levensgevaarlijke fantasieën op nahouden, doch het gaat om een minuscule groep en ze worden scherp in de gaten gehouden, zodat zij geen domme, onverantwoorde dingen kunnen doen.
Angst voor terreur maakt dat mensen allerlei zaken niet meer in het juiste perspectief kunnen zien. Zo worden Arabieren, niet alleen Palestijnen van de Westoever of Gaza, ook Arabische Israëli’s, over één kam geschoren, alsof ze allemaal niet te vertrouwen zijn. Terwijl er talloze voorbeelden te geven zijn van Arabische Israëli’s die zich juist inzetten om slachtoffers van terreurdaden te redden. Zoals deze arts uit het binnen Israël gelegen Umm al Fahm, dat bekend staat als broeinest van radicalen. Of de Arabische politieagent die omkwam bij het verdedigen van burgers bij de aanslag in B’né B’rak.
Mahmoud Abbas, de baas van de Palestijnse Autoriteit, alsmede Turkije en Bahrein hebben de terreurdaad in Tel Aviv veroordeeld. Bij Abbas is er in ieder geval sprake van pure lippendienst, want zonder twijfel krijgt de vader van de terrorist zoals te doen gebruikelijk een uitkering voor de moordpartij van zijn zoon. Die beloningen zijn een perverse prikkel.
Ondertussen is het Israëlische kabinet zijn meerderheid kwijt, omdat Idit Silman van Yamina, de partij van premier Bennett, geen steun meer wil geven aan de huidige regeringscoalitie. Eerder was er al een andere afvallige, Amichai Chikli, uit de club van Bennett, waardoor de meerderheid van 62 zetels was geslonken naar 61. Dat is dus nu 60 geworden, omdat hij gezelschap heeft gekregen van Idit Silman. En er dreigen meer te volgen, zoals Ohrbach en de populaire Ayelet Shaked. Ohrbach heeft zelfs een ultimatum opgesteld bestaande uit drie punten (zie bijgaand artikel), anders zal hij Silman volgen.
Bennett kan een stokje steken voor het overlopen van opstandige leden van zijn nationalistisch-religieuze fractie naar de oppositie, in casu de Likoed van Netanjahoe. Afvallige parlementariërs kunnen namelijk officieel als ‘defector’ (overloper) worden aangemerkt. In dat geval is het verboden om zich aan te sluiten bij een andere fractie in de Knesset. Als ze hun politieke carrière willen voortzetten, moeten ze een nieuwe partij oprichten. Er zijn nog meer, wat ingewikkelde bepalingen rond het overlopen van Knessetleden, zoals de onmogelijkheid om ‘deserteurs’ tot overlopers te verklaren. Dat kan niet als dertig procent of meer de fractie wil verlaten. In het geval Yamina, de partij van Naftali Bennett, die uit zeven leden bestaat, gaat het dus om drie Knessetleden. Naast Chikli en nu Silman zou er nog slechts één moeten worden gevonden. Als Chikli formeel tot overloper wordt verklaard, gaat het om twéé leden naast Silman.
Van onze oudste Israëlische schoonzoon uit Netanya hoorde ik dat de huidige regering op het punt staat allerlei maatregelen door te voeren die voor de gewone burger financiële voordelen opleveren. Daardoor zou de populariteit van de regering Bennett-Lapid wel eens flink opgevoerd kunnen worden naar mijn idee. Ook op religieus gebied is deze regering bezig met voorzichtige hervormingen waar het opperrabbinaat mordicus tegen is. Een uitgelezen moment dus voor de oppositie om de regering in de wielen te rijden.
Formeel heeft Silman het vertrouwen opgezegd in de huidige regering vanwege het toestaan van chameets (gegiste producten) in ziekenhuizen tijdens de Pesachweek. Ongetwijfeld zal het haar aan het religieuze hart gaan dat de huidige minister van Gezondheidszorg Nitsan Horowitz van de zeer linkse Meretspartij enige tijd geleden per brief heeft laten weten dat controles op het binnenbrengen van chameets, zoals pitabroodjes, niet zijn toegestaan. De actie van de minister was gebaseerd op een uitspraak van het Hooggerechtshof van twee jaar geleden dat de controles op chameets neerkomen op religieuze dwang. Dat daar nú opeens zo’n groot punt van wordt gemaakt door Silman is nogal verdacht in mijn ogen.
Anderzijds, wat zou de linkse, seculiere Nitsan Horowitz liever willen: coûte que coûte chameets toestaan tijdens Pesach in het ziekenhuis of weer een zeer rechtse regering met misschien Netanjahoe terug op het regeringspluche?