De oliebollen en appelflappen van bakkerij Simon Meijssen tegenover ons vroegere huis in Amsterdam mis ik nog steeds. Er ging geen Oud en Nieuw voorbij of we haalden die in huis. De appelflappen waren zelfs constant verkrijgbaar. Ik wist me bijna altijd het hele jaar door te bedwingen, net zoals ik de soefganiot laat liggen tot het echt Chanoeka is. Of bijna zo ver is, de verleiding wordt dan wel erg groot.
Vuurwerk mis ik allerminst. Al dat geknal en de geur van buskruitdampen, het kan me gestolen worden. Al moet ik bekennen dat de duizendklapper of hoe dat ding heten mag van het Chinese restaurant bij ons op de hoek tegenover de bakkerij best spectaculair was.
De Nederlandse traditie om oudejaarsconferences uit te zenden, hoeven we in Israël niet te missen. Geïnteresseerd hebben we teruggekeken naar Peter Pannekoek, die non-stop gesticulerend zijn licht liet schijnen op van alles en nog wat, maar vooral op de wappies. Najib Amhali gaan we nog bekijken en we hebben al gelezen dat ook hij zijn pijlen richtte op de antivaxxers. Hebben die weer iets om zich over op te winden.
In Ra’anana was ook dit jaar niks te merken van de jaarwisseling. In ieder geval niet op straat bij ons in de buurt. Het kan heel goed zijn dat in plaatselijke cafés en bars wel aan Sylvester werd gedaan, zoals Israëli’s de overgang van het ene gewone jaar naar het andere omschrijven. Paus Sylvester wordt beschouwd als een antisemiet. Dat weerhoudt met name de Russische Israëli’s er niet van om Novy God (Nieuwjaar in het Russisch) uitgebreid te vieren. En andere Israëli’s doen daar graag aan mee, zeker als ze jong zijn en in Tel Aviv wonen.
Cartoon uit Haaretz (Eran Wolkowski)
Ook de Gazanen deden een duit in het zakje. Toen we op zaterdagochtend 1 januari in alle vroegte langzaam wakker werden, hoorden we in de verte twee doffe dreunen. Het deed me denken aan het afgelopen voorjaar toen Hamas talloze raketten afschoot op Israël en het Iron Dome zijn best deed – en met succes – om die uit de lucht te halen. Later die ochtend lazen we dat er twee raketten vanuit de Gazastrook in zee bij Tel Aviv en Palmachiem terecht waren gekomen. Foutje, liet Hamas weten, het had met het weer te maken. Ja ja, dat zal wel.
Gewoontegetrouw liet Israël de dubbele raketbeschieting, ook al trof die geen doel, niet onbeantwoord en sloeg gericht terug. En dat leidde weer tot berichten in de Nederlandse pers dat Israël Gaza had gebombardeerd. Journalisten beginnen altijd met het laatste nieuws en draaien op die manier de oorzaak-en-gevolg cyclus om. Dus kan je lezen in de koppen en aan het begin van de artikelen daaronder dat Israël Gaza had bestookt. Halverwege of aan het eind, soms al aan het begin, komt de aap uit de mouw en staat er dat Hamas was begonnen met schieten. Het komt ook voor dat dat gewoon wordt weggelaten.
Wat denken ze eigenlijk in de rest van de wereld? Moeten de Israëli’s raketbeschietingen en ander geweld (messteken, autorammen of schietpartijen op de Westoever/Judea en Samaria) maar over zich heen laten komen? In deze regio wordt dat doorgaans gezien als teken van zwakte en maakt lik-op-stuk beleid meer indruk. Het regionale eergevoel gaat zó ver dat, ook al loop je met de kop tegen de muur en ga je er zelf aan kapot, je een provocatie niet onbeantwoord laat. En zo duurt de vicieuze cirkel maar voort en voort.
Al zijn er af en toe lichtpuntjes. Zoals eerder het bezoek van minister van Defensie Benny Gantz aan Mahmoud Abbas in Ramallah. En nu het recente tegenbezoek van Abu Mazen aan de woning van Gantz in Rosh Ha’ayin. Echte doorbraken zijn het niet en je moet wel erg optimistisch zijn wil je er een begin van hervatting van de afgebroken vredesonderhandelingen in zien. Desondanks wordt er gepráát en dat is winst. Er wordt niet alleen gepraat, er worden ook serieuze besluiten genomen om de Palestijnse Autoriteit met steunmaatregelen in het zadel te houden. Het zou een absolute ramp worden als Hamas de baas wordt op de Westoever.
Rechts Israël is er boos over en ook in de regeringscoalitie is men niet echt te spreken over de bezoeken over en weer van Abbas en Gantz. Het wordt afgedaan als onbelangrijk of op zijn gunstigst als praten over de veiligheidssituatie, waar Israël ook belang bij heeft.
Het zal pas wat worden met echte vrede als de Palestijnen gaan erkennen dat Israël niet weg te krijgen is (de facto erkenning). En het zou nog mooier zijn als het besef bij de Palestijnen zou doordringen dat de Joden over hele goede ‘geloofspapieren’ beschikken als het gaat om het bestaansrecht van Israël als Joodse staat (de jure erkenning). Mét gelijke burgerlijke rechten voor minderheden, wat niet inhoudt dat die dezelfde nationale rechten hebben in Israël. Die nationale rechten kunnen tot hun recht komen in een eigen Palestijnse staat náást Israël.
De twee-staten-oplossing is nog steeds de meest redelijke oplossing voor het eindeloze Palestijns-Israëlische conflict. Al geloven velen al lang niet meer in de haalbaarheid ervan, zoals onder anderen de Israëlische schrijver Awraham Yehoshua al op 19 april 2018 in Haaretz betoogde. Onlangs zag ik twee zeer verlate tegenreacties over de volstrekte onwenselijkheid van de één-staat-oplossing. Eén van Avi Garfinkel in Haaretz en de andere van Dan Perry in Times of Israel.
Het hoofdargument is bekend: het wordt niks met één staat waarin Joden en Arabieren er elkaar de tent gaan uitvechten. Joegoslavië wordt ten voorbeeld gesteld. En er zijn voldoende andere gevallen geweest in de geschiedenis waarbij het niet lukte om samen te gaan, wat Yehoshua zo intens graag wenst.
In dat kader stond iedereen perplex toen Mansour Abbas, leider van de Arabische Ra’ampartij die deelneemt aan de huidige brede coalitieregering, ronduit zei dat Israël een Joodse staat is en zal blijven. Hij zei het niet alleen in het Hebreeuws, hij bracht het ook naar voren in het Arabisch.
Onmiddellijk werd Mansour Abbas door zijn naamgenoot Mahmoud Abbas, Abu Mazen, de Palestijnse president, verbaal afgemaakt en ook tal van andere Palestijnen lieten zich niet onbetuigd. Er was overduidelijk een groot taboe doorbroken. De Palestijnse Autoriteit erkent Israël wel sinds Arafat om ging, doch niet het Joodse karakter van de staat. In de Palestijnse visie hebben Joden geen nationale rechten, want het zou niet om een volk gaan met zelfbeschikkingsrecht. En passant wordt zo ongeveer de hele Joodse geschiedenis verdonkeremaand en worden Israëlische Joden gezien als Westerse kolonisatoren die niks te zoeken hebben in de Arabische wereld.
Dat ongeveer de helft van de Joodse Israëli’s eeuwenlang in Arabische landen heeft gewoond, wordt daarbij niet onder ogen gezien. Bijna allemaal zijn die als berooide vluchtelingen vertrokken naar Israël of elders in de wereld. En geïntegreerd.
Mansour Abbas heeft eindelijk het Palestijnse narratief over Israël overboord gegooid. Zou dat komen omdat hij als zeer gelovig moslim verdomd goed weet wat er in de Koran staat over de landsbelofte van Allah aan de Joden? Of is hij een puur calculerende pragmaticus? Want naar zijn idee is het zinniger om als Arabische Israëli de feiten onder ogen te zien en vanuit die positie zoveel mogelijk binnen te halen dan te volharden in het ontkennen van het Joodse karakter van de staat en aldus steeds aan de kant te blijven staan.