De PVV heeft tot ieders verrassing een klinkende overwinning behaald bij de Tweede Kamerverkiezingen. Wilders zal ook wel veel stemmen hebben gekregen van Hollandse Joden en andere Nederlanders in Israël die gebruik hebben gemaakt van het recht om vanuit het buitenland te stemmen. De PVV is populair in die groep. Mijn stem heeft de geblondeerde politicus niet gekregen.
Wilders is zéér voor Israël, al staat hij vooral achter een uiterst rechts Israël. Niet voor niets lopen fanatieke kolonisten met hem weg. Die omarmen ‘de Jordaanse optie’, dus de Palestijnse staat ís er al, want een ruime meerderheid van de Jordaniërs is Palestijn. Dat moge zo zijn, maar de Hasjemitische minderheid die daar aan de macht is, zal niet toestaan dat de Palestijnen het land naar hun hand zetten. Dat heeft de PLO al eens eerder geprobeerd, in 1970 tijdens de Zwarte September, en toen is het slecht met hen afgelopen. Ze werden op grote schaal door het Jordaanse leger afgeslacht en het land uitgezet naar Libanon. Daar hebben ze vervolgens het broze machtsevenwicht van het multireligieuze Libanon verstoord, waarop ze ook daar – onder druk van Israël – het land uit werden gegooid. Ditmaal naar Tunesië.
Velen zijn het wellicht vergeten, maar de Israëlgezinde PVV was tégen de sjechieta (koosjere slacht). Althans, Wilders liet die kwestie over aan zijn kompaan Dion Graus, die fel tegen deze wijze van slachten tekeerging. Het was voor hem dierenleed van de bovenste plank. Ongetwijfeld heeft bij de opstelling van de PVV in deze meegespeeld dat ook moslims min of meer op dezelfde wijze dieren slachten. Dat Joden dan ook last zouden krijgen van een verbod op rituele slacht was in de ogen van de PVV van Wilders kennelijk bijkomende schade.
Je zou kunnen zeggen dat Wilders pro-(rechts!)Israël is, maar niet direct pro-Joods, gezien zijn steun voor een verbod op de rituele slacht. Dat verbod is in Nederland indertijd ternauwernood tegengehouden. Moslims hebben daarbij dankbaar gebruik gemaakt van de Joodse sjechieta-lobby die de Eerste Kamer net op tijd om wist te krijgen.
Toen mij onlangs bij de bakker werd gevraagd wat ik van de uitslag van de Nederlandse verkiezingen vond, antwoordde ik daarom “kacha kacha” (zo zo). De man die het mij vroeg, nadat hij had gehoord dat ik uit Nederland kwam, vond dat niks en draaide zich direct om nog voor ik een toelichting kon geven. In Israël wordt Wilders als een grote vriend van het land gezien. Allerlei achtergronden van de Nederlandse politiek kennen ze natuurlijk niet, net zoals Nederlanders over het algemeen weinig van Israël afweten – al denken ze niet zelden van wel en hebben ze er een hele grote bek over.
Israël heeft een forse Arabische minderheid (circa twintig procent) van wie de meesten moslim zijn. Druzen en bedoeïenen zijn loyaal aan de Joodse staat. Druzen zeker! In mindere mate de Druzen op de geannexeerde Golanhoogte, die eerder bij Syrië hoorde. Bedoeïenen voelen zich ook verbonden met Israël, al is daar ook enige radicalisering te zien, zo heb ik begrepen. Andere Arabische Israëli’s kunnen heel loyaal zijn, doch anderzijds ook fel voor de Palestijnse zaak en tégen Israël, het land waar ze wonen.
Hun positie is ook best ingewikkeld. Eigenlijk zijn zij ‘Palestijnen met een Israëlisch paspoort’ en zitten ze tussen twee vuren in: hun Palestijnse identiteit plus familie en het Israëlisch staatsburgerschap. Doorgaans worden ze in Israël omschreven als Arabische Israëli’s, ter onderscheiding van de Palestijnen die in de Palestijnse gebieden (op de Westbank) wonen en onder Abbas met zijn Palestijnse Autoriteit vallen of in Gaza hun domicilie hebben en onder de islamistische dictatuur van Hamas gebukt gaan.
Israël kent geen anti-islampartij, zoals de PVV. Of je zou de partijen van Ben-Gvir en Smotrich (en ook enigszins de Likoed) zo moeten beschouwen vanwege hun anti-Arabische houding. Maar het is anti-Arabisch, niet per se anti-moslim. Dat komt natuurlijk ook omdat er christelijke Arabieren in Israël zijn die niet onderdoen voor islamitische Arabieren als het gaat om anti-Israëlische stellingname (Sabeel!), terwijl zij de Israëlische nationaliteit hebben.
Ongetwijfeld speelt bij dit alles mee hoe je het Palestijns-Israëlisch conflict ziet. Is het puur een strijd om grondgebied en wie daar de baas is? Of is het in wezen een oorlog tussen beschavingen, religies, tussen islam en jodendom? Beide zijn waar, lijkt me. Al vind ik het eerste meer waar dan het tweede. Het valt op dat de meest felle Israëlhaters in deze regio strenge moslims zijn, zoals aanhangers van Hamas (soennieten) en Hezbollah en Iran (sji’ieten). Het is niet voor niets dat de huidige Gazaoorlog (de vijfde alweer) door Hamas “de Al Aksa-vloed” is genoemd. Hamas probeert in haar strijd om grondgebied en wie het daar voor het zeggen heeft Palestijnen op de Westbank en andere moslims in de regio mee te krijgen door het tot een religieuze oorlog te maken. Daarom doen ze een beroep op alle moslims in de hele wereld.
Saillant hierbij is dat de vooraanstaande, zeer gelovige moslim Mansoer Abbas (niet te verwarren met Mahmoed Abbas van de Palestijnse Autoriteit) vindt dat Hamas zich allerminst islamitisch gedraagt! En bij verhoren van gevangengenomen ‘terroristen van 7 oktober’ gaven die zelf schoorvoetend toe dat hun wreedheden op 7 oktober weinig islamitisch zijn.
Ook aan Joodse kant zijn er genoeg voor wie de religie voorop staat. De Allerhoogste heeft immers het land aan Joden beloofd en daarom is het in hun ogen van eminent belang om te wonen in Judea en Samaria. Zij vervullen daarmee een Goddelijke opdracht.
Onlangs kreeg ik de resultaten onder ogen van een hele recente opiniepeiling onder Israëli’s over de Gazaoorlog. Uiteraard gaat het daarbij om Joodse en Arabische Israëli’s. Voor beide groepen staat het terughalen van de gegijzelden voorop. Het is niet verbazingwekkend dat ook Arabische Israëli’s dat als nummer één zien, want er zijn tevens Arabische Israëli’s door Hamas gekidnapt (en gedood!).
Over de andere doelen van de oorlog tegen Hamas lopen de meningen tussen de Joodse en Arabische Israëli’s nogal uiteen: bijna net zo belangrijk als het naar huis halen van de gekidnapten is voor Joodse Israëli’s: het afzetten van Hamas, het herstellen van de afschrikking door het Israëlische leger plus het creëren van een bufferzone rond Gaza. In onderstaande grafiek is te zien dat voor Arabische Israëli’s dat in veel mindere mate oorlogsdoelen zijn, met uitzondering van het herstellen van afschrikking. Niet zo opvallend als je bedenkt dat net zo goed voor Arabische Israëlí’s geldt dat ook zij zich door een sterk leger beschermd willen weten tegen bedreigingen van buitenaf. Nota bene van hun Arabische broeders.
Mate van belangrijkheid van vier oorlogsdoelen in de Gazaoorlog
In het opinieonderzoek zijn naast de vraag over oorlogsdoelen nog diverse onderwerpen aan de orde gesteld, zoals: de regeringsplannen voor Gaza na beëindiging van de oorlog, het noordelijk front met Hezbollah, de relaties met de VS, verlening van wapenvergunningen aan burgers, wijziging van de Wet op de Natiestaat en de terugkeer op de politieke agenda van de juridische hervormingen, en zo meer.
Opvallend zijn de veranderde opvattingen door de oorlog over een al dan niet wenselijke wijziging van de Wet op de Natiestaat (Israël als Joodse staat) waardoor de gelijkheid van alle burgers sterker tot uitdrukking wordt gebracht. Een jaar eerder was minder dan de helft van de Joodse inwoners voor zo’n wijziging. Nu, gezien de grote inzet van Druzen en bedoeïenen op het slagveld, waarbij ook onder hen doden en gewonden vallen, is het percentage voorstanders van zo’n wetswijziging gestegen tot meer dan de helft. Vooral onder de linkse en centrumkiezers is die bereidheid gestegen, doch onder rechtse kiezers is dat ook het geval. Daar is het animo voor zo’n amendement van de wet zelfs verdubbeld van 18 procent naar 35 procent.
Percentage voorstanders van een wijziging van de Wet op de Natiestaat waardoor de gelijke rechten van niet-Joodse inwoners worden benadrukt
Het ziet ernaar uit dat Joodse Israëli’s terdege beseffen dat je in nood je vrienden leert kennen en dat je zulke vrienden daarvoor moet belonen, omdat die samen met jou zij aan zij staan tegenover de verschrikkelijke vijand.