Onze oudste dochter, die net als wij op alija is gegaan (naar Israël geëmigreerd), woont in de 29ste novemberstraat (רח' כ"ט בנובמבר). Een beetje kennis van het zionisme komt altijd van pas als je hier straatnamen wil kunnen volgen. Het slaat op de datum waarop de VN in 1947 de befaamde delingsresolutie (181) aannam. Die resolutie heeft veel meer betekenis gehad voor de oprichting van de staat Israël, het enige Joodse land ter wereld, dan de Balfour-verklaring uit 1917. Daarover is onlangs veel te doen geweest, omdat het precies honderd jaar geleden is dat de Engelse minister van Buitenlandse Zaken Balfour deze brief schreef aan Lord Rothschild, leider van de Britse Joodse gemeenschap en weldoener.
De Engelsen spraken hun sympathie uit voor het streven van Joden naar een “eigen nationaal tehuis” in Palestine, erets Jisraeel volgens de Joodse terminologie. De Engelsen speelden dubbelspel, want aan de Arabieren werd ook van alles beloofd. De naam Palestina is ooit - zoals Joden in de regel wel weten, maar anderen vaak niet - door de Romeinen bedacht om de aanduiding Judea voor het toenmalige Joodse land uit te wissen. De Romeinen vonden die Joden maar een lastig volkje dat zij liever kwijt dan rijk waren.
Overigens is voor de meesten onbekend dat de League of Nations (Volkerenbond), opgericht in 1920 na de Eerste Wereldoorlog en voorloper van de Verenigde Naties, de Balfour verklaring overnam bij de opstelling van het mandaat aan de Britten voor het op de Turkse Ottomanen veroverde gebied, dat nu Israël en de Palestijnse gebieden omvat. Joodse vestiging was toegestaan in dat hele gebied, dus ook op de Westoever, zoals de Jordaniërs het gebied omschrijven dat Judea en Samaria omvat. De VN namen later alle verplichtingen van de League of Nations over.
Voor de Arabische wereld was de toezegging van de Engelsen aan de Joden al een onaangename provocatie, de VN-resolutie was helemaal een slag in het gezicht. Er braken direct vijandelijkheden uit in de gehele Arabische wereld. De Arabieren wilden hun gram halen op hun Joodse medeburgers. Dat was ongeveer het stomste wat ze konden doen, want het bracht een stroom van meer dan 800.000 Joodse vluchtelingen op gang naar Israël en andere landen. Zoals bekend wonen er nu nog maar heel weinig Joden in de Arabische landen en Iran. Ze zochten en masse een veilig heenkomen elders. In de meeste gevallen in Israël, dat deze vluchtelingen met open armen ontving. Al is de komst van de Oriëntaalse Joden niet verlopen zonder een zekere mate van vernedering door de Westerse Joden.
Ik heb het altijd opvallend gevonden dat Arabische Joden bijna volledig zijn weggetrokken uit hun eeuwenoude islamitische woonlanden. Er wordt altijd beweerd dat ze het niet zo slecht hadden vanwege de dhimmi-status, die bescherming bood onder de islam aan de volkeren van het boek, te weten Joden en christenen. En het is zonder meer juist dat de Arabische wereld geen ramp heeft gekend, zoals de Sjoa in het christelijke Westen. Of heel veel vroeger de Kruistochten, die gepaard gingen met vreselijke moordpartijen op Joden in het Rijndal en op andere locaties waar vandaan de Kruisridders vertrokken. Maar bedenk dat er zelfs na de Sjoa weer Joden in Duitsland zijn gaan wonen. En tegenwoordig trekken veel Israëli’s naar Berlijn, omdat het daar zo goed toeven is. Het is vrijwel ondenkbaar dat er weer Joden naar Caïro of Bagdad zouden gaan, al zal de eerste generatie nog wel eens heimwee hebben naar oude tijden.
Voor Joden was de stemming in de Arabische landen en Iran dus blijkbaar toch niet zo aangenaam geweest dat zij ervoor kozen om te blijven, zoals Europese Joden niet zelden deden – zelfs na de verschrikkingen van de Sjoa. Er waren namelijk wel degelijk tal van pogroms geweest in de islamitische landen van het Midden-Oosten. Zelfs de veel opgehemelde periode Al Andalus in het middeleeuwse Spanje werd opgeschrikt door Jodenvervolgingen onder het regime van de fanatieke Almohaden uit Marokko. Het leidde onder andere tot het vertrek van Maimonides uit Spanje. Overigens week hij uiteindelijk uit naar het eveneens islamitische Egypte, dus je kan niet alle moslims en verschijningsvormen van de islam over één kam scheren. Zijn tijdgenoot Nachmanides vluchtte als heuse zionist naar erets Jisraeel, waar door de tijden heen altijd plukjes Joden zijn blijven wonen en naartoe zijn getrokken, nadat de Romeinen de Joden daar hadden uitgemoord bij diverse opstanden en uit hun eigen land hadden gegooid. Daarna begon de tweede diaspora, die veel en veel langer duurde dan de eerste.
Pas in 2014 ging Israël officieel aandacht geven aan het onvrijwillige vertrek van Joden uit Arabische landen. Velen moesten alles achterlaten en kwamen berooid aan in Israël of elders. Daar was de opvang niet zelden minder dan men had gehoopt, zoals ik al aangaf. Er was voor Joden uit meer agrarische gebieden voorts een flinke kloof te overbruggen met het meer Westerse Israël, dat aanvankelijk grotendeels werd gerund door Asjkenazische Joden.
De 30ste november werd door de Knesset gekozen als de Dag van de Joodse vluchtelingen uit Arabische landen plus Iran, de dag volgend op de aanvaarding van VN-resolutie 181. Toen begon het gelazer voor de Joodse inwoners pas echt in de Arabische landen. En de ellende herhaalde zich in 1956 en 1967, toen er weer eens een oorlog was uitgebroken tussen Arabische landen en Israël.
Onze ene Israëlische schoonzoon heeft Jemenitische ouders, de andere een opa en oma (van moederskant) uit Marokko. We hebben het daar nauwelijks over, wat ik wel jammer vind. Het moet voor Joden uit die landen toch bitter zijn geweest om te moeten vertrekken. Al gingen ze hun vrijheid tegemoet en konden ze gaan werken aan het zionistische ideaal. Dat moest echter wel worden bevochten, plus dat ondertussen van alles moest worden opgebouwd in het nieuwe, oude Joodse land. Daarbij kon gelukkig worden geprofiteerd van de basis die eerdere Joodse immigranten hadden gelegd vanaf ongeveer 1880 – en ook daarvoor al. In Jeruzalem, Tsfat, Hebron en Tiberias hebben door de eeuwen van diaspora heen altijd Joden gewoond.
Een Jemenitische familie loopt door de woestijn naar een opvangkamp bij Aden, opgezet door de American Joint Distribution Committee. Copyright: Israel National Photo Archive
Aan het eind van de negentiende eeuw kwamen er overigens al Joden uit Jemen naar wat later Israël zou worden. De echte uitstroom vond plaats in 1949, toen met operatie “Vliegend Tapijt” 50.000 Jemenitische Joden werden overgevlogen. Daar werd weinig ruchtbaarheid aan gegeven om de operatie niet in gevaar te brengen. Gelukkig kan nu op de 30ste november wel in het openbaar volop aandacht worden geschonken aan de vlucht van Joden uit de vijandige Arabische wereld naar het eigen Joodse land. Enigszins vergelijkbaar met het vertrek van moslims uit India naar een eigen op te richten islamitische staat, geheten Pakistan.
Als je aandacht voor de Joodse vluchtelingen uit de Arabische wereld vergelijkt met de mondiale aandacht voor Palestijnse vluchtelingen en al hun nageslacht, die zowaar een overerfbare status hebben verworven en als troef worden ingezet tegen de staat Israël (“recht op terugkeer”, wat nauwelijks gebruikelijk is voor vluchtelingen) dan kan je maar tot één conclusie komen: de ene vluchteling integreert en bouwt aan een nieuwe toekomst in het land van aankomst, de andere vluchteling en de generaties daarna blijven hangen in het verleden en zien louter om in wrok. Erger nog: ze worden daarbij voluit gepamperd door zoiets als de UNRWA, de aparte organisatie voor Palestijnse vluchtelingen. Voor alle andere vluchtelingen op de wereld is er maar één organisatie, de UNHCR, die normaliter integratie in de ontvangende landen nastreeft. Dat riekt, nee, dat stinkt naar ongelijke behandeling.