Wie zijn of háár hoop had gevestigd op dit Israëlische kabinet om het in 2016 bereikte akkoord over een niet-orthodox deel bij de Kotel (‘Klaagmuur’ of beter Westelijke Muur) op te pakken, moet nog eventjes geduld hebben, aldus een recent bericht in Times of Israel. Bennett en minister Kahana durven het niet aan. De ultraorthodoxen hebben gedreigd met hel en verdoemenis als de progressieven ook echt hun stukje gaan krijgen bij de Kotel.
Het huidige, voor progressieve en conservatieve Joden bestemde deel bij de Kotel (uit: Times voor Israel)
Uiteraard liet ook de Likoed zich niet onbetuigd, gezien de uitlatingen van de vroegere minister van Cultuur Miri Regev, die nooit vies is van pittige uitspraken. Als punt bij paaltje komt, is deze regering in dat opzicht niet heel veel beter dan de vorige onder Netanjahoe. Koning Bibi zat met handen en voeten vast aan de ultraorthodoxe partijen om in het zadel te kunnen blijven. Dat geldt bepaald niet voor de huidige ploeg, want zij hebben de ultra’s ingewisseld voor de islamistische Arabische partij Ra’am van Mansour Abbas, die zegt met de dood te worden bedreigd door zeer rechtse Joodse Israëli’s. Die zien hem als ‘terrorist’.
Echter, niet alleen Bennett en Kahana zijn overstag gegaan, zelfs Lapid liet zich in dergelijke bewoordingen uit. Op dit moment zijn naar diens inschatting de geesten nog niet rijp voor een revolutionaire stap als het gaat om de Kotel. Volgens hem hebben ze de volle vier regeringsjaren nodig om zover te komen.
Eerlijk gezegd geloof ik er niet meer in. Maar je moet wel als je een beetje optimistisch wil blijven over zoiets als religieuze pluriformiteit in het Joodse deel van de Israëlische samenleving. Alleen, hoelang moet het nog gaan duren? Op dit moment vindt Kahana andere hervormingen in de verhouding tussen staat en jodendom veel belangrijker dan dat compromis over de Kotel van 2016. Hervormingen rond kasjroet geven al genoeg gedonder en meer kan hij er kennelijk niet bij hebben. Zo is er altijd wel wat, waardoor de meer progressieve Joden in Israël steeds weer in de wachtkamer moeten blijven zitten. Het eelt op het zitvlees, de toches, is zo langzamerhand duimendik.
Natuurlijk, de ultra’s vormen een machtsfactor en dat zal in de toekomst alleen maar meer kunnen worden, gezien het hoge geboortecijfer in hun gelederen. Er is echter ook iets anders dat naar mijn idee meespeelt en niet zo’n klein beetje ook. Daarbij moet ik denken een gebeurtenis van enige jaren terug tijdens de Hoge Feestdagen in Amsterdam. De Liberaal Joodse Gemeente was nog in afwachting van de nieuwe sjoel die in aanbouw was. Er was om de hoge opkomst met Rosj Hasjana en Jom Kipoer op te kunnen vangen een alternatieve behuizing gevonden in Amsterdam Zuid-Oost. Het ging om een kerkgebouw van de Pinkstergemeente, als ik het goed heb. Het grote christelijke kruis was aan het oog onttrokken door een groot doek dat er overheen was aangebracht. Een beetje bizar, dat wel. Sowieso was het geen prettig gebouw, vond ik, maar niettemin een uitkomst om als LJG grote diensten te kunnen houden met de Hoge Feestdagen.
Onze drie dochters waren uiteraard mee en in die tijd hadden ze alle drie een Israëlische partner. Ook die waren van de partij en ik weet nog goed dat alle drie mannen een soort lachstuip kregen toen zij vrouwen op de bima (de verhoging waar de Tora wordt gelezen) zagen. Dat kon echt niet in hun ogen! Dat was geen jodendom – waar ze in religieus opzicht verder helemaal niet zoveel boodschap aan hadden.
Dat tekent de Israëlische mentaliteit. Jodendom in religieuze zin is orthodox jodendom, waar veel Israëli’s zich tegelijkertijd weinig aan gelegen laten liggen. Ach, het hoort erbij, het is van tijd tot tijd best lastig, maar niet de moeite waard om er een serieus punt van te maken. Dat geeft alleen maar veel gedoe, want die ultra’s gaan tot het uiterste om hun variant van het jodendom erdoor te drukken. Zij gaan door roeien en ruiten, zij wél, iets waar seculiere Israëlische Joden voor passen. Zó belangrijk is religie nu eenmaal niet in hun ogen.
En die progressieve en conservatieve Joden dan? Daar hebben we geen boodschap aan. En daar hoeven we als Israëli’s toch zeker niet bang voor te zijn?!