Een alija is in Joods opzicht best speciaal, anderzijds is het ook een doodordinaire verhuizing. Verhuizen is een vak apart. Dat geldt niet alleen voor een verhuisbedrijf, maar net zo goed voor de bewoners die van de ene woning naar de andere overgaan. Wij hebben volop de tijd genomen om onze internationale verhuizing voor te bereiden en uit te voeren. Omdat we ongeveer dertig jaar in onze Amsterdamse etagewoning hadden gespendeerd, hadden we heel veel spullen en ook troep verzameld. Alles wat door onze handen ging, stelde ons voor de keus: meenemen of achterlaten, dat wil zeggen weggeven, naar de kringloop brengen of weggooien. Enkele bijzondere dingen zijn verkocht, zoals de ruim 250 LP’s van pop tot klassiek. Concerto bood er 750 euro voor, zonder veel onderhandelen. Ook de Thorens draaitafel uit de jaren zeventig ging voor een aardig bedragje de deur uit, waarvan we met zijn allen uit eten konden ter gelegenheid van ons vertrek.
We hebben gigantisch veel weggebracht naar Gideon Italiaander. Hij is eerst langs geweest om de boeken die we weg wilden doen te bekijken, maar vond die totaal niet de moeite waard. Hij snuffelde even en rende gelijk weg, terwijl hij mompelde dat er helemaal niks bij zat. Ternauwernood - hij stond al onder aan de trap - was hij nog te bewegen om de boekendozen te laten ophalen, terwijl er hele kunstseries bij zaten en andere boeken die ons nog best waardevol leken.
Bij de demontage van kleding- en boekenkasten zijn we heel zorgvuldig te werk gegaan. Alles met opzet bij elkaar gehouden, zodat de assemblage in Israël geen puzzel zou worden. De verhuizers trokken echter alles met het grootste gemak uit elkaar, want hun zorg was dat alles zo goed mogelijk werd ingepakt. Ze bestempelden wel een speciale doos tot Number One en daar zaten alle schroeven, scharnieren enzovoorts in, van de kasten en ook van ons Aupingbed.
Onze verhuizing verliep logistiek wat ingewikkeld. Dat kwam doordat één van onze dochters in ons huis trok met haar partner. Omdat ze zwanger was, leek het ons verstandig dat zij ruim een maand voor de uitgerekende bevallingsdatum zou verhuizen. Alleen moesten onze spullen er dan natuurlijk wel uit zijn, dus die gingen naar een tijdelijke opslag in Nederland. Ruim na de bevalling - want we wilden nog de eerste weken genieten van ons tweede kleinkind - gaven we een seintje aan de internationale verhuizer dat de spullen in de container konden voor verscheping naar Ashdod. Er was ons gezegd dat we zeker een week voor aankomst van de container in Israël moesten zijn vanwege de inklaring.
Eenmaal in Israël kwamen we in een vrijwel leeg huis terecht. Gelukkig was er een goed bed en een simpel tafeltje met een set stoelen plus een lekkere douche. De zondag na onze aankomst op vrijdag kwam er internet, de koelkast - onmisbaar in dit warme land – volgde snel. En we hadden gelijk bij onze aankomst al een mobiele telefoon met internet, dus we waren direct verbonden met de rest van de wereld. Onze jongste dochter had dat allemaal geregeld, waar we haar eeuwig dankbaar voor zijn. Zonder haar was het echt afzien geweest in de eerste paar dagen en weken. Ze had zelfs haar Nespresso-apparaat bij ons geparkeerd, wetend dat we eigenlijk niet zonder pittige koffie kunnen.
Een bezoek aan de Israëlische collega’s van onze Nederlandse verhuizer stond hoog op de prioriteitenlijst. Een opvallend verschil met Nederland: daar kwam de verhuizer langs om alles in ogenschouw te nemen; in Israël moest ik naar de verhuizer toe, in Ashdod. Ik vroeg of ze een liftje zouden gebruiken, want dat leek me het snelst en minst vermoeiend. Als ik dat per se wilde, dan kon dat, maar dat zou extra geld kosten. Daar had ik totaal geen zin in want de hele operatie was al duur genoeg. De verhuizer verzekerde mij dat ze in Israël gewend zijn om alles via de trap te doen.
Het duurde daarna nog zo’n drie weken voor het bevrijdende telefoontje kwam dat de container was aangekomen. Ongeveer een week later werden we gebeld dat het zo ver was met alle douaneformaliteiten dat de container bij ons huis afgeleverd kon worden.
Ze zouden tussen tien en twaalf komen. De verhuisploeg van drie man (een onderaannemer) was er om kwart voor elf, maar de container moest toen nog vertrekken uit Ashdod. De truck arriveerde om ongeveer twaalf uur. Ik stond erbij toen het zegel werd verbroken en zag, toen de containerdeuren openzwaaiden, dat er nog wel wat bij had gekund. Terwijl de chef van de ploeg een aantal stevige latten loshaalde waarmee alle dozen in bedwang waren gehouden tijdens de zeereis van zo’n drie weken, zag ik hem nadenken. Hij had inmiddels de papieren gehad van de chauffeur en had geconstateerd dat het om een fors gewicht ging. Logisch want er zaten nogal wat boekendozen onder de ruim 200 dozen met onze persoonlijke bezittingen. Hij had ons ondertussen ook op ons balkon zien staan en gezien dat het huis ook heel goed bereikbaar was met een lift. De truck kon ook daar staan in plaats van om de hoek van het huis, waar de ingang van het trappenhuis zit.
Nadat hij klaar was met het openmaken van de container, zei hij mij opeens dat hij een lift ging regelen. Mij best, maar ik betaal niks extra, gaf ik als antwoord. Hij zou bellen met het verhuisbedrijf in Ashdod en als ze daar niet over de brug kwamen dan zou hij het desnoods zelf betalen. Zijn rug moest nog langer mee.
Na enig luidruchtig heen-en-weer gebel werd ons gezegd dat er binnen een half uur een lift zou komen. Het duurde drie keer zo lang. Om half twee stond alles klaar om de dozen uit de container naar binnen te liften. Om drie uur zat de klus erop en zaten wij met de moed der wanhoop tussen de stapels dozen in het eerst zo lege huis, waar we inmiddels eigenlijk wel aan gewend waren geraakt …