De bezetting lijkt ver weg, maar de doden en gewonden zijn zo pijnlijk dichtbij. Ik was een paar uur in Israël toen de radio uitgebreid verslag deed van een vrij grote militaire operatie in Jenin. Elite eenheden werden ingezet om een terreurgroep van Hamas onschadelijk te maken. Leden van deze Hamas-eenheid zouden volgens de radio verantwoordelijk zijn voor de moord op een rabbijn in een nederzetting.
Uit de berichtgeving, die onderhevig is aan militaire censuur, kon ik opmaken dat er in de smalle straten van een vluchtelingenkamp in deze Palestijnse stad hard is gevochten. De Israëlische soldaten stuitten op hevig verzet, als gevolg waarvan een soldaat zwaar werd gewond en een ander lichte verwondingen opliep. Twee leden van de Hamas-cel werden gedood. Een derde, de leider van de cel, verschool zich in een huis dat door de soldaten werd opgeblazen. Een lijk werd niet gevonden. Aangenomen wordt dat de man wist te ontsnappen. De soldaten maakten ook de dag daarna jacht op hem, maar hebben hem voor zover ik weet niet kunnen traceren.
Dit incident is een aanwijzing dat Israël in een eindeloze militaire confrontatie met de Palestijnen is verwikkeld en dat er aan beide kanten doden zullen vallen, zoals sedert het begin van de zionistische onderneming het geval is geweest.
Deze constatering staat los van mijn stellige overtuiging dat er geen uitzicht meer is op de stichting van een Palestijnse staat naast Israël in de in 1967 veroverde gebieden, inclusief oost-Jeruzalem.
Israel is militair en nu ook diplomatiek oppermachtig. De economie bloeit, de hightech verbluft de wereld.
De belangrijkste soennitisch-Arabische landen kiezen eerst schuchter maar steeds openlijker voor toenadering tot Israël als strategische ‘bondgenoot’ in de confrontatie met Iran. Zij laten de Palestijnen in de praktijk, maar niet in de Verenigde Naties, als een baksteen vallen.
Ik vraag me af hoe lang en onder welke voorwaarden Israël op de soennitisch-Arabische wereld – Saoedi-Arabië en Egypte – kan vertrouwen en rekenen. De kroonprins in Riyad en de Egyptische dictator oriënteren zich op Israël, maar de anti-Israëlische en anti-Joodse gevoelens – haat – zijn in die landen zo overweldigend groot dat deze strategische keus van beide leiders op los zand drijft. Het kan verkeren …
Ook de soennitisch-Arabische wereld zal Israël nooit als een echte vredespartner kunnen en willen omarmen, en dat geldt natuurlijk duizend maal meer voor de sji’itische wereld, geleid door Iran.
Misschien, en hopelijk, zal een omwenteling in Iran de positie van Israël in het Midden-Oosten verder versterken. Ook in psychologische zin. Maar de Palestijnse problematiek blijft voor Israël een open wond in dit deel van de wereld. Echte vrede zal Israël nooit krijgen als die open wond niet wordt verbonden met een verband van begrip. En ik ben er niet zeker van dat zelfs een oplossing van het Palestijnse probleem Israël de vrede zal geven, schenken, waarnaar Israël en Joden overal ter wereld hunkeren.
Ja, er is reden voor optimistische gevoelens hier. Maar dat optimisme is ook zelfhypnose, alsof Israëli’s de werkelijkheid gevoelsmatig ontlopen.
Donald Trump kan daar niets aan veranderen. Hij is een tijdelijk verschijnsel in een lang Joods drama dat ook een Palestijns drama is geworden. Het bezoek van de messiaans voelende Amerikaanse vice-president Pence aan Israël deze week heeft geen invloed op deze episode in de lange Joodse geschiedenis.