Ik denk dat de grote Israëlische schrijver Amos Oz in zijn laatste levensjaren heeft begrepen dat vrede met de Palestijnen op basis van een twee-statenoplossing achter de horizon is verdwenen.
Ik wil het in deze bijdrage niet hebben over de bijdrage van Amos Oz aan de Israëlische literatuur maar over zijn inzet voor een eervolle vrede met de Palestijnen. Ongetwijfeld heeft zijn pleidooi voor vreedzame co-existentie met de Palestijnen gehoor gevonden in Israël en ver daar buiten. Zijn stem klonk glashelder maar werd door zijn ideologische tegenstanders overstemd.
Met het overlijden van Amos Oz is een zionistische idealist van de oude stempel van het podium verdwenen. Er zijn nog schrijvers zoals David Grossman, Avram Burg en anderen die zijn missie voortzetten.
Kort na de oorlog van 1967, die het geografisch kleine Israël toen groot maakte, waren er politici en schrijvers die onmiddellijk het gevaar in zagen van een door ideologische en religieuze motieven gedreven greep op de veroverde Palestijnse gebieden. Zij voorzagen dat deze ontwikkeling uiteindelijk een te zware last zou worden voor de toen nog jonge Israëlische democratie.
Een van hen was Jaap van Amerongen, Yacov Arnon, een Nederlandse socialistische zionist die in die dagen directeur van het ministerie van Financiën was. Hij maakte deel uit van een kleine groep idealisten onder wie reservegeneraal Matti Peled en de strijdvaardige Israëlische journalist Uri Avneri. Zij protesteerden tegen het begin van de nederzettingenpolitiek na 1967. Zij waren van oordeel dat dit proces niet te stuiten zou zijn als het niet in de kiem werd gesmoord.
Een van opmerkelijkste voorvechters van een Palestijnse staat op de Westelijke Jordaanoever en in Gaza was Arie Eliav. Hij voorzag dat de impuls die van de oorlog in 1973 uitging de deur voor een leefbare Palestijnse staat naast Israël op slot zou doen. Goesj Emoniem, het Verbond der Getrouwen, ontwikkelde zich na die oorlog tot een ontembare nationalistische, religieus gemotiveerde beweging voor wie de Westelijke Jordaanoever het historische Judea en Samaria is, de bakermat van Joodse staat met Jeruzalem als hoofdstad.
Arie Eliav gooide met zijn boek Derech Hatswi (De weg van het hert) de knuppel in het hoenderhok van de politiek. Als secretaris-generaal van de regerende Arbeidspartij was hij de eerste politicus van naam die onderhandelingen met de PLO van Jasser Arafat bepleitte. Tot woede van premier Golda Meir, die hem op staande voet onthief uit zijn hoge functie in de partij.
Amos Oz was toen al een gevierd schrijver en strijdlustiger dan ooit voor de zaak waarin hij geloofde. In 1993 stond hij pal echter premier Jitschak Rabin, die na de eerste intifada – 1987-1993 – met Jasser Arafat in Washington het akkoord van Oslo ondertekende.
De drie kogels uit de revolver van de opgezweepte religieuze student Jigal Amir hebben door interne ontwikkelingen in de Israëlische politiek de toen geschapen theoretische kans op een doorbraak in het Israëlisch-Palestijns conflict tenietgedaan.
Amos Oz heeft de strijd tot zijn laatste levensjaren nooit opgegeven.
Hij vreesde voor de toekomst en de democratische kwaliteit van zijn geliefde land als Israël zou blijven heersen over de Palestijnen.