'De laatste dag van Rabin.' Onder die naam is de documentaire van Amos Gitai over de moord op premier Jitschak Rabin eind vorige week, kort na de officiële herdenking van deze misdaad, in de bioscopen in roulatie gegaan. Ik stelde me voor dat ik er als de kippen bij moest zijn om de eerste dag van het draaien van de film bij te wonen. Mijn dochter bestelde via internet twee kaartjes voor de voorstelling in Cinema City, een conglomeraat van bioscopen in Ramat Hasharon. Ik was op tijd. De film zou om 22.00 uur beginnen. Toen het donker werd in de zaal en de film begon, telde ik niet meer dan twaalf medekijkers. Geen jongeren, maar ouderen. Misschien zijn er de volgende dagen meer bezoekers gekomen. Dat weet ik niet. Wat ik wel weet, is dat Rabin twintig jaar geleden is vermoord. Als de minimale opkomst tijdens de voorstelling die ik bijwoonde iets betekent, dan is mijn conclusie dat Rabin niet alleen fysiek morsdood is, maar bovendien bijna vergeten. Met het vervagen van Rabin is ook de hoop op vrede de horizon voorbij. Ik ben negen dagen in Israël geweest en schrijf deze regels in het El Al-vliegtuig op weg naar Schiphol.
In die korte tijd is er geen dag voorbij gegaan zonder dat een soldaat of burger door een Palestijnse messentrekker of zelfmoordautomobilist werd gedood of gewond. De meeste slachtoffers vielen in bezet gebied. Slechts zelden overleefde de terrorist zijn daad. Kennelijk in opdracht van hoger hand worden de Palestijnen die de aanslagen plegen geneutraliseerd, een eufemisme voor gedood. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat Israël te maken heeft met een zelfmoord-intifada. Enkelingen die uit wanhoop, wraak of om ideologische redenen het mes trekken. Er schijnt geen Israëlisch kruid tegen gewassen te zijn. De afstand tussen officiële Palestijnse zelfbeheersing en een derde intifada wordt dagelijks kleiner. Tenzij misschien nog net op tijd het verdronken vredesproces boven water wordt gehaald. Het zal niet gebeuren, denk ik. De Amerikaanse president Barack Obama heeft besloten zijn vingers niet meer aan het conflict in het Midden-Oosten te branden. Ik bedoel natuurlijk het Israëlisch-Palestijns conflict. Premier Netanjahoe heeft vrij spel gekregen om naar eigen inzicht te handelen. Maar opgelet: in Washington begint de gedachte terrein te winnen dat het misschien een goed idee is de tweestaten oplossing te vergeten en te kiezen voor één staat tussen de rivier Jordaan en de Middellandse Zee. Een binationale staat waar uiteindelijk een Palestijnse meerderheid langs democratische weg de macht in Jeruzalem verovert!
Voor Netanjahoe is dat een schrikbeeld. Hij wil wel heilig land, maar geen westerse democratie voor alle inwoners van een binationaal Israël-Palestina. Als Netanjahoe om ideologische redenen apartheid afwijst, wat niet ondenkbaar is, dan heeft hij een groot politiek probleem. Misschien komt het dan in hem op dat hij toch voor Palestina naast Israël moet kiezen om aan apartheid en een Palestijnse meerderheid in Erets Jisraeel te ontsnappen. Als hij die keus niet wil of kan maken, zit er niets anders op dan het bevriezen van de huidige status quo. Voor hoe lang? Tot de Palestijnse vulkaan uitbarst. Ik hoor het gerommel al!