De terroristische aanslag in Orlando heeft twee politieke winnaars en minstens 49 verliezers: de doden.
Mijn Israëlische ervaring leert me dat Islamitische terreur rechts-nationalisme, gemengd met racisme, in de kaart speelt. Telkens weer als bijvoorbeeld de socialist Shimon Peres, aan het hoofd van de Arbeiderspartij, volgens opiniepeilingen op winst stond, vervaagde deze bij een Palestijnse terroristische aanslag. Vraag het maar aan premier Benjamin Netanjahoe. Hij is de grote winnaar van de Palestijnse terreur.
Ik kan me voorstellen dat de Democratische presidentskandidaat Hillary Clinton zich een beetje Peres voelde toen het verschrikkelijke nieuws van de aanslag in Orlando haar bereikte. Ook zij weet uit ervaring dat terreur overal, ook in de Verenigde Staten, rechtse anti-islamitische retoriek aanmoedigt. De winnaar van het bloedbad in Orlando is naar mijn inzicht de Republikeinse presidentskandidaat Donald Trump! Dat bloedbad gaat de Amerikaanse verkiezingscampagne overheersen en geeft Trump nog meer ruimte zijn anti-moslim retoriek aan de man te brengen. Ik heb zijn vulgaire tv-optreden gezien na de indrukwekkende rede van Hillary, kort na de ramp in Orlando. Hoe kan een lady, want dat is zij, tegen zo’n demagoog op?
Als het om politieke finesse gaat, is Netanjahoe vergeleken bij Trump een heer, hoewel de premier van het Joodse land niet van demagogie is gespeend.
In Orlando is Trump een paar stappen dichterbij de stoel in het Witte Huis gekomen.
Als hij zo’n bezeten moslimhater blijft, kunnen de zionistische nationalisten in Israël in hun handen wrijven. Waar zou hij de moed vandaan kunnen halen Israël aan de Palestijnen over te leveren? Mijn conclusie: hoe dichter Trump het Witte Huis nadert, hoe langer de bezetting zal duren.