Ik wil in deze column mijn bezorgdheid over de ontwikkelingen in Israël opzij zetten en de aandacht vestigen op iets spectaculairs.
Wat mijn bezorgdheid aangaat vraag ik toch even aandacht voor de escalatie van geweld tussen Israël en de Palestijnen. Wegens de ernst van de oorlog tussen Rusland en Oekraïne maken de media nauwelijks nog melding van deze ‘mini-oorlog’. Ik zal het ook niet doen deze keer. Ik wil u slechts laten weten dat ik te vaak schrik als ik naar de Israëlische tv kijk en Israëlische media lees en besef dat er wéér levens van Palestijnen en Israëli’s zijn verloren.
Maar wat is er dan zo spectaculair? Toen ik onlangs vanuit Tel Aviv reed naar Sde Boker, in de mooie Negev-woestijn, trof een sterke lichtbundel mijn oog. Ik begreep het niet. Hoe kan dat? Een wonder misschien? Mijn zoon loste in een paar zinnen het raadsel op. “Kijk”, zei hij, “zie je die toren daar? Dat is een unieke zonnecollector.”
De dominerende toren is 243 meter hoog. In de top ervan is een door een speciaal soort glas beschermd waterreservoir van enkele honderden liters. En nu komt het. Want de top van de toren, het waterreservoir dus, wordt ‘beschoten’ door 50.000 zonnespiegels die in de duinen rond de toren staan opgesteld. Deze spiegels volgen automatisch de stand van de zon, zodat er geen straaltje van dit levenslicht verloren gaat. De bundeling van de zonnestralen door de 50.000 spiegels brengt de inhoud van het waterreservoir aan de kook. Ver boven het kookpunt van een ketel water op een gasfornuis.
De door zonnekracht opgewekte temperatuur in het grote waterreservoir bereikt een temperatuur van duizend graden Fahrenheit. Volgens de wetten van de fysica wordt het water stoom die vervolgens in de toren staande turbines aandrijft die elektriciteit opwekken. De cirkel is rond. Zonlicht – en dat is er in de Negev-woestijn in overvloed – is in de toren in Ashalim goed om vijftigduizend huizen van elektriciteit te voorzien.
Mooi toch?!
Omwonenden van dit belangrijke energie-experiment hebben echter hun bedenkingen. Het licht dat uit de toren straalt, is echt verblindend. Je kan van verre haast niet en van nabij zeker niet in de richting van de toren kijken. Vogels die op grote afstand van het licht erdoor worden aangetrokken worden door het licht verblind.
En dan staan er vraagtekens achter het rendement van de grote investering in dit project. Is dit een model voor de toekomst? Misschien wel als dergelijke torens ver van stedelijke omgeving worden gebouwd. Of zijn horizontaal gebouwde velden met zonnepanelen te verkiezen boven in hoogbouw opgewekte elektriciteit?
Het debat is nog niet beslist, maar ik vermoed dat het bij een wonder van techniek en vernuft in Israël blijft.