Het is begrijpelijk dat wij Joden meer aandacht schenken aan onze problemen dan aan die van anderen. Niet alleen onze geschiedenis dwingt ons daar toe maar ook onze hedendaagse problematiek, of het nu om Israël gaat of om de scherpe tegenstellingen tussen de verschillende stromingen in het jodendom. Wij zijn geneigd naar binnen te kijken. Dat geldt zowel voor Israëli’s in Israël als voor Joden in de diaspora. Ik begrijp dat heel goed. Onze problemen zijn heel heftig. We worden er vrijwel dagelijks door geraakt en geëmotioneerd ook. Aan welke kant je ook staat het nieuws uit Israël is indringend.
Maar ook de Joodse problematiek in Nederland gaat niet in je koude kleren zitten. Waarom mochten Joodse vrouwen niet zingen bij het ontsteken van de menora op de Dam in het hartje van Amsterdam? Verleidt de vrouwelijke stem mannen … drijft het hen naar de dicht bij de Dam gelegen Walletjes? Wordt het naargeestige Israëlische voorbeeld gevolgd? Want ook daar mochten soldatenmeisjes niet samen met soldaten nabij de Klaagmuur zingen. Ik kan in deze column een lange reeks noemen van wat ik als onverdraaglijke interpretaties van onze mooie, in wezen humanistische, religie beschouw. Al die eigenaardigheden, dat naar binnen gekeerde, belemmert onze blik naar buiten, naar de samenleving waarin wij leven, naar de grote wereld om ons heen.
Dat geldt ook, in hoge mate, voor de Israëlische kijkt op de wereld. Die is egocentrisch. Het liedje dat de ‘hele wereld tegen ons is’ (kol halma nekdeinoe) is vaak op radio Israël te horen. Wij hebben een collectief vijandbeeld van de buitenwereld. Dat is zo extreem dat zelfs de Amerikaanse president Barack Obama in de Israëlische media, maar ook in regeringskringen, in de maanden die aan zijn herverkiezing vooraf gingen als een gevaar voor Israël werd afgeschilderd. De mogelijke door Obama te benoemen nieuwe Amerikaanse minister van defensie, de oud-Republikeinse senator Chuck Hagel, laat in de AIPAC, de sterke pro-Israëlische Joodse lobby, alarmbellen overgaan. Hagel is een scherpe tegenstander van de intimidatietechniek van AIPAC als het over Israël gaat. In 2009 riep Hagel president Obama op te ijveren voor de vorming van een eenheidsregering tussen Hamas en Fatah. Dat is nu precies waartegen Israël zich met hand en tand zal verzetten. Toch is het goed er op te wijzen dat er al lang stemmen in Israël opgaan die wel voor een dialoog met Hamas pleiten. Ik herinner me nog heel goed hoe de PLO van Yasser Arafat als onderhandelingspartner werd uitgesloten. Israëli’s die wel contact met PLO-ers zochten, gingen als landverraders de gevangenis in. Later gaven premier Yitschak Rabin en PLO-leider Yasser Arafat elkaar op het borders van het Witte Huis de hand onder het toeziend oog van president Bill Clinton. Rabin had het liever niet gedaan maar hij koos voor een nieuwe politieke realiteit. Dat kostte hem zijn leven. Hij werd vermoord door een jonge Joodse religieuze nationalist, Jigal Amir. Die heeft voorlopig gewonnen. De moord op Rabin heeft de kans op een vergelijk met de Palestijnen aanzienlijk verkleind.
En toch is het vanuit ‘human’ standpunt nuttig en goed even stil te staan bij het Palestijnse lot. Zondag heeft de Syrische luchtmacht het grote Palestijnse vluchtelingenkamp Yarmouk, nabij Damascus, gebombardeerd. Daarbij zijn veel doden gevallen. Dit grote Palestijnse vluchtelingenkamp zou een bolwerkje van verzet tegen het regiem van Bashir Assad zijn geworden. Na de Golfoorlog werden de Palestijnen massaal uit de Golfstaten verdreven omdat Yasser Arafat op het verkeerde paard, Irak, had gegokt. Eerder, tijdens de burgeroorlog in Jordanië, bestookte het leger van koning Hoessein Palestijnse vluchtelingenkampen met zware artillerie. Dat zijn slechts enkele momentopnamen uit de lange Palestijnse tragedie die elementen heeft van de Joodse tragedie van vervolging, vernedering en moord. De Palestijnen zijn mede door de kortzichtigheid van hun leiders een speelbal van de geschiedenis geworden. Ze hebben weliswaar van de VN een virtuele staat gekregen maar ze zijn nog nergens echt thuis.
Onze oud-premier Dries van Agt mag dan wel 65.000 handtekeningen hebben verzameld om de Tweede Kamer te laten debatteren over de muur die Israël gedeeltelijk op aangemerkt Palestijns gebied om veiligheidsredenen heeft opgetrokken, maar wat denkt hij hiermee te bereiken? Denkt hij dat minister Timmermans de muur daarna kapot kan timmeren? Het is een zinloze, demagogische exercitie, een egotrip misschien ook - die niets oplost. Meneer Van Agt, geloof me, zo’n actie verdiept het Israëlische wantrouwen in de buitenwereld en maakt een oplossing van het Palestijnse vraagstuk nog moeilijker dan het al is. Het zou verstandiger zijn als u het vliegtuig pakt, naar Gaza gaat en daar de Hamas-top probeert te overtuigen zich vast te leggen op een twee-staten-oplossing, inhoudende de juridische erkenning van de staat Israël binnen de bestandslijnen van 1967. U heeft uw geloofsbrieven als criticus van Israël. U maakt misschien een kans, een piepkleine, het wiel van de geschiedenis in een andere richting te laten draaien. Ik ben tegen de plaatsing van de muur deels ten oosten van de bestandslijnen van 1967 maar niet tegen de muur zelf die het Palestijns zelfmoordterrorisme godzijdank de mond heeft gesnoerd.