Premier Benjamin Netanjahoe is hard uitgevaren tegen de grote Israëlische Arabische gemeenschap. Tijdens een bezoek aan een Arabisch dorp beschuldigde hij hen indirect van landverraad. De rede voor deze uitval was dat Israëlische Arabieren zich niet alleen solidair verklaarden met de protesterende Palestijnen (tegen de verklaring van Trump over Jeruzalem) maar ook vlaggen van Hezbollah mee voerden. Dat was een rode lap voor zijn ogen. De Arabische gemeenschap werd eerder al door de minister van Defensie Avigdor Lieberman voorgehouden dat hun plaats niet in Israël is.
Deze anti-Arabische uitlatingen en gevoelens zijn een gevolg van het voortdurende conflict met de Palestijnen, die volgens de nieuwe Amerikaanse ambassadeur Friedman in Israël niet in bezet gebied wonen maar in bestuurd gebied. Het is maar hoe je het bekijkt. Met Trump in het Witte Huis en zijn pion als ambassadeur in Israël wordt de anti-Palestijnse-Arabische wind aangewakkerd tot een nationalistische storm.
Gelukkig heeft Israëls president Reuven Rivlin een wat humaner en realistischer kijk op de betrekkingen tussen Israëlische Joden en Israëlische Arabieren (21 procent van de Israëlische bevolking). Hij is doordrongen van de noodzaak de betrekkingen tussen Joden en Arabieren in Israël in betere banen te leiden. “Als we daar niet in slagen, zullen we onze toekomst en die van onze kinderen ruïneren.”
Niemand is daar meer van overtuigd dan Yaniv Sagee, sedert vijf jaar de doortastende directeur van Givat Haviva, een zich met succes ontwikkelende gemeenschap in Galilea voor een gedeelde samenleving.
Tijdens een vraaggesprek in Givat Haviva zei hij in de geest van de waarschuwing van Israëls president “als wij er niet in slagen in vrede samen te leven met de Arabieren is dat het einde van onze democratie, van het zionisme en verliezen we ons land.”
Het lijkt vechten tegen de bierkaai maar Yaniv Sagee is er met het ontwikkelen van ingenieuze educatieve en sociale programma’s in geslaagd Israëlische Joden en Israëlische Arabieren, jong en oud, samen te brengen. Wat vijf jaar geleden klein begon, breidt zich als een inktvlek uit over het land met als welkom bijverschijnsel financiële ondersteuning door de Israëlische regering.
Idealisten van dit formaat met zoveel visie en succes zijn zeldzaam in Israël.
De ziel van Yaniv is bevrucht in de linkse, idealistische kibboetsbeweging Hashomer Hatsa’ier, de bakermat van Givat Haviva. Vanaf 1949 heeft deze kibboetsbeweging zich ingezet voor toenadering tot de Israëlisch Arabische gemeenschap die na de Onafhankelijkheidsoorlog in de Joodse staat bleef. Deze toenaderingspoging is gestrand op de verrechtsing van de Israëlische politieke realiteit, in het bijzonder na de oorlog van 1967, toen Israël een bezettende mogendheid werd.
De betrekkingen tussen Joden en Arabieren kwamen op scherp te staan als gevolg van de onlusten in oktober 2000 in Wadi Ara. De Israëlische politie/grenspolitie schoot toen twaalf Israëlische Arabieren dood en verwondde er tientallen.
“Vanaf dat moment”, zegt Yaniv, “definiëren de Arabieren in ons land zich niet meer als Israëlische Arabieren maar als Palestijnse Arabieren.’ (Voor de duidelijkheid van dit artikel heb ik Palestijnse Arabieren in Israël omschreven als Israëlische Arabieren en/of Arabieren om verwarring met Palestijnen in de bezette gebieden te voorkomen.)
Met als uitgangspunt het scheppen van een “gezamenlijke samenleving”, heeft Yaniv zich ingezet om het geschokte vertrouwen tussen beide gemeenschappen te herwinnen. Om dat van de basis af in gang te zetten heeft hij vijf programma’s ontwikkeld: educatie voor een gezamenlijke samenleving, gemeentelijke en regionale samenwerking, gelijkheid, taalonderricht – Arabisch voor Joden en Hebreeuws voor Arabieren – en het beleggen van conferenties.
Enkele basisgegevens: ruim twintig procent van de Israëlische bevolking (ruim 8.6 miljoen) is Arabisch, zestig procent van de Israëli’s heeft nooit een Palestijns Arabisch dorp in Israël bezocht, slechts twee procent van de Arabieren heeft een hypotheek gekregen, tienduizend Israëlisch Arabieren studeren aan Palestijnse universiteiten op de Westelijke Jordaanoever, in Nabloes, aan de Arab-American University in Jenin, Bir-Zeit en het Islamitisch College in Hebron. Duizenden anderen studeren in landen als Roemenië, Hongarije en Rusland.
Hoe doorbreek je deze realiteit?
Met Givat Haviva als de spil in een gebied met een grote Arabische bevolking is Yaniv Sagee aan de slag gegaan. Omdat hij uit de idealistische kibboetsbeweging Hashomer Hatsa’ier komt “ben ik voor de Arabieren koosjer”, zegt hij. “Ze vertrouwen me.”
De nadruk van zijn visie ligt op een gezamenlijke educatie voor jonge en oudere kinderen, om de scheiding tussen Arabische en Joodse kinderen te overbruggen. Eén van de belangrijkste programma’s is het onderwijzen van Hebreeuws aan Arabische kinderen door Israëlische onderwijzers en Arabisch door Arabische onderwijzers aan Israëlische Joodse kinderen. Volgens Yaniv Sagee is dit programma zo succesvol dat de regering geld heeft uitgetrokken om salarissen van deze onderwijzers te financieren.
De beslissing van de fanatiek anti-Palestijnse minister van Onderwijs Naftali Bennett om zijn buidel te trekken, wordt ingegeven door de demografische ontwikkeling in Israël. Over twintig jaar bestaat de helft van de Israëlische bevolking (nu dus 8.6 miljoen) uit charediem (ultra-orthodoxe Joden) en Arabieren. Deelname van deze bevolkingsgroepen aan het economisch proces is volgens minister Bennett van essentieel belang voor de verdere ontwikkeling van de Israëlische economie. “Arabische kinderen van vijftien en zestien jaar kunnen zich niet of nauwelijks in het Hebreeuws uitdrukken”, zegt Yaniv. “Daar moet verandering in komen.” Minister Bennet heeft dat begrepen en steunt zijn onderwijsprogramma. Bennet is tegen de stichting van een Palestijnse staat, maar steunt wel het idee van economische ontplooiing van de Palestijnse autoriteit. Dat is de ideologische draad die zijn steun aan Givat Haviva verklaart.
Het zich snel ontwikkelende onderwijs in beide talen bereikt volgens Yaniv Sagee reeds tachtigduizend leerlingen en zal – indien de overheid de salariëring van honderd leraren op zich neemt in plaats van de 67 nu – kunnen uitgroeien tot tweehonderdduizend leerlingen verspreid over heel Israël. Yaniv Sagee hecht er grote waarde aan dat zijn concept van een “gezamenlijke gemeenschap” gehoor vindt bij de Israëlische overheid. “Het zou goed en mooi zijn als de overheid het hele programma overnam. Dan heb ik mijn doel bereikt”, zegt hij. Zover is het nog niet. Het begin is er, maar de verdere groei van de programma’s van Givat Haviva – er komt ook een hightech middelbare school op de campus – is nog sterk afhankelijk van internationale fundraising en bijdragen uit Duitsland, van de EU en van stichtingen van Vrienden van Givat Haviva in verschillende landen.
Het samenbrengen van kleuters en jongeren uit beide gemeenschappen heeft in Givat Haviva tastbare vormen aangenomen. Op de campus van deze op een kibboets lijkende gemeenschap is een kleuterschool voor kinderen uit beide gemeenschappen, een middelbare school, er zijn slaapzalen voor jongeren, er is een ontmoetingsplaats voor Arabische vrouwen uit de omliggende dorpen, er is een taallab voor de studie van beide talen, er zijn sportvelden, er is een gemeenschappelijke eetzaal, en een art-centrum met grote tentoonstellingsruimten voor artiesten en kunstenaars. “Kunst verbindt”, zegt Yaniv tijdens ons bezoek van de grote tentoonstellingsruimte.
Een hoogtepunt in de ontwikkeling van Givat Haviva als centrum voor een gezamenlijke samenleving is de geplande opening in september 2018 van een internationale school voor jongeren uit Israël en uit de wereld. De studenten zullen twee jaar op de campus in Givat Haviva verblijven en zullen studeren in het Engels, hetgeen hen in staat zal stellen door de beste universiteiten te worden geaccepteerd. De nadruk van deze ‘incubator’ ligt op het vormen van een kader voor leiderschap in een gezamenlijke samenleving.
Regionale samenwerking tussen kibboetsen en Arabische dorpen en steden is ook een van de speerpunten voor het scheppen van de voorwaarden voor een gezamenlijke samenleving. Het aanleggen van een fiets- en wandelpad dat gemeenschappen in de regio van Givat Haviva doorkruist, is één van dergelijke projecten in uitvoering.
Yaniv Sagee (oud-parachutist van een elite eenheid) heeft de legerleiding ervan overtuigd dat het in het belang van de coëxistentie is de kleine militaire basis in Givat Haviva te sluiten. Toen ik er was, zag ik een soldate. “Dat is niet de bedoeling”, zei Elja Schwarz, mijn Nederlandse begeleider van de Nederlandse stichting Vrienden van Givat Haviva. “De Israëlische Arabieren zijn hypergevoelig voor militairen.”