“Hoe kan je de prooi zijn van een mensenredder?” Deze tegenstelling tussen het kwade en goede is de ondertitel van het zojuist bij De Geus verschenen boek Het raadsel van Femma.
In dit goed gedocumenteerde boek komt historica Els van Diggele tot de conclusie dat Yad Vashem dr. Hans-Georg Calmeyer uit Osnabrück in 1992 ten onrechte de eretitel van “Rechtvaardige onder de volken” heeft toegekend. En dus is het volkomen misplaatst dat in Osnabrück een museum zijn naam zal dragen.
Wie is de prooi? Femma Fleijsman, een zestienjarig meisje uit Amsterdam dat met een pennenstreek van Calmeyer in 1944 via Westerbork in het vernietigingskamp Auschwitz belandde en de verschrikkingen daar overleefde.
Wat maakt haar geval zo uniek dat het Els van Diggele bewoog zo diep en gedetailleerd in Femma’s geschiedenis te duiken?
Calmeyer werd in maart 1941 benoemd tot hoofd van de afdeling Abteilung Innere Verwaltung in bezet Nederland. Op last van de Duitse bezetter moesten Joden zich bij dit bureau laten registreren. Het administratieve voorportaal van deportatie voor degenen van wie vast stond dat zij onder de Neurenberger rassenwetten vielen.
Femma, kind uit de gemengde relatie van een Nederlandse Ariër met een Joodse vrouw, zou dus op grond van deze rassenwet niet in aanmerking moeten komen voor een doodvonnis in Auschwitz.
In 1941 was de verwarring over de duistere intenties van de Duitsers zó groot dat de vader van Femma haar liet registreren als de kleindochter van vier Joodse grootouders. Toen het de vader van Femma duidelijk werd dat hij een levensgevaarlijke fout had gemaakt, heeft hij via advocaten, verklaringen van buren en foto’s bij Calmeyer bewijzen op tafel gelegd dat Femma niet zou moeten worden gedeporteerd.
De gezagsgetrouwe jurist Calmeyer heeft deze bewijsvoering terzijde gelegd en van de Arische vader van Femma in het dossier Femma een Jood gemaakt! Door deze misdaad werd het lot van Femma beslist. De poort van de hel ging in 1944 voor haar open.
Femma, die Auschwitz overleefde is, de enige persoon op de Calmeyer-lijst die kan getuigen dat zij het slachtoffer is geworden van Calmeyers misdaad. (Op 4 mei doet zij om 22.15 uur haar verhaal in een tv-documentaire op NPO 2.)
Toen dr. L. de Jong in zijn omvangrijke werk Het koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog schreef, was hij niet op de hoogte van het raadsel van Femma. Dan Michman, hoofd van het internationale instituut voor holocaustonderzoek van Yad Vashem evenmin.
Mede op grond van hun beoordelingen werd Calmeyer in 1992 postuum opgenomen in de rij van Rechtvaardigen onder de volken.
Waarom? Zij waren onder de indruk van het grote aantal Nederlandse Joden dat door toedoen van Calmeyer aan deportatie ontsnapte.
Van de 4.787 petities van Nederlandse Joden die op hun Jood-verklaring terug kwamen, werden er door Calmeyer 1.868 nietig verklaard. Daarentegen werden er volgens gegevens uit Wikipedia door hem 2.919 Nederlandse Joden ‘gered’ door hun niet-Jood verklaringen te erkennen als zijnde juist. Zij ontsnapten aan vervolging en deportatie.
In haar boek vecht Els van Diggele het aantal door Calmeyer voor deportatie behoede Joden niet aan, maar omschrijft zij de jurist Calmeyer als een man die in het nazisysteem gewoon zijn werk deed en zonder gevoel over leven en dood beschikte. Calmeyer ambieerde volgens haar de post op het bureau in Den Haag om aan een oproep voor het oostfront te ontsnappen en zijn kwaliteiten als jurist te bewijzen. Rehabilitatie voor zijn uitzetting uit het ambt van advocaat nadat hij in de jaren dertig communisten had verdedigd voor het hof in Osnabrück. Een overtuigde nazi, zo blijkt uit het boek, is hij niet geweest. Wel een ambtenaar die gewoon zijn werk deed.
Femma is voor de kundige en serieuze historica Van Diggele het overtuigende bewijs voor de vergissing van Yad Vashem om Calmeyer op de lijst van Rechtvaardigen onder de volken te plaatsen.
Volgens bronnen zou Yad Vashem overwegen nader onderzoek in te stellen op grond van nieuwe aangedragen feiten.
Het boek van Els van Diggele is mede aanleiding om de Duitse ambassadeur in Nederland rond 4 mei een petitie te overhandigen waarin een beroep wordt gedaan op de Bondsrepubliek geen fondsen ter beschikking te stellen voor een museum in Osnabrück op naam van Calmeyer.
In kranten in Osnabrück wordt schande gesproken van het initiatief in Nederland om hun ‘held, de mensenredder’ Calmeyer in een kwaad daglicht te stellen.