Een ramp, anders kun je het niet noemen. Zelfs één van de grotere civiele rampen in de staat Israël. Wat een bijzondere dag is in de spirituele traditie van het jodendom – Lag baOmer – werd uiteindelijk een zwarte dag. Maar tegelijkertijd ook extra pijnlijk om verschillende redenen.
Al in een column van december 2008 voor Crescas schreef ik over de potentieel gevaarlijke toestand in Meron. Niet omdat ik alwetend ben, maar gewoon omdat ik het rapport had gelezen van de State Controller – een soort Nationale Ombudsman van Israël – over het graf van rabbijn Sjimon bar Jochai, dat gewoon in de Israëlische media was te lezen. Ik citeer een stukje uit de column van ruim twaalf jaar geleden.
“… gebrekkig onderhoud, slechte infrastructuur en allerlei andere misstanden. Van slechte bewaking tot het niet voorbereid zijn op calamiteiten omdat bijvoorbeeld vluchtwegen niet worden vrij gehouden (…) illegaal bouwen rond het heilige graf. Allerhande aanbouwsels, gebouwtjes, overkappingen e.d. worden al jaren zonder vergunning bijgebouwd (…) Een ongeluk door instorting van dergelijke bouwsels of het instorten van het originele graf zelf, is dan ook een serieus gevaar (…) illegale slacht rond het graf…”
Helaas bleken deze waarschuwingen en ongerustheid tevergeefs en leiden ze niet tot verbeteringen. Nog pijnlijker is dat vervolgens, hoewel er maar een vergunning voor 10.000 mensen was afgegeven, orthodoxe politici zoals Deri en Litzman de mensen opriepen om massaal naar Meron te komen. Hier gaf men gehoor aan en men schat dat er meer dan 100.000 mensen aanwezig waren … Sindsdien heeft men weinig meer gehoord van de politieke leiders van de ultraorthodoxe gemeenschap en andere 'machers' – tot grote frustratie van hun eigen achterban, waar kritische geluiden door sommigen volgens Yediot Acharonot steeds luider worden geventileerd. Een mogelijk moment van volwassen worden noemt de krant het in een artikel waarin verschillende criticasters uit de charedische wereld aan het woord komen. Zij wijzen met de vinger meer naar de betrokken organisatie uit de eigen gemeenschap als verantwoordelijken voor de ramp, in plaats van de staat Israël of de politie de schuld te geven.
Terug naar eigen land, waar de coronacrisis voortduurt door discutabele politieke beslissingen en het gebrek aan tegenstemmen. Want we leven al ruim een jaar in een toestand waarin onze grondrechten lijken te worden beperkt (en soms zelfs afgenomen) en volgens sommigen slechts kunnen worden terugverdiend in ruil voor een vaccinatie. Een wat bizarre toestand. Het is tekenend dat joker Baudet met een foute poster komt, die echter wel ergens een punt maakt dat niet zo volledig 'wappie' is, namelijk: is dit de juiste manier om een crisis te behandelen? Of voor mij de meer fundamentelere vraag: zijn democratie en grondrechten alleen een luxe voor tijden van rust en zekerheid, of juist extra belangrijk in bijzondere tijden waarin het juist zo verleidelijk is om voor het goede doel minder goede middelen in te zetten? Juist in tijden van crisis dient men extra voorzichtig te werk te gaan. Nee tegen technocratie wat mij betreft, en volmondig nee tegen de Rutte-doctrine, die meer aanhang in Den Haag lijkt te hebben volgens de uitgelekte ministerraadnotulen …
Deze week ook 4 mei – de herdenking aan de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog – en bevrijdingsdag. Elders heb ik in De Vrijdagavond geschreven over mijn eigen worsteling met het herdenken en het vieren van vrijheid en hoe herdenken wel gerelateerd moet zijn aan heden en toekomst – ‘Herdenken is elke generatie opnieuw een opdracht’. Ook toepasselijk zijn de woorden van zangeres Niki Jacobs van het Jiddisje lied: “Ik hoop dat de Joodse pijn vervangen kan worden door leven.” Laten we ook niet vergeten dat het werkwoord 'herdenken' (z-ch-r) in Tenach ook wordt gebruikt voor het Verbond, de Briet, tussen God en de Mens, tussen God en de aartsvaders. Herdenken is dus ook een commitment aan het verbond met aartsvader Abraham om in het heden en de toekomst “de weg van de Eeuwige te gaan”, “door gerechtigheid en recht te doen” (Berésjiet 18:19).
Sjabbat sjalom!