De zomer lijkt inmiddels echt begonnen, hoewel er alweer lagere temperaturen worden voorspeld voor het weekeinde. Die voorspellingen hè … Dinsdag zat ik in de auto naar Utrecht. Daar in de vroege middag aangekomen was het op de thermometer van mijn dashboard maar liefst 29 graden. Niet slecht voor een voorspeld regenachtig dagje waar de temperatuur niet boven de 22 graden of zoiets zou uitkomen. Regen zag ik niet in Utrecht, drukkende warmte weer wel. Op de terugweg naar Amsterdam zat ik inderdaad in de 22 graden, én stromende regen. Een lokale bui moet je maar denken – maar wel één waar ik nat van word. Ligt het aan mij of zijn de weersvoorspellingen tegenwoordig slechter dan vroeger – ondanks alle computers die ons nu ter beschikking staan? Of is het klimaat toch aan het veranderen? Verandert klimaat niet altijd? Zijn we de verbinding met de natuur misschien verloren, omdat we allemaal uren per dag binnenhangen op ons werk, en thuis achter de beeldschermen van computer,TV en smartphone?
Nee, vroeger was alles beter. Toen was men meer verbonden met de natuur en waren we dús betere mensen. Zo kende men allerlei invloeden aan het klimaat en het jaargetijde toe. Ook iemands menu moest afgestemd zijn op de lucht waar hij woont, de tijd van het jaar en zijn gestel. Denk maar aan sites op internet die het hebben over voedsel dat yin is en voedsel dat yang is. Zoiets, maar dan verbonden met ingewikkelde theorieën van onder anderen Hippocrates over de invloed van de vier lichaamssappen (slijm, bloed, gele gal en zwarte gal), omgeving en voeding. Neem nu de zomer, die verbonden werd met de maand Tammoez – helemaal lekker zat dat niet … De zomermaanden worden verbonden met gevaren, volgens sommigen omdat de Sjechina zich verbergt in de zomermaanden Tammoez en Aw. Dit leidt in die maanden tot een versterking van de eigenschap van oordeel en recht (dien). En dan heb ik het nog niet eens over het sterrenbeeld van de maand, kreeft, dat een uitgesproken waterteken is. En water is goed, en een teken van leven, maar te veel water is een overstroming … Een sterrenbeeld van uitersten dus, vandaar dat mensen die geboren zijn onder dit sterrenbeeld nogal zwart-wit denken, zich geven zonder grens, maar zich ook in zichzelf kunnen terugtrekken en gevoelig zijn voor manisch-depressiviteit. Ik bedenk dit niet zelf natuurlijk.
En dan heb ik het nog niet eens over een uitleg op Psalm 50:10: Want Mij zijn al de wilde dieren in het woud, de dieren op duizend bergen. Wat voor dieren (behemot) zijn dat op die duizend bergen? Volgens sommigen gaat het gewoon om grote aantallen runderen die op bergachtig gebied grazen. Volgens een andere verklaring gaat het om 1.000 ossen, grote dieren die in de bergen wonen. Volgens weer een andere verklaring gaat het om het oerdier behamot, een gigantische os die per dag 1.000 bergen kaalvreet, maar gelukkig groeit het gras elke dag weer aan. Het is die os die in de Eindtijd tot maaltijd dient voor de rechtvaardigen. Volgens weer anderen gaat het om dieren die op een berg wonen die wel 1.000 parasangen hoog is, oftewel ca. 7.000 km hoog. Wat heeft dat met de zomer te maken? Wel, een Midrasj vraagt zich af hoe eigenlijk het evenwicht gehandhaafd blijft tussen de grasgrazende runderen en het vee enerzijds, en de roofdieren en andere wilde dieren anderzijds.
De oplossing: de hele zomer vanaf Tammoez krijgen deze mysterieuze ossen die in de verre bergen wonen, extra kracht van God. Hierdoor verheffen ze zich (ze groeien?) en jagen de wilde dieren en roofdieren angst aan (Jalkoet Re’oeweni). Oftewel: het evenwicht blijft behouden doordat de runderen, het vee en het wild (herten, antilopen en dergelijke) beschermende kracht krijgen vanuit hun totems: mysterieuze grote runderen de zich aan de uiteinden van de aarde bevinden, op de grens van hemel en aarde … Misschien liggen hier toch bepaalde observaties aan ten grondslag. Men zag (of dacht?) dat de grootte van populaties van gedomesticeerde dieren en wild in bepaalde seizoenen omgekeerd evenredig lijkt met de grootte van de populatie van roofdieren en andere wilde dieren. Mogelijk paart en werpt men jonkies in verschillende seizoenen. Iemand die bioloog is en dit leest?
En toch … nu las ik weer op nu.nl dat er een merkwaardig patroon is aangetroffen in complicaties en risico’s bij operaties:
Zijn er dan toch bepaalde invloeden van cycli op de mens die ook de moderne mens ondergaat? De indeling van tijd in weken van zeven dagen – met de zaterdag of zondag als bijzondere dag is al heel oud. Ook lijkt februari een link te veronderstellen met de seizoenen – het is het einde van de winter, en net voor het begin van de lente. En ook de dag zelf heeft bepaalde natuurlijke cycli, waarbij de middag blijkbaar niet het beste moment is. Eten we ’s middags zomaar, of is dat toch biologisch bepaald? Of juist die siësta? Psychologie Magazine zegt hier onder andere over:
Enfin, lees het zelf maar verder.
Tot slot de Oranje-WK-gekte. Heeft die ook iets met het seizoen te maken? Volgens Trouw is het allemaal de concentratie van een stofje in ons hoofd – serotonine (ja, daar is die weer …). Een hogere concentratie zorgt ervoor dat mensen blij zijn, maar ook meelopers worden gevoelig voor massatrends en groepsgedrag … Vooral dit laatste is wel zorgelijk – zou je mensen kunnen manipuleren door hun serotonineniveau te laten stijgen? Want je eigen niveau kan je ook opkrikken zonder psycho-pillen, bijvoorbeeld door in de zon (WK = zomer!) te zitten.
Tja, gut sjabbes!