Met de verklaring dat Jeruzalem de hoofdstad is van Israël liep het als verwacht. Vreugde aan Israëlische zijde, een meer kritische opstelling vanuit de Joodse diaspora, en boosheid in de Arabische wereld. Een boosheid die behalve via diplomatieke kanalen en demonstraties ook op gewelddadige wijze tot uiting kwam. In Israël waren er al verschillende geweldsincidenten (steekpartij, raketten, bekogelde auto’s), die natuurlijk weer een Israëlische reactie opriepen. Ook in Nederland was er een vervelend incident, bij een Israëlisch restaurant in Amsterdam, waarbij iemand het nodig vond de ruiten in te slaan en te proberen de Israëlische vlag te stelen. Een incident dat Joodse mensen in Nederland terecht verontrust – alhoewel de vraag is of een té grote aandacht hiervoor in de media wel verstandig is. Waakzaamheid is uiteraard altijd verstandig en onze plicht.
Opvallend was wel dat de verklaring over Jeruzalem vlak voor Chanoeka kwam. We vergeten nog wel eens dat die strijd vooral ook om de status van Jeruzalem ging: de reiniging van de Tempel – maar ook van de stad – van heidense en hellenistische invloeden. Zo waren de hellenistische gymnasia in de stad de Makkabeeën en verwante strijdende groepen een doorn in het oog. De overwinning van de Makkabeeën leidde tot de reiniging van de Tempel in Jeruzalem, de terugkeer van de Joodse autonomie en een opleving van het Joodse leven. Overigens schuwden de Makkabeeën het gebruik van geweld tegen mede-Joden die (gedeeltelijk) waren gehelleniseerd niet. Althans naar deze passage te oordelen in het boek Makkabeeën I, hoofdstuk 2 (vooral vers 24).
Maar, ook een rabbijn in het huidige Israël (rabbijn Chaim Baruch) vergelijkt actuele religieuze verschijnselen die in zijn ogen ongewenst zijn – zoals orthodoxie light en mensen die zelf hun religieuze identiteit vormgeven (soms op gespannen voet met Tora en traditie) –, met de ‘gehelleniseerde Joden’ (mitjavnim) uit het Chanoeka-verhaal. Gezien het bovenstaande een wat ongewenste vergelijking al je het mij vraagt …
Uiteraard lopen de vraagbaken op Internet – Vraag de rabbijn – ook dit jaar al weer vol met Chanoeka-vragen. Doorgaans de doorsnee vragen of variaties op de thema’s die elk jaar terugkomen en opnieuw worden gepubliceerd. Of je de chanoekia later mag aansteken of juist veel eerder, hoe het zit met aansteken op uitgaande sjabbatavond of juist op vrijdagmiddag voor sjabbat, hoe de menora van de tempel er uit zag (ronde armen of juist diagonaal-rechte armen), over aansteken op je werk, aansteken thuis of bij je ouders waar je een chanoeka-avond viert, aansteken in een hotelkamer, olijfolie of andere oliën, et cetera.
Maar de onderstaande vraag op moreshet.co.il had ik nog niet eerder gezien en toont de dynamiek van het Internet en het anoniem stellen van vragen aan rabbijnen. Ook komt het onderwerp van ingetogenheid (teni’oet), waar men in de vrome wereld zo mee bezig is, in een nieuw licht te staan.
“Vraag: is het toegestaan om seksuele gemeenschap te hebben tegenover de Chanoeka-kaarsen, of moet je een afscheiding maken zoals de wet voorschrijft inzake de sjabbatkaarsen …
Antwoord: het is verboden gebruik te maken van het licht van de chanoekia, en wie seksuele gemeenschap verricht in haar licht, overtreedt twee geboden: hij gebruikt het licht van de chanoekia (hetgeen verboden is) en heeft gemeenschap met zijn vrouw in het licht en niet bij verduisterd licht (hetgeen ook verboden is) …”
Het is vooral de religieus-zionistische stroming in Israël die de afgelopen jaren hevig worstelt met ingetogenheid, seksualiteit en de moderne wereld. Enerzijds heeft men zich naar de ultra-orthodoxe kant verplaatst met kledingvoorschriften voor vrouwen en meisjes, strengere normen voor het bedekken van het hoofd van getrouwde vrouwen, en steeds meer weerstand tegen sociale interacties waar beide seksen gemengd samenkomen, in plaats van gescheiden: op scholen, bij de jeugdbeweging, huwelijken, culturele evenementen en opvoeringen, het leger et cetera. Anderzijds wordt er meer over seksualiteit gesproken dan voorheen: op Internetportals – vooral op de fora, de vraagrubrieken, maar ook bij de rubriek relaties. Zoals bovenstaande vraag, die feitelijk tegen het rabbijnse idee van ingetogenheid indruist. Toch stelt men de vraag en wordt deze beantwoord door de rabbijn én gepubliceerd.
Aan de ene kant dus een worsteling, aan de andere kant als paradox een grotere openheid. Neem het artikel op de website Kipa over een nieuw bordspel over seksualiteit, met kaarten en sleuteltjes die je moet verzamelen, ontworpen door een jonge orthodoxe vrouw Shira Vangrober, de dochter van Joshua Shapira, een bekende rabbijn uit de religieus-zionistische beweging. Op deze manier wil ze het gesprek over intimiteit bevorderen tussen partners, vooral de communicatieve en emotioneel-intieme kant ervan, niet enkel de fysieke. Als onderdeel van een betere relatie tussen partners. Uiteraard allemaal op een verantwoorde wijze en niet vulgair. Enfin, wie Hebreeuws leest, vindt het artikel hier.
Tot slot nog dit Chanoeka-filmpje, dat mooi laat zien hoe de chanoekia ook een symbool kan zijn voor verbinding tussen individuen. Een verbinding waardoor iedereen toch zelf kan schijnen – en niet wordt overschaduwd door de meer pushy en egocentrische types – en zijn eigen stemgeluid kan laten horen. Maar samen met anderen geef je meer licht, als een baken, en vorm je een mooi koor met verschillende geluiden die samen bijzonder klinken. Eenheid in verscheidenheid.
Sjabbat sjalom en goed Chanoeka!