Met de Pesachschoonmaak gaat het ongetwijfeld prima en gaat men al richting de afronding. Wie al dat gepoets en geschrob ziet, zal dat in eerste instantie wel een leuk idee vinden, omdat het doet denken aan de grote voorjaarschoonmaak die vroeger tot de algemene traditie behoorde (en bij sommigen nog steeds gebruikelijk is?).
Toch is het moeilijker om er een directe religieuze betekenis aan te verbinden. Wat heeft schoonmaken met de mens zelf te maken, met zijn innerlijk? Nu zijn er tegenwoordig ideeën dat opruimen ook heilzaam is voor de psyche van de mens zelf, voor zijn innerlijke rust en harmonie. En wie weet zal het ook spiritueel nog wel te verantwoorden zijn. In de Joodse traditie lijkt het echter alsof men daar minder mee bezig is. Wordt ook de mens gereinigd, net als het huis? En, anders dan de Hoge Feestdagen lijkt Pesach weinig tot niets te maken te hebben met reflectie.
Om met het eerste te beginnen, eigenlijk wel. Wie vroeger Pesach vierde, wist dat hij of zij ritueel rein moest zijn voordat de tocht naar Jeruzalem en de Tempel kon worden gemaakt. Je kon in de periode van de Pesachschoonmaak de benodigde rituelen regelen om rein te worden: hopen dat je geen vloeiingen meer hebt en je dan na zeven dagen onderdompelen in een mikwe of bron, het ritueel van de Rode Koe ondergaan of alleen een ritueel bad. Het lijkt dan ook geen toeval dat altijd rond Pesach wordt gelezen uit de parasjiot over reinheid uit Wajikra. Dat is eigenlijk bijna altijd zo, als een soort van herinnering. Maar de meest bekende reminder is uiteraard de extra lezing over het ritueel van de Rode Koe (Bemidbar 19:1-22), dat meestal een week of drie, vier vóór Pesach wordt gelezen. Om de mensen aan te sporen hun reinheidsrituelen te regelen voordat Pesach aanbreekt. Het is een oud gebruik dat al te vinden is in de Misjna Megilla (3:4).
In later eeuwen is de wekelijkse lezing uit de Tora en de extra lezing over de Rode Koe een aansporing die niet meer in de praktijk kan worden gebracht, omdat de zwaarste vorm van onreinheid – contact met een dode – al bijna 2000 jaar niet meer kan worden 'afgewassen'. Het krijgt dus vooral een spirituele betekenis. Voeg daar het beeld aan toe van de symboliek van chameets versus matsa. Van 'gerezenheid' – hoogmoed, overdreven gevoel van kavod, ego en dergelijke – versus bescheidenheid, gematigdheid, ingetogenheid en nederigheid. In de mystieke traditie overigens speelt het rituele bad – mikwe – een grote rol, ook voor mannen. Sommigen nemen dagelijks een ritueel bad, anderen in ieder geval op sjabbat en/of de feestdagen. Om zich in ieder geval te ontdoen van de lagere vormen van onreinheid, die wél af te wassen is. Uiteraard in combinatie met het 'aan je zelf werken' om de eigenschappen van de matse te krijgen en die van chameets achter je te laten.
Ook het ritueel van het zoeken naar chameets bij het licht van een kaars wordt naast praktisch ook spiritueel uitgelegd. Men dient namelijk expliciet een kaars te gebruiken en niet zon- of maanlicht, of een fakkel. Dit wordt uitgelegd met een verwijzing naar de profeet Zefanja die een visioen beschrijft over 'de dag van de Eeuwige'. Die zal voor de zondaars weinig goed brengen, vandaar dat men beter tot inkeer kan komen. "Zoekt bescheidenheid/nederigheid (anava)" (2:3), raadt hij iedereen aan – wordt ‘een matse’ dus. En die gerechtigheid uiteraard (tsedaka). God zal de inwoners onder een vergrootglas leggen, waarbij de kaars als symbool wordt gebruikt: "Het zal te dien tijde gebeuren, dat Ik Jeruzalem met lampen/kaarsen zal doorzoeken en Ik zal bezoeking doen over de mannen, die bevroren/passief geworden zijn door hun droesem, die in hun hart zeggen: De Eeuwige doet geen goed, en Hij doet geen kwaad" (1:12). Een oproep tot actie en introspectie dus.
Dit – in combinatie ook met een ander vers uit Tenach waar de ziel van de mens als een lamp van God wordt gezien die het binnenste van de mens 'doorzoekt' (Spreuken 20:27) – is de reden dat men een kaars/olielamp gebruikt voor het zoeken naar chameets op de vooravond van Pesach volgens de Talmoed (Pesachiem 7b). Want juist de kleine lamp belicht de duistere plekken in het huis en het innerlijk van de mens …
Ik wens u een goede en kosjere Pesach, Chag Sameach!