De weergoden spotten weer eens met ons op Soekot. Na een gunstig begin werd het de rest van Soekot weinig soeps en konden we het Soekabezoek aan de wilgen(takken) hangen. Tuurlijk, woensdag werd het na dagen regen en nevel weer even zonnig. Maar dat is bijna mosterd na de maaltijd. Woensdag was het Hosjanna Rabba – Grote Hosjanna – de benaming voor de 7e dag van Soekot, en kon je nog wel in de Soeka zitten. Maar woensdagavond, donderdag en vrijdag was het Sjemini Atzeret (Slotfeest) & Simchat Tora (Vreugde der Wet), waarop je eigenlijk helemaal niet meer in de Soeka hoeft te zitten – het is immers geen Soekot meer! Een goedmakertje van bijna niets dus ... En dan heb ik het natuurlijk al helemaal niet over het fenomeen '2e dag Jom Tov', waardoor donderdag en vrijdag allebei als feestdagen worden gezien door de orthodoxie. Echt een historische erfenis waar we mee moeten stoppen nu bijna de helft van de Joden in Israël woont en deze Diaspora-gewoonte de eenheid eerder splijt dan verenigt. Dat was in de Middeleeuwen natuurlijk anders, toen woonden bijna alle Joden in de Diaspora en was dus één lijn – die van de Diaspora en niet Israël – juist verenigend in plaats van verdelend, zoals nu het geval is. Maar gezien de obsessie met veranderingen binnen de orthodoxie zal men daar waarschijnlijk pas in het jaar 2567 aan toe zijn (en de Maya-kalender loopt al af in 2012 ... en dan heb ik het nog niet eens over allerlei komeetjes die tot dan nog op aarde kunnen inslaan).
Met Simchat Tora is het grote snoepfestijn weer aangebroken. Ik denk dat het samen met Poeriem het hoogtepunt van het jaar vormt voor kinderen. Voor sommige volwassenen misschien juist een dieptepunt – op een gegeven moment gaan al die stomme maskertjes op Poeriem en het gek-makende geratel natuurlijk op je zenuwen werken. En op Simchat Tora vind je het op een gegeven moment wel welletjes: al dat gezeul, gegooi met snoepwerk en het soms extatische gedans van bepaalde mensen, die al enorme zweetplekken op rug en oksels hebben en natte warme handjes hebben als ze je vastpakken om 'toch gezellig mee te dansen'. In mijn jeugd werd de sfeer soms nog wat verder verhoogd door bepaalde lieden die alcoholische dranken hadden meegenomen en die in sjoel uitdeelden aan de bezoekers. Dat leidde natuurlijk tot discussies in het calvinistische Joods-Nederland: alcohol in sjoel? Ja, maar het is toch Bar-Mitswe – antwoordden gevatte voorstanders van een neutje tijdens het dansen ...
Het is natuurlijk weer wachten op de traditionele discussie bij ons over het dansen van vrouwen met de Tora, ik schreef daar al eens eerder over. Hoe hygiënisch is trouwens al dat gekus van de Tora? Vorig jaar toen de hysterie rond de Mexicaanse Griep op zijn hoogtepunt was, verordonneerde het Opperrabbinaat van Israël dat men de mezoeza maar even geen kus moest geven. Er bleken namelijk hordes bacteriën te wonen op mezoeza-huisjes van al die mensen die de mezoeza een kusje geven en met de hand aanraken, en blijkbaar hun tanden niet goed poetsen en handen niet goed wassen. Maar maak je geen zorgen (of juist wel), er blijken andere grotere brandhaarden te bestaan van bacteriën. Zo las ik nu weer in de krant dat op een gemiddeld bureau en toetsenbord maar liefst 400x meer bacteriën huisden dan op een wc-bril. En nu was weer 'ontdekt' door een Amerikaanse universiteit dat op liftknoppen maar liefst 40x zoveel bacteriën zaten dan op een wc-bril. Ook je auto bleek een echte broedplaats van bacteriën te zijn, ik citeer uit een artikel van vorig jaar op Internet:
En al eerder bleken ook aanrechten in de keuken al heel vies te zijn. Blijkbaar is de wc het schoonste plekje van ons moderne leven ... Wie had dat gedacht!
Zo, de wintermanoeuvres zitten er weer op. Het oordeel is definitief gematerialiseerd op Hosjanna Rabba – Grote Hosjanna. Bekijk hier een fragment uit de Jiddisje film The Dybbuk (1937) waar de chazzan Gershon Sirota zl. de Hosjanna Rabba-liturgie zingt.
Het zou af te lezen zijn geweest aan de maan – als die zichtbaar was natuurlijk door alle nevel en regen heen. Nu is het tijd om de spirituele oogst binnen te halen van de afgelopen twee maanden (vanaf 1 Eloel tot Simchat Tora) en deze in ons dagelijkse leven te integreren. Daar hebben we nu de tijd voor. Tot aan Chanoeka is er geen feestdag meer - de maand na Soekot heet dan ook Mar-Chesjvan 'bittere' Chesjvan – omdat we opeens in een zwart gat vallen en we het op eigen kracht nu verder moeten doen. Geen Hoge Feestdagen meer, geen aangrijpende gebeden, meeslepende zang, geen sjofartonen, Soeka of de geur van de vier soorten van de loelav. Nee, het is herfst en guur buiten. Totdat we op Chanoeka weer de eerste lichten aansteken van onze spirituele arbeid van de komende twee maanden.