Bacteriën

Leo Mock z”l

vrijdag 1 juni 2012

Wat een zit was het weer, de Sjawoe’ot-marathon: 48 uur alleen maar melkkost gerechten, voorafgegaan door een sjabbat en vrijdagavond. Daar doen we het voor. Gelukkig was het mooi weer en hielden we de maaltijden in de tuin. ’s Middags hadden we zelf gasten. Het was een beetje uit de hand gelopen, van enkele vrienden waarmee we de uitnodiging waren begonnen, was het gezelschap uitgegroeid tot 30 personen. Hoe precies wist mijn vrouw niet meer. Voor één van de andere jom-tov maaltijden waren we uitgenodigd bij vrienden van ons in Zuid-Amstelveen, althans voorbij de lijn Sportlaan-Groenhof voor de patriotten onder ons. Buitenland dus. Opgeblazen door de overdosis melkproducten waggelde ik naar onze vrienden. Terwijl we al voor hun huis stonden, gebeurde er iets opmerkelijks. Ik-rook- vlees, barbecue. En dat op Sjawoe’ot! De lactose-maffia tartend hadden onze vrienden een barbecue op Sjawoe’ot voor ons in petto. Mijn gedachten dwaalden af naar Israël waar het eten van vlees op Sjawoe’ot heel normaal is, en waar sommigen (vooral sefardiem) lekker barbecueën op Sjawoe’ot. Dat mag toch op jom-tov? Zolang je het vuur maar niet uit maakt, zou je zeggen. Opgewonden stapte ik hun huis in, richting tuin. En terwijl ik de gastvrouw al wilde prijzen voor haar tegendraadse gedrag – vlees op Sjawoe’ot! – zag ik dat het goed mis was.

Tegen de schutting zag ik hun barbecue (een gasbarbecue, allez maar toch ...) gewoon in het foudraal staan. En in plaats van een gastheer die druk in de weer was met biefstukken en knakworstjes, zag ik hem ontspannen aan zijn mozzarella-toastje happen. Mijn blik viel op de rookkolom die van links kwam – van de niet-Joodse buren. Die dus dafka, sehacheles, op Sjawoe’ot een barbecue hielden met verdoofd geslacht, niet-kosjer vlees. Dat mag toch niet zomaar? Even later werd het nóg erger toen er ook een rookkolom van rechts verscheen, vergezeld van de geur van geschroeid vlees. Ook buurman B had besloten om - op Sjawoe’ot! - een vleesbarbecue te houden, terwijl hij dus kon weten dat er zich Joden in het belendende perceel bevonden, die al dagen aan alleen melk werden blootgesteld. Een zuivere vorm van antisemitisme dus. In gedachten was ik al bezig met allerlei vinnige teksten die we aan het vliegtuigje zouden hangen, en traag rondcirkelend over Zuid-Amstelveen zouden doen vliegen. Over het huis van deze twee barbecuende buurmannen (met verdoofd vlees!). Na jom-tov dan. Of was dit een noodgeval?

Enfin, na een bodempje in mijn maag gelegd te hebben van falaffelballetjes, pita’s, gazpacho en wat salades, kon ik het melkkost toetje weer aan. Fruitsalade met slagroom dus. Licht boerend vroeg ik me af hoe laat het nacht zou zijn en Sjawoe’ot weer verleden tijd. Ik bedoel: zelfs de kiddoesj in sjoel was melkkost. Voor de afwisseling. Hé, kaastaart, die had ik nog niet eerder gezien, merkte ik nog cynisch op tijdens de kiddoesj. Maar niemand luisterde. Het zou toch pas getuigen van pit als je juist op Sjawoe’ot als daad van verzet broodjes met vleeswaren, vleeskost sjaletpot en crackertjes met gehakte lever in sjoel uitdeelt? En dan met een vroom gezicht zeggen dat het de minhag is om juist met Sjawoe’ot 6 uur na vlees te wachten. Ben je gelijk van de volgende melkkost maaltijd verlost. Laat ze er maar knoblichworst van maken ... Want hoe was het allemaal toch begonnen? Met een gebruik om iets meer melkkost op Sjawoe’ot te eten dan op een gewone jom-tov-dag waar je uiteraard vlees at. Vroeger at je namelijk niet dagelijks vlees, nee dat was iets speciaals. Sjabbat en jom-tov, of een huwelijk – dat was een mooie gelegenheid om een vorkje vlees te prikken. Nee, het is volledig uit de hand gelopen ...

Overigens is het nu een beetje gedaan met de feestdagen, tot de herfst. In de zomer hebben we niets – behalve de 3 treurweken die met de verwoesting van de Tempel samenhangen. En de 15e Aw (meestal 1e of 2e week augustus), die tegenwoordig als een soort Joodse vorm van Valentijnsdag word gevierd in Israël – Jom Ha’Ahava (de dag van de Liefde) – maar die oorspronkelijk ook een agrarische achtergrond had. Misschien wel een soort midzomerfeest, wie weet. In de traditie wordt namelijk verteld dat na 15 Aw de kracht van de zon afneemt – oftewel het hoogtepunt van de zomer is voorbij. Deze dag zou gepaard gaan met grote vreugde. Volgens een andere traditie was het de dag waarop men tussen de stammen weer huwelijken sloot. Gedurende de periode van de Richteren zou men vaak in de stam trouwen. Bovendien besloot men, vanwege een voorval beschreven in de Tenach, dat men niet meer met de stam Binjamin zou trouwen. Op 15 Aw werd dat opgeheven. Vandaar de link met Valentijnsdag. En inderdaad zijn er latere rabbijnen die schrijven dat het een gewoonte is om zich bezig te houden met het zoeken van huwelijkspartners.

Er loopt trouwens een klein linkje tussen Sjawoe’ot en 15 Aw. Tussen Sjawoe’ot en 15 Aw (volgens anderen 9 Aw), zijn de nachten kort en de dagen lang. Het is dan niet nodig om voor het krieken van de dag op te staan, om Tora te gaan leren. Maar vanaf 15 Aw, wanneer de nachten weer langer worden – de langste dagen zijn voorbij en het hoogtepunt van de zomer voorbij – moet men weer vroeg opstaan om Tora te leren. Wie ook ’s nachts leert – en niet alleen overdag – zal in levenskracht toenemen. Overigens is ook het lezen van psalmen al een goede zaak en niet per sé intellectueel leren.

Over leren en bidden gesproken. Enkele weken geleden las ik een opmerkelijk berichtje in de Israëlische krant Yediot Acharanot van 6 mei. Een organisatie die zich inzet voor de volksgezondheid zou testjes hebben genomen van de gebedenboeken bij de Kotel, afkomstig van zowel de mannen- als vrouwenafdeling. Wat bleek: de gebedenboeken waren een broedplaats voor honderdduizenden bacteriën, ver boven de toegestane norm (topper was een sample uit een boek met daarin 460.000 bacteriën). Het nare / rare is dat het ook om coli-achtige bacteriën gaat die je normaliter in menselijke uitwerpselen vindt, samen met schimmels en gisten. Volgens de organisatie kan je buikpijn, diarree of in erge gevallen levensbedreigende infecties krijgen door blootstelling aan deze enorme hoeveelheden aan bacteriën en schimmels. Opmerkelijk was ook de reactie van de rabbijn van de Kotel, Rabinovitch, die de grote hoeveelheid bacteriën verklaarde: “Elke dag komen er honderden vrouwen naar de Kotel die hun gezichten in de gebedenboeken stoppen, en hun tranen uitgieten op de pagina’s”. Een ontroerend schouwspel noemt hij het, die de enorme emoties toont die deze vrouwen in hun gebeden leggen. De kracht van biddende vrouwen is dan ook groter dan die van de mannen, legt hij uit, en “door de verdienste van de vrome vrouwen werd Israël verlost”. De rabbijn beloofde nog dat de gebedenboeken snel vervangen zullen worden.

Met alle respect voor rabbijn Rabinovitch, ik heb wel gehoord van Maria-beelden die bloed of een op bloed lijkende substantie huilen. Maar menselijke tranen van biddende vrouwen die coli-achtige bacteriën bevatten en andere bacteriën die normaliter in uitwerpselen worden gevonden, zijn nieuw voor me ...

Sjabbat sjalom

Reageren op dit item is niet meer mogelijk.

Columns 2023

Columns 2022

Columns 2021

Columns 2020

Columns 2019

Columns 2018

Columns 2017

Columns 2016

Columns 2015

Columns 2014

Columns 2013

Columns 2012

Columns 2011

Columns 2010

Columns 2009

Columns 2008