Een drukke periode is het weer … Iedereen wil net voor de zomer nog even vergaderen, zijn of haar verjaardag vieren, een studiedag op school houden, of nog even een nieuw project beginnen. Zelf hadden we twee verjaardagen van dochters te vieren: één wilde per se een slaapfeestje – je kan het beter een niet-slapenfeestje noemen – de ander met haar vriendinnen naar de bioscoop. En omdat de verjaardagen ook nog op school gevierd worden en natuurlijk in Israël, ben je zo dagen bezig met taxichauffeur spelen, snoepgoed inkopen en taartjes afbakken. Enfin.
En dan was er ook nog 1 juli de herdenking van het afschaffen van de slavernij in Nederland, 150 jaar geleden. Wel spijtbetuigingen, maar het woord excuses viel niet vanuit de overheid. Tja. In het NIW waren we er ook al op gewezen: eerst door een artikel van Carine Cassuto over de mysterieuze slaaf Eliëzer die op de Portugees-Joodse begraafplaats Beth Haim in Ouderkerk ligt, waar ook het Reformatorisch Dagblad aandacht aan besteedde met een interview met de historica Lydia Hagoort – de ontdekker van Eliëzer.
En de week later werd het opgepikt door de forumpagina van het NIW – moeten de Joden net als de Katholieken hun excuses maken, of niet?
Over de plechtigheid zelf, die woensdag 26 juni op Beth Haim werd gehouden, lazen we verder niet veel meer in het NIW. De ceremonie werd georganiseerd door de stichting Opo Kondreman (uit het volkslied van Suriname, ‘Sta op landgenoten…’).
Het werd ook aangekondigd als de Eliëzer-herdenkingsboottocht.
Bij de begraafplaats werden een straatnaambord en een beeldje van Eliëzer onthuld, zoals hier te zien is.
Allereerst is het positief dat de Portugees-Israëlietische Gemeente de ruimte geeft om op haar begraafplaats deze ceremonie en herdenking te laten plaatsvinden. Het toont de empathie met het lijden van anderen en de gezamenlijke toekomst die mensen met elkaar hebben.
Toch vroeg ik me zelf af waar Eliëzer – over wie historisch gezien weinig aan het licht is gekomen – nu precies voor staat: is hij ‘de slaafgemaakte Elieser’ die prototype is van alle slaven – zoals sommige Surinamers dat misschien zien – Perez Jong Loy (de voorzitter van Opo Kondreman) noemt hem ‘opa’, of juist niet? Want, hoe komt hij aan zijn Joodse naam en wat doet hij dan op de Joodse begraafplaats, en waarom noemt men hem de ‘goede slaaf’? Is Eliëzer niet misschien juist een bewijs dat Joden juist humaner met slaven omgingen – zoals de Tora dat voorschreef voor de oude samenleving van duizenden jaren geleden? Is de naam Eliëzer het bewijs dat de slaaf toch een soort Joods (gedeeltelijk?) bekeringsproces heeft doorgemaakt en daarom op de Joodse begraafplaats ligt? Of is het een slavennaam, zoals Perez Jong Loy zegt in het filmpje van AT5 op YouTube: “Onze godsdienst, onze namen, onze cultuur – dat werd allemaal vernietigd.”
Overigens vond ik op YouTube ook al een fragment over de slaaf Eliëzer uit 2008!
Ingewikkeld. Zeker als je op internet wat verder gaat rondstruinen. Je komt dan bijvoorbeeld bij de anti-Joodse beschuldigingen terecht van sommige Afro-Amerikanen, die de slavernij op het Amerikaanse vasteland op conto van de Joden schrijven. Joden doen immers alles voor geld en zijn de oorzaak van alle economische ellende, lijkt er in door te klinken, of in ieder geval een echo ervan.
Toch is er volgens Gert Oostindie – directeur van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde en volgens de Wikipedische Rosj Jesjiva ‘gespecialiseerd in Nederlandse (post)koloniale en Caraïbische geschiedenis’ – mogelijk wel iets meer aan de hand.
In een bespreking van enkele wetenschappelijke publicaties voor de Academische Boekengids (maart 2007) over de vermeende link tussen slavenhandel en Joden, begint hij zijn artikel als volgt:
U kunt de hele bespreking – en de weerlegging van antisemitische geluiden – in PDF-vorm lezen.
Stilstaan bij andermans leed is een must, denk ik. Zeker omdat de Tora zo vaak naar de Uittocht uit Egypte verwijst en het afwerpen van het slavenbestaan. Voor wie het nog niet weet: de wekelijkse sjabbat is zowel een teken van de door God geschapen kosmos, als de God die slavernij verwerpt en de mens opdraagt een humane samenleving te maken. In de versie in Sjemot lezen we de kosmologische verklaring voor sjabbat (Sjemot / Ex. 20:6-11):
Want in zes dagen heeft de Eeuwige de hemel en de aarde gemaakt, de zee, en al wat erin is, en Hij rustte op de zevende dag. Daarom zegende de Eeuwige de Sjabbatdag, en heiligde die.
Hoewel ook hier expliciet staat dat ook de slaaf of slavin niet mogen werken, wordt de link tussen sjabbat en de bevrijding uit slavernij in de versie van de Tien Geboden in Dewariem (5:12-15), nog duidelijker gemaakt:
In het Hebreeuws eindigt dit laatste vers uit Dewariem met la’asot et jom haSjabbat – om de sjabbatdag te maken. Want wij mensen moeten de voorwaarden van sjabbat een heel leven lang, een hele week door, scheppen. Dat is mensenwerk – het maken van een samenleving waarin welvaart, rust en gelijkheid voor iedereen is weggelegd, welke huidskleur men ook heeft …
Sjabbat sjalom