Ach wat is er weer veel gebeurd. Nauwelijks bij te houden in het tweewekelijkse tempo dat Crescas mij opdringt … Laat ik bij het belangrijkste nieuws beginnen: Catherine Zeta-Jones en Michael Douglas zijn (tijdelijk) uit elkaar. En er is een nieuw scheikundig element ontdekt, waarschijnlijk – het draagt voorlopig de naam ununpentium. De anti-conceptiepil maakt vrouwen jaloerser en mazelen is mogelijk de oorzaak van een grote dolfijnensterfte in de VS. Verder mag ik nog de aandacht vragen voor de nieuwe loeach van het NIK. Op de voorkant daarvan prijkt het wapen van het NIK met daarin de Nederlandse leeuw met pijlenbundel. U begrijpt mijn ontroering toen deze op de mat viel. Lees op de NIK-site de achtergrond van het NIK-wapen dat opnieuw getekend is door de wapentekenaar van de Hoge Raad van Adel en in het archief hiervan werd opgenomen.
En natuurlijk Syrië, waar de teller de 100.000 slachtoffers al gepasseerd is. Honderden en mogelijk meer dan duizend mensen zijn het slachtoffer geworden van een chemische substantie. Een gifaanval, een uit de hand gelopen experiment van Assads regime, een eenmansactie van een misdadige generaal, of een uit de hand gelopen truc van de rebellen? U en ik zullen de waarheid zeker niet kunnen achterhalen. Maar wat dan wel? Aanvallen, of versterkt dit alleen maar de chaos in de regio? Moeilijke dilemma’s. Ondertussen worden de burgers uiteraard weer het slachtoffer. Ook in Israël maken die zich zorgen over de gevolgen van een aanval – er is momenteel een run op de uitdeelpunten voor gasmaskers. We moeten hopen op verstand, inzicht en vrede – hoe ver die ook weg lijkt te liggen. Op een omkering van al die agressie. Een opmerkelijk initiatief in deze is een gebed dat rabbijn Yuval Cherlov – hoofd van een religieus-zionistische jesjiwa in Petach Tikwa – heeft geschreven voor de burgers van Syrië, op verzoek van Bne Akiva-jongeren. De hele tekst van het gebed kunt u in het Hebreeuws op de site van Yediot vinden. Sommige reageerders op het Hebreeuwse artikel vragen zich af of de rabbijn gek is geworden …
Omdat ik nog minder dan een maand thuis ben van vakantie, mag ik het er nog even over hebben … Ik schreef eerder over Tsfat, maar had verzuimd om te vertellen over de wijnproductie in de Galil. Wanneer je naar het noorden rijdt vanuit Tsfat, kom je bij de Moshav Dalton waar wijn wordt gemaakt. Overal om je heen groeien wijnstruiken. In Dalton vindt je Jekev Dalton – Jekev betekent oorspronkelijk de kuip waarin de jonge wijn werd opgevangen nadat de druiven werden getreden – maar ook Jekev Adir en Jekev Rimon. Deze laatsten maken wijn van granaatappels, en omdat je mag proeven, vertrek ik even later daar met enkele flessen van deze frisse granaatappelwijn en port! Omdat ze een speciale soort van granaatappels hebben weten te maken die meer natuurlijke suikers bevat, hoeft er geen extra suiker aan de wijn te worden toegevoegd om de gisting te bevorderen, vertelt de man mij.
Wanneer u helemaal lyrisch bent van granaatappels moet u even naar dit Project Rimon van een Nederlandse kunstenaar op Facebook kijken. Prachtige schilderingen van granaatappels in allerlei soorten, maten, kleuren en texturen. Wanneer je Dalton voorbij rijdt, kom je even later in de Moshav Ben Zimra, die – hoe verrassend – ook een wijnmakerij heeft: Jekev Ben Zimra. Een kleine wijnproducent maar wel met lekkere wijn (in Israël doen ze niet moeilijk over proeven en zo). De man – die tevens de eigenaar blijkt te zijn – vertelt dat hij een tijdje geleden een hechsjer heeft genomen op zijn wijn want dat is beter voor de verkoop … Maar, hij heeft niet één, niet twee, maar drie certificaten – want wat de één kosjer vindt, vindt de ander weer niet goed genoeg. Kassa! want elk certificaat kost weer extra geld. En even verderop zit weer een andere wijnproducent: Jekev Mils. Maar genoeg wijn gezien.
Ondertussen bent u natuurlijk druk bezig met de voorbereidingen voor Rosj Hasjana. Inkopen doen, de gasten uitnodigen, het menu samenstellen, de servetjes met het tafelkleed matchen, en eventueel al een tafelindeling maken. Wat niet mag ontbreken zijn natuurlijk de zoete appeltjes met honing, maar er zijn wel meer speciale etenswaren die men met Rosj Hasjana eet. Volgens Karo in de Sjoelchan Aroech (par. 583:1) moet je met Rosj Hasjana prei, bietjes, dadels, pompoen en rubia eten, en daarover wensen uitspreken. Maar wat is rubia? Volgens sommigen fenegriek, volgens Rasji klaver (brengt geluk?), anderen hebben het over tuinbonen, een witte boon, of de Egyptische boon. De bron hiervoor is een Talmoedpassage op twee parallelle plaatsen (Keritot 6a en Horayot 12a), waar verschillende lezingen van bestaan: volgens één mening moet je die soorten opeten, volgens een andere lezing alleen er aandachtig naar kijken … Over de bietjes – in het Hebreeuws selek – zegt men de wens ‘dat onze vijanden zullen verdwijnen (jistalkoe)’, een woordspel dus … Volgens rabbijn Wikopedovitsj is er een Middeleeuwse rabbijn die dit symbolisch uitlegt: het gaat niet over onze fysieke vijanden, maar onze verkeerde denkbeelden en intenties – dat zijn de ware vijanden ...
In de glosse van de Asjkenazische rabbijn Isserles (Polen, 16e eeuw) op de tekst van Karo vinden we de gewoonte van de zoete appel met honing, vet vlees, allerlei zoete lekkernijen, en het eten van granaatappel! Niet altijd makkelijk te krijgen in Nederland (duur of zuur of allebei), is het schillen en ontmantelen van zo’n granaatappel een hele klus. Paarse vlekken op de kleding liggen op de loer! In de granaatappelwijnfabriek werd ons gelukkig een granaatappelpelinstrument aangesmeerd. Mijn vrouw schafte uiteraard twee exemplaren aan: één voor thuis en één als cadeau …
Sjabbat sjalom en Sjana tova!