Zo tegen midden-Pesach komt het normale bewustzijn weer even terug en maak je langzaam de balans op van de afgelopen twee weken in wereldnieuws: een gifgasaanval hier, een vergeldingsaanval dáár, terroristische aanslagen elders, proeflanceringen van raketten en oorlogstaal vanuit Korea, waarschuwingen vanuit de Verenigde Staten, wat moorden hier en daar, ongelukken, spanningen rond het referendum in Turkije, gerommel rond de presidentsverkiezingen in Frankrijk, Brexit-naweeën vanuit de United Kingdom, de Rots des Aanstoots in Gibraltar, waarvan men in London heel opgewonden raakt, enfin. Je zou er haast moedeloos van worden, is dit de bevrijde wereld die we vieren met Pesach? Maar optimisme is ook een bewuste keuze zei iemand ooit …
Maar gaat het niet exact hierom? Door jaarlijks de herinnering aan een bevrijdingsverhaal levend te houden – dat wel of niet historisch exact zo heeft plaatsgevonden (dat laat ik aan uw eigen religieuze verbeelding over …) – tegen de weerbarstige realiteit in, houd je de idee van bevrijding en verwerkelijking levend. Om daarmee aan te geven dat de wereld, de samenleving en de mens nooit af zijn. Er valt altijd iets te vernieuwen, te bevrijden, te verbeteren. Niet omdat alles Paarse puinhopen zijn, maar gewoon omdat vooruitgang nooit lineair plaatsvindt, en periodes van groei en vooruitgang worden gevolgd door stagnatie, neergang. We komen vast te zitten – slavernij. Of gewoon letterlijk onderdrukking en slavernij, omdat het morele kompas van de mens ook geen automatische verworvenheid is en per definitie wordt gevolgd. Ideeën die FAN-TAS-TISCH lijken, kunnen uitmonden in draconische, Faraonische toestanden …
Maar het blijft wel een religieus verhaal – een verhaal waarin de mens niet altijd de enige hoofdrol heeft. Mosjé komt in de hele haggada niet voor. Het verhaal van Pesach moet je lezen vanuit de realiteit van een volk dat wonende in het Beloofde Land daar een goed bestaan heeft opgebouwd. Het is een succes story geworden: er is overvloed (ieder onder de eigen wijnstok en vijgenboom, melk en honing in overvloed), van vijandige volkeren heeft men geen last, en de samenleving is een goede. Juist ómdat het zo goed gaat, mag je je wortels nooit vergeten – zegt Tenach. En dus wordt er teruggekeken: hoe het allemaal gegaan is. En hoe het gemakkelijk anders had kúnnen lopen, minder positief, áls …
En uiteraard moet je dit in het kader van een pelgrimsfeest zien, waarin men eindelijk weer eens oog in oog staat met de Tempel in die Heilige Stad die al heel lang Joods was. Het Pesach-verhaal was een verbindend verhaal, over hoe de God van Israël goed voor zijn volk zorgt in heden en recent verleden. Met tegelijkertijd de nadruk op moreel juist gedrag en bescheidenheid. Want veel is een geschenk. Het was niet altijd zo glorieus, en wat je nú hebt, kan je morgen weer kwijtraken als God niet tevreden over je morele gehalte is. wanneer je dit allemaal beseft, mag je aan tafel gaan – de armen uiteraard niet vergeten!
Niet voor niks verwijst de tekst van de haggada naar de bikkoerim, de eerstelingen die men naar de Tempel moest brengen. Omdat hieruit dezelfde positieve sfeer spreekt als op Pesach. En ja bikkoerim werden vooral gebracht vanaf Pesach tot Sjawoeot. Lees de tekst van de Tora er maar op na:
“Wanneer u komt in het land, dat de Eeuwige, uw God, u ten erfdeel geven zal en u het in bezit neemt en daarin woont, Dan zult gij van de eerstelingen van alle vruchten van de bodem, die u zult inzamelen van het land, die de Eeuwige, uw God, u geven zal, nemen, en in een mand doen en naar de plaats gaan, die de Eeuwige, uw God, verkiezen zal om daar zijn naam te doen wonen.
“En gekomen bij de priester, die er dan wezen zal, zult u tot hem zeggen: Ik verklaar heden voor de Eeuwige, uw God, dat ik gekomen ben in het land, waarvan de Eeuwige aan onze vaderen gezworen heeft, dat Hij het ons zou geven. Dan zal de priester de mand van u aannemen en die voor het altaar van de Eeuwige, uw God, zetten.
“Daarna zult u voor het aangezicht van de Eeuwige, uw God, betuigen: Een zwervende Arameeër was mijn vader; hij trok met weinige mannen naar Egypte en verbleef daar als vreemdeling, maar werd er tot een groot, machtig en talrijk volk.
“Toen de Egyptenaren ons mishandelden en verdrukten en ons harde slavenarbeid oplegden, Riepen wij tot de Eeuwige, de God van onze vaderen, en de Eeuwige hoorde onze stem en zag onze ellende, moeite en verdrukking. Toen leidde ons de Eeuwige uit Egypte met een sterke hand, een uitgestrekte arm en grote verschrikking, door tekenen en wonderen.
“Hij bracht ons naar deze plaats en gaf ons dit land, een land, vloeiende van melk en honing. En nu, zie, ik breng de eerstelingen van de vrucht van het land, dat U, Eeuwige mij gegeven hebt. U zult ze neerzetten voor het aangezicht van de Eeuwige, uw God; u zult u voor het aangezicht van de Eeuwige, uw God, neerbuigen.
“En u zult u verheugen over al het goede dat de Eeuwige, uw God, u en uw huis gegeven heeft: U, de Leviet en de vreemdeling, die in uw midden is.” (Dewariem 26:1-11)
Hierna volgt de opdracht om de oogst met armen en minder gefortuneerden te delen. De kunst is dus om in elke generatie een verbindend verhaal te kunnen vertellen dat anderen insluit, niet uitsluit!
Waar het Pesach-verhaal zeker niet mee te maken heeft, is verzet en opstand, zoals David de Leeuw suggereert in zijn bijdrage in het Pesachnummer van het NIW. Verzet heeft iets met Chanoeka te maken, maar niet met Pesach. Waren de Tien Plagen een daad van verzet van de Israëlieten? De Israëlieten luisterden helemaal niet naar Mozes’ bevrijdingsboodschap. Moe en afgestompt door de slavernij kies je liever voor het bekende. En ook later blijkt dat je een slaaf wel uit Egypte kan halen, maar de slaafse mentaliteit moeilijker uit de hoofden van de mensen … Wat de opstand tegen de Romeinen met Pesach te maken heeft, zou ik werkelijk niet weten. Evenals de poging om in de zevende eeuw in Jeruzalem een Derde Tempel te bouwen. Het Dajenoe vond een bevrijding zonder Israël of Tempel ook al mooi genoeg – lees de tekst maar … Verder weet ik ook niet wat je juist op Pesach moet met de volgende feitjes (?): "In Verdun-sur-Garolle verdedigden zo’n 500 Joden zich door stenen, houtblokken en zelfs hun eigen kinderen naar de aanvallers te gooien."
Met Joden die zich verzetten om vervolgens bij tienduizenden te worden afgeslacht, zoals De Leeuw beschrijft, of met Joodse piraten, heeft Pesach echt helemaal niets te maken. Integendeel.
Sjabbat sjalom!