Toen in januari 2005 bleek dat het project ‘102.000 Namen Lezen’ een enorme impact had, ontstond het gevoel: Hier moeten we wat mee doen, het is niet af. Maar hoe? Het antwoord begon langzaam vorm te krijgen toen in april 2005 het Nederlands Paviljoen in Auschwitz werd geopend met in de herdenkingsruimte een Namenwand, met daarop bijna 59.000 namen van vanuit Nederland gedeporteerde Joden die in Auschwitz om het leven zijn gebracht. Deze indrukwekkende Namenwand maakte heel veel emoties los. Bezoekers vonden namen van hun omgekomen familieleden en soms ook namen van familieleden waarvan ze het bestaan nooit hadden geweten: broers en zussen van hun grootouders, achterneven en –nichten.
De grote betekenis van deze namen voor de bezoekers van het Nederlandse Paviljoen in Auschwitz bracht ons op het idee om ook een Namenmonument in Nederland te realiseren. Langzamerhand begon het plan meer vorm te krijgen. Het moest een tastbaar monument worden in de publieke ruimte waar nabestaanden hun omgekomen dierbaren konden herdenken. Waar ze een bloemetje konden neerleggen of een steentje achterlaten. Het idee van een dergelijk Namenmonument voor alle Holocaustslachtoffers werd via de website van het Auschwitz Comité verder verspreid en dat leverde duizenden steunbetuigingen op. Reden te meer voor ons om het plan verder uit te werken. Dat heeft uiteindelijk geleid tot de definitieve vorm van het Holocaust Namenmonument Nederland, zoals dat in januari 2014 gepresenteerd werd.
Op het Holocaust Namenmonument komen de namen te staan van alle Nederlandse slachtoffers van de Holocaust, ook van hen die in andere kampen dan Auschwitz zijn omgebracht. Het Nederlands Auschwitz Comité wil hiermee een blijvende herinnering creëren voor alle Holocaustslachtoffers die vanuit Nederland zijn gedeporteerd naar nazi-concentratie- en vernietigingskampen, daar om het leven zijn gebracht of door uitputting of verhongering om het leven zijn gekomen, hetzij gedurende de transporten, in de kampen of gedurende de dodenmarsen, en nooit een graf hebben gekregen. Het gaat om ruim 102.000 Joden en 220 Sinti en Roma. Nederland krijgt hiermee een gedenkteken waar alle slachtoffers van de Holocaust zowel individueel als collectief kunnen worden herdacht.
Voor nabestaanden is het van onschatbare waarde een plaats te hebben waar zij hun familieleden kunnen herdenken. Zo worden hun namen aan de vergetelheid onttrokken. Het monument zal bovendien de functie van trait d’union tussen verleden, heden en vooral toekomst vertegenwoordigen. Herdenken is niet alleen voor hen die het zich kunnen herinneren. Het is juist ook voor hen die het niet hebben meegemaakt. Voor de kinderen van hen die het meemaakten, voor hun kinderen en voor de volgende generaties. Bovendien draagt het monument bij aan het historisch besef en vormt het een aansporing voor reflectie en educatie over de Tweede Wereldoorlog. Het is een plaats om te herdenken en te herinneren en het confronteert de bezoekers tevens met de waanzin van racisme en discriminatie en waar dat toe kan leiden.
Juist daarom is het van het allergrootste belang dat er een Holocaust Namenmonument Nederland komt in Amsterdam, de hoofdstad van Nederland en de stad waar de meeste Joodse Nederlanders zijn weggevoerd. Amsterdam was voor de oorlog hèt centrum van de Nederlands-Joodse gemeenschap. De Amsterdamse Joodse bevolking woonde rondom het Waterlooplein en de Nieuwmarkt en de nabijgelegen Plantagebuurt. De plek waar het Nederlands Auschwitz Comité voor opteert ligt in deze buurt. Het is het Wertheimpark, waar ook het Spiegelmonument ‘Nooit Meer Auschwitz’ van Jan Wolkers zich bevindt. Het is de bedoeling dat het Spiegelmonument en de gedachte die daaraan ten grondslag ligt met de allesomvattende slogan – ‘Nooit Meer Auschwitz’ – samen met het Holocaust Namenmonument een twee-eenheid vormt waar de jaarlijkse Nationale Holocaust Herdenking zal plaatsvinden.
Allemaal hadden ze een naam. Daar begonnen we mee. Het is aan ons om hun namen voort te laten leven. Meer informatie vindt u op de website holocaustnamenmonument.nl.